E150017
  ruit icoon
Laatste revisie: 03-08-2021

E150017 - Voorstel voor een verordening tot vaststelling van een crisisherplaatsingsmechanisme



Met dit voorstel beoogt de Europese Commissie een permanent herplaatsingssysteem op te zetten. De Commissie introduceert hierbij een methode waarmee in crisissituaties gedurende een tijdelijke periode kan worden vastgesteld welke lidstaat verantwoordelijk is voor het onderzoek van verzoeken voor internationale bescherming in een lidstaat die met een crisis wordt geconfronteerd. Op deze wijze poogt de Commissie de verzoekers in dergelijke situaties over de lidstaten te verdelen en het Dublinsysteem ook in tijden van crisis correct toe te passen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: dit E-dossier wordt momenteel NIET ambtelijk geactualiseerd.

nationaal

Op 22 december 2015 besprak de commissie I&A/JBZ het verslag van de JBZ-Raad van 3-4 december, waarin gesproken wordt over het crisisherplaatsingsmechanisme.

Europees

Op 21 juni 2019 heeft de Europese Commissie het voorstel ingetrokken.


Kerngegevens

volledige titel

Voorstel voor een verordening tot vaststelling van een crisisherplaatsingsmechanisme en tot wijziging van Verordening (EU) nr. 604/2013 van het Europees Parlement en de Raad van 26 juni 2013 tot vaststelling van de criteria en instrumenten om te bepalen welke lidstaat verantwoordelijk is voor de behandeling van een verzoek om internationale bescherming dat door een onderdaan van een derde land of een staatloze bij een van de lidstaten wordt ingediend

document Europese Commissie

COM(2015)450PDF-document, d.d. 9 september 2015

commissie Eerste Kamer

verwante dossiers


Behandeling Eerste Kamer

Op 22 december 2015 besprak de commissie I&A/JBZ het verslag van de JBZ-Raad van 3-4 december, waarin gesproken wordt over het crisisherplaatsingsmechanisme.

Op 1 december 2015 besprak de commissie I&A/JBZ het verslag van de JBZ-Raad van 9 november 2015 en de geannoteerde agenda van de JBZ-Raad van 3-4 december 2015, waarin de stand van zaken van de migratieproblematiek wordt besproken. De commissie besluit een brief te sturen aan de regering met daarin het verzoek om alle beschikbare cijfers over de huidige vluchtelingenproblematiek aan de Kamer te doen toekomen.

Op 27 november 2015 is de brief inzake nader schriftelijk overleg aanpak vluchtelingen aan de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie gestuurd.

Op 24 november 2015 besprak de commissie I&A/JBZ de conceptbrief aan de regering met inbreng van de fracties van VVD, D66, PvdA en GroenLinks over de aanpak van de vluchtelingencrisis in Europa. De fractie van D66 gaf aan aanvullende inbreng te willen leveren. Een aangepaste versie van de conceptbrief zal per e-mail aan de leden van de commissie worden voorgelegd zodat fracties zich desgewenst kunnen aansluiten.

Op 17 november 2015 besloot de commissie I&A/JBZ naar aanleiding van een aantal brieven van de regering over de aanpak van de vluchtelingencrisis in Europa in schriftelijk overleg te treden met de regering. De conceptbrief werd op 24 november 2015 ter vaststelling geagendeerd.

Op 3 november 2015 besprak de commissie I&A/JBZ verschillende recente brieven van de regering inzake de aanpak van de vluchtelingencrisis in Europa, en besloot om de inbrengdatum voor het nader schriftelijk overleg op 17 november 2015 te zetten. Ook sprak de commissie samen met commissie EUZA met Commissie Meijers over onder andere migratie (met name de eventuele spanning van EU-regelgeving met het Vluchtelingenverdrag en andere eventuele knelpunten in regelgeving).

Op 27 oktober 2015 besprak de commissie I&A/JBZ enkele brieven van de regering inzake de aanpak van de vluchtelingencrisis in Europa, en besluit na ontvangst van het verslag van de JBZ-Raad van 8-9 oktober 2015 over het voortzetten van het schriftelijk overleg met het kabinet.

Op 6 oktober 2015 besprak de commissie I&A/JBZ de geannoteerde agenda van de JBZ-Raad van 8-9 oktober 2015, waar dit voorstel werd besproken, en heeft deze voor kennisgeving aangenomen. Ook heeft de commissie de kabinetsappreciatie bij het pakket migratiemaatregelen van september 2015 besproken en besloot om op 27 oktober 2015 inbreng te leveren voor schriftelijk overleg. Fracties konden de kabinetsappreciatie desgewenst tevens betrekken bij de Algemene Politieke Beschouwingen op 13 oktober 2015.

Op 2 oktober 2015 stuurde de commissie I&A/JBZ een brief naar de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie met vragen over de Europese aanpak van de vluchtelingencrisis in reactie op de brief van de staatssecretaris van 29 september 2015. De commissie ziet de beantwoording van deze vragen graag tegemoet vóór de Algemene Politieke Beschouwingen, die op 13 oktober 2015 in de Eerste Kamer zullen plaatsvinden.

Op 30 september 2015 stuurde de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie een brief naar de Eerste Kamer met de melding dat de kabinetsappreciatie voor de recente voorstellen die voortbouwen op de Europese migratieagenda niet binnen de daarvoor geldende drie-weken termijn naar de Kamer verzonden kon worden. Deze nadere appreciatie, welke in plaats van het gebruikelijke BNC-fiche komt, zal de Kamer op zo kort mogelijke termijn alsnog worden toegezonden.

Op 29 september 2015 besprak de commissie I&A/JBZ de brief van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie van 25 september 2015 inzake de Europese migratieagenda, de verslagen van de JBZ-Raad van 22 september 2015 en van de informele Europese Raad van 23 september 2015, alsmede de Commissiemededelingen en -voorstellen van 9 september en 23 september 2015 die betrekking hebben op de aanpak van de vluchtelingencrisis. De fracties van de PVV (lid Van Weerdenburg) en van GroenLinks (lid Strik) gaven aan inbreng te zullen leveren voor schriftelijk overleg. De conceptbrief zou worden rondgestuurd in de commissie zodat fracties zich desgewenst zouden kunnen aansluiten.

Op 22 september 2015 besloot de commissie voor I&A/JBZ om op 29 september 2015 inbreng te leveren voor een schriftelijk overleg over het nieuwe pakket van Commissiemededelingen en -voorstellen voor de aanpak van de migratieproblematiek.

Op 18 september 2015 stuurde de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie een brief met de ontwikkelingen asiel en migratie in de Europese Raden en de ontwikkelingen binnen Nederland inzake de vluchtelingencrisis.


Behandeling Tweede Kamer

Op 5 november 2015 ging de Tweede Kamer in debat met de minister-president en de minister van Veiligheid en Justitie over de resultaten van de Europese top van 15-16 oktober 2015 en over de JBZ-Raad van 9 november 2015 en de inzet van de migratietop van 11-12 november 2015. Na het debat zijn er een aantal moties aangenomen, waaronder een verzoek tot snelle totstandkoming van een permanent verdelingsmechanisme voor vluchtelingen over EU-lidstaten en verregaande harmonisatie van asielprocedures binnen de EU.

Op 14 oktober 2015 ging de Tweede Kamer in debat over de (Europese) aanpak van het vluchtelingenprobleem met de minister-president, de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, met als aanleiding de Europese top van 15-16 oktober 2015.

Op 13 oktober 2015 beëindigde de Tweede Kamer formeel het behandelvoorbehoud.

Op 13 oktober 2015 stuurde de voorzitter van de commissie Europese Zaken een brief aan de voorzitter van de Tweede Kamer met daarin het advies van de commissie Veiligheid en Justitie om het parlementair behandelvoorbehoud formeel te beëindigen met de volgende afspraken:

1.De Kamer wordt maximaal geïnformeerd over de onderhandelingen ten aanzien van de voorstellen waarop het behandelvoorbehoud betrekking heeft.

2.Met betrekking tot het voorstel inzake een permanent crisisherplaat-singsmechanisme (COM (2015) 450) wordt de Kamer, via de geannoteerde agenda's voorafgaand aan de JBZ-raden, in het bijzonder geïnformeerd ten aanzien van de volgende thema's:

-criteria die worden zullen gehanteerd bij de vraag wanneer sprake is van een crisissituatie;

-de absorptiecapaciteit;

-de verdeelsleutel;

-het verplicht registreren;

-het draagvlak voor de inzet van het kabinet in de JBZ-raad.

3.Bij bijzondere gebeurtenissen rondom de voorstellen waarop het behandelvoorbehoud betrekking heeft, wordt de Kamer proactief geïnformeerd.

Op 7 oktober 2015 vond een algemeen overleg plaats over de JBZ-Raad van 8-9 oktober 2015, met aansluitend een VAO, waarbij een aantal moties zijn ingediend. Naast het inhoudelijke debat was er ruimte voor het maken van informatieafspraken inzake dit voorstel.

Op 6 oktober 2015 stuurde de voorzitter van de vaste commissie voor Europese Zaken een brief aan de voorzitter met daarin het advies om een parlementair behandelvoorbehoud te plaatsen bij dit voorstel. De Tweede Kamer stemde op 6 oktober 2015 plenair in met de brief en plaatste daarmee een parlementair behandelvoorbehoud bij het voorstel.

Op 30 september 2015 behandelde de commissie Veiligheid en Justitie tijdens een procedurevergadering dit voorstel samen met de andere nieuwe Europese voorstellen over de vluchtelingencrisis.

Op 23 september 2015 ging de Tweede Kamer in debat met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over zijn brief van 18 september 2015 inzake de ontwikkelingen asiel en migratie in de Europese Raden en de ontwikkelingen binnen Nederland wat betreft de vluchtelingencrisis.


Standpunt Nederlandse regering

Op 5 oktober 2015 stuurde de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie een kabinetsappreciatie ten aanzien van het EU-migratiepakket van september 2015 naar de Eerste Kamer, waaronder van deze mededeling.

Uit de appreciatie blijkt onder andere dat het kabinet de gekozen rechtsbasis onderschrijft. Nederland onderschrijft ook de beginselen van solidariteit en billijke verdeling van de verantwoordelijkheid tussen de lidstaten. Daarom verwelkomt Nederland initiatieven van de Commissie die beogen daaraan een bijdrage te leveren zoals het onderhavige voorstel. Nederland vindt evenwel dat het voorstel verder zou moeten gaan. Een systeem dat zich enkel richt op lidstaten in een crisissituatie, en waarbij de overige lidstaten dan extra mensen moeten opvangen, is volgens het kabinet niet toereikend.

Voor Nederland is de enige oplossing is een billijke verdeling van álle asielaanvragen die worden ingediend in de EU volgens een bindende bijdrage per lidstaat, bepaald door een geschikte verdeelsleutel, rekening houdend met de absorptiecapaciteit van een land. Hiermee kunnen ook secundaire migratiestromen binnen de EU worden voorkomen.

Het subsidiariteitsoordeel van het kabinet is positief. De gevolgen van een crisissituatie in een lidstaat vanwege een hoge instroom raken andere lidstaten, en een dergelijke crisissituatie kan beter op EU-niveau dan op bilateraal niveau worden geadresseerd. Het proportionaliteitsoordeel is wat betreft het kabinet ook positief aangezien het voorstel niet verder strekt dan het doel van deze maatregel zou vereisen. Daarbij geldt wel de kanttekening dat, zoals bovenstaand beschreven, het voorstel verder zou moeten gaan dan thans het geval is, indien het daadwerkelijk wil bijdragen aan een structurele evenrediger verdeling van de asielinspanning over de lidstaten.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

Op 21 juni 2019 heeft de Europese Commissie het voorstel ingetrokken.

Het voorstel tot vaststelling van een crisisherplaatsingsmechanisme maakt onderdeel uit van de uitvoeringsmaatregelen van de Europese migratieagenda (Edossier E150010). Met dit voorstel beoogt de Europese Commissie een permanent herplaatsingssysteem op te zetten. De Commissie introduceert hierbij een methode waarmee in crisissituaties gedurende een tijdelijke periode kan worden vastgesteld welke lidstaat verantwoordelijk is voor het onderzoek van verzoeken voor internationale bescherming in een lidstaat die met een crisis wordt geconfronteerd. Op deze wijze poogt de Commissie de verzoekers in dergelijke situaties over de lidstaten te verdelen en het Dublinsysteem ook in tijden van crisis correct toe te passen.

Omdat dit verordeningsvoorstel de Dublinverordening wijzigt, moet het worden aangenomen op dezelfde rechtsgrondslag, namelijk artikel 78, lid 2, onder e) VWEU, in overeenstemming met de gewone wetgevingsprocedure.


Behandeling Raad

JBZ-Raad 3-4 december 2015 (agendapunt I.1)

De Raad besprak de stand van zaken van de migratieproblematiek, alsook de uitwerking van de tot dusver genomen maatregelen. Daarnaast werden de ministers door het Voorzitterschap geïnformeerd over de voortgang van de discussies over het crisisherplaatsingsmechanisme voorstel.

Informele Europese Raad 12 november 2015

Voorzitter Tusk heeft een informele bijeenkomst van staatshoofden en regeringsleiders bijeengeroepen om de jongste ontwikkelingen inzake de migratiecrisis te bespreken en om de implementatie van de beslissingen te versenellen. Belangrijke onderwerpen waren de samenwerking met derde landen, met name Turkije, implementatie van besluiten over herplaatsing, hot spots en versterking van de opvangcapaciteit, alsmede de bewaking van de buitengrenzen.

JBZ-Raad 9 november 2015

Tijdens deze extra ingelaste Raad, bij wijze van uitzondering in aanwezigheid van de geassocieerde staten, zijn de stand van zaken besproken van de uitvoering van maatregelen waartoe is besloten en toekomstige acties inzake de vluchtelingencrisis. De ministers hebben ook besloten over een aantal verdere maatregelen om de vluchtelingen- en migratiecrisis te beheersen, zoals uiteengezet in een reeks raadsconclusies. Deze conclusies zijn in het bijzonder gericht op het versnellen van het lopende hervestigingsproces; versterken van de buitengrenzen van de EU; bestrijding van mensenhandel en -smokkel; en terugkeer en wedertoelating.

Bijeenkomst 11 regeringsleiders inzake vluchtelingenstromen langs westelijke Balkan route 25 oktober 2015

Tijdens deze bijeenkomst van regeringsleiders uit landen in de westelijke Balkan route en leiders van Europese instituties, zijn er afspraken gemaakt over operationele acties die drie belangrijke problemen in deze regio inzake de vluchtelingenstromen behandelen: 1. Het leveren van onderdak, 2. Het gezamenlijke beheer van migratiestromen, 3. Grensbeheer. In de Verklaring van de leiders worden deze punten uitgebreid beschreven en wordt er verklaard dat deze maatregelen vanaf de volgende dag al geïmplementeerd kunnen worden.

Europese Raad 15-16 oktober 2015

Tijdens de Raad zijn er conclusies aangenomen over migratie. Deze conclusies gaan voornamelijk in op de samenwerking met derde landen om de vluchtelingenstromen in te dammen (onder andere met Turkije), betere bescherming van de buitengrenzen van de EU (voortbouwend op het Schengenacquis), en de reactie op de instroom van vluchtelingen in Europa en terugkeer.

JBZ-Raad 8-9 oktober 2015 (agendapunt I.3)

Tijdens de Raad concludeerde het Voorzitterschap dat dit voorstel nader dient te worden besproken, ook ten behoeve van de triloog met het Europees Parlement. Namens Nederland werd nogmaals onderstreept dat het voorstel voor een parmanent herplaatsingsmechanisme niet ver genoeg gaat en dat wat Nederland betreft in dit systeem ook een verdeling van álle ingediende asielaanvragen wordt opgenomen.

JBZ-Raad 22 september 2015

In deze (wederom) extra ingelaste JBZ-Raad staat onder andere de follow-up van de JBZ-Raad van14 september 2015 op de agenda. Het Luxemburgs voorzitterschap bouwde voort op zijn conclusies van 14 september 2015.

JBZ-Raad 14 september 2015

Tijdens de extra ingelaste JBZ-Raad werd dit voorstel voor het eerst behandeld, samen met de andere voorstellen die gezamenlijk werden gepubliceerd naar aanleiding van de vluchtelingencrisis.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Op 1 december 2015 besprak de commissie voor Burgerlijke Vrijheden, Justitie en Binnenlandse Zaken (LIBE) dit voorstel met de Europese Commissie, die haar voorstel aan de parlementsleden presenteerde, en de Raad, die de commissie de stand van zaken in de discussies tussen de lidstaten gaf. Het Europees ondersteuningsbureau voor Asielzaken (EASO) presenteerde ook de stand van zaken van de hervestigingsoperaties bij de hotspots.

Op 6 oktober 2015 besprak het Europees Parlement tijdens een debat over de conclusies van de informele Europese Raad van 23 september 2015 de vluchtelingencrisis, waarbij de europarlementariërs de lidstaten erop aandrongen meer actie te ondernemen om de vluchtelingencrisis aan te pakken.

Op 22 september 2015 heeft het Europees Parlement Timothy Kirkhope als rapporteur aangewezen. Het voorstel wordt behandeld door de LIBE commissie.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

Op 3 november 2015 stuurde het Hongaarse parlement een subsidiariteitsbezwaar.

Op 22 oktober 2015 stuurde de Tsjechische senaat een subsidiariteitsbezwaar over dit voorstel naar de Europese Commissie.

Op 20 oktober 2015 besprak de commissie Constitutionele Zaken van de Italiaanse Senaat dit voorstel en publiceerde een resolutie waarin dit voorstel wordt goedgekeurd.

Op 14 oktober 2015 stuurde het Tsjechische parlement een subsidiariteitsbezwaar.

Op 8 oktober 2015 formuleerde de Poolse Landsdag het standpunt dat een adequate rechtsgrondslag ontbreekt en het voorstel in strijd is met het subsidiariteitsbeginsel.

Het parlement van Slowakije nam op 30 september 2015 een opinie aan met een subsidiariteitsbezwaar over dit voorstel.

De Poolse senaat nam op 29 september 2015 opinie aan met een subsidiariteitsbezwaar ten aanzien van dit voorstel.

De deadline voor het indienen van eventuele subsidiariteitsbezwaren is 9 november 2015.

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Reacties Derden

Op 22 december 2015 publiceerde de Adviescommissie voor Vreemdelingenzaken (ACVZ) een rapport met advies over een solidair asielsysteem met een verdelingsmechanisme die leidt tot een duurzaam billijke verdeling van asielverantwoordelijkheden. De ACVZ bepleit de Dublinverordening aan te passen, waardoor het mogelijk wordt voor lidstaten die verantwoordelijk zijn voor een onevenredig hoog aantal asielverzoeken, om asielzoekers over te dragen aan lidstaten waarin onevenredig weinig asielzoekers zijn geregistreerd.


Alle bronnen