E160003
  ruit icoon
Laatste revisie: 17-11-2020

E160003 - Voorstel voor een richtlijn inzake de herziening van richtlijn 96/71/EG over de detachering van medewerkers



Het voorstel voor een richtlijn heeft als doel om gedetacheerde werknemers die voor hun werkgever tijdelijk in een andere lidstaat van de EU moeten werken hetzelfde salaris ontvangen als in de lidstaat waar zij eerst werkzaam waren.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: implementatietraject gestart.

nationaal

Op 19 juni 2018 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda voor de Raad WSBVC van 21 juni 2018, waarin de minister van SZW o.a. een voortgangsrapportage geeft over het voorstel en besloot deze voor kennisgeving aan te nemen.

Europees

Op 28 juni 2018 ondertekenden de voorzitter van de Raad en de voorzitter van het Europees Parlement de aangenomen richtlijn.


Kerngegevens

volledige titel

Voorstel voor een richtlijn van het Europees Parlement en de Raad tot wijziging van Richtlijn 96/71/EG van het Europees Parlement en de Raad van 16 december 1996 betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten

document Europese Commissie

COM(2016)128PDF-document, d.d. 8 maart 2016

rechtsgrondslag

Art. 53(1) en 62 VWEU

commissie Eerste Kamer

beleidsterrein

verwant dossier


Implementatie

Op 9 juli 2018 is de Richtlijn 2018/957PDF-document, van het Europees Parlement en de Raad van 28 juni 2018 tot wijziging van Richtlijn 96/71/EG betreffende de terbeschikkingstelling van werknemers met het oog op het verrichten van diensten, gepubliceerd in het Publicatieblad van de Europese Unie (L173/16). Lidstaten dienden uiterlijk op 30 juli 2020 aan de richtlijn te voldoen.

De Eerste Kamer heeft het voorstel op 30 juni 2020 als hamerstuk afgedaan.

Kamerstukdossier 35.358 geeft een volledig overzicht van de behandeling van de implementatiewet in zowel de Eerste als de Tweede Kamer.


Behandeling Eerste Kamer

Op 19 juni 2018 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda voor de Raad WSBVC van 21 juni 2018, waarin de minister van SZW o.a. een voortgangsrapportage geeft over het voorstel en besloot deze voor kennisgeving aan te nemen.

Op 17 april 2018 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda voor de informele Raad WSBVC van 17-18 april 2018 en de bijgevoegde voortgangsrapportage van de onderhandelingen inzake de herziening van de Detacheringsrichtlijn en besloot deze voor kennisgeving aan te nemen.

Op 6 maart 2018 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda voor de Raad WSBVC van 15 maart 2018, waarin de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid de Kamer informeert over de voortgang van de onderhandelingen inzake de herziening van de Detacheringsrichtlijn en besloot deze voor kennisgeving aan te nemen.

Op 31 oktober 2017 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid d.d. 25 oktober 2017 over de voortgang van de onderhandelingen inzake de herziening van de Detacheringsrichtlijn en de herziening van de Coordinatieverordening Sociale Zekerheidsstelsels (E160052)en besloot de brief voor kennisgeving aan te nemen.

Op 13 juni 2017 besloot de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de brief van de minister van SZW d.d. 29 mei 2017 inzake de aangepaste ontwerprichtlijn voor kennisgeving aan te nemen en af te zien van schriftelijk overleg met de regering.

Op 6 juni 2017 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de brief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid aan de Eerste Kamer d.d. 29 mei 2017 inzake de voortgang van de onderhandelingen in de Raad over de herziening van de detacheringsrichtlijn. De commissie besloot voorafgaand aan de Raad WSBVC van 15 juni 2017 in schriftelijk overleg te treden met de minister van SZW naar aanleiding van de aangepaste ontwerprichtlijn over de detachering van medewerkers en de brief van de regering van 29 mei 2017.

Op 13 september 2016 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de reactie van de Europese Commissie op de gele kaart en besloot het dossier te blijven volgen.

Op 21 juni 2016 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid het verslag van het schriftelijk overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, vastgesteld op 14 juni 2016 en besloot deze voor kennisgeving aan te nemen. De commissie besloot het dossier opnieuw te agenderen na bekendmaking van de reactie van de Europese Commissie over de gele kaart op het voorstel.

Op 28 april 2016 werd een brief gestuurd aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met vragen over de het voorstel voor de herziening van de Detacheringsrichtlijn. Het antwoord van de minister op de vragen van de commissie is op 13 juni 2016 ontvangen.

Op 19 april 2016 hebben de fracties van de VVD en SP aangegeven schriftelijke inbreng over het voorstel te leveren.

Op 29 maart 2016 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid het BNC-fiche voor het voorstel en besloot op 19 april 2016 inbreng te leveren voor een brief aan de regering. De commissie gaf aan het op prijs te stellen om op dezelfde wijze en met dezelfde frequentie over het voorstel te worden geïnformeerd als de Tweede Kamer.

Op 15 maart 2016 besprak de commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de procedure voor behandeling van het EU-voorstel en besloot de procedure aan te houden in afwachting van het BNC-fiche.

De commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid heeft het pakket Arbeidsmobiliteit als prioritair geselecteerd uit het werkprogramma 2016 van de Europese Commissie.


Behandeling Tweede Kamer

Op 3 juli 2018 stuurde de minister van Infrastructuur en Waterstaat een briefPDF-document met antwoorden op vragen van de Tweede Kamer over het uitsluiten van vrachtwagenchauffeurs van gelijk loon voor gelijk werk en de verkeersveiligheid op de Nederlandse wegen.

Op 13 juni 2018 besprak de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda voor de Raad WSBVC van 21 juni 2018 in een algemeen overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarbij o.a. vragen zijn gesteld over de herziening van de Detacheringsrichtlijn.

Op 5 april 2018 besprak de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda van de informele Raad WSBVC van 17 en 18 april 2018 in een algemeen overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. De leden van de commissie vragen onder andere naar de voortgangsrapportage over de herziening van de detacheringsrichtlijn.

Op 29 november 2017 stuurde de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief aan de Tweede Kamer naar aanleiding van het algemeen overleg over de sociale top in de Tweede Kamer op 16 november 2017. In deze brief geeft de minister uitleg over de knelpunten in de regels rond A1-verklaringen. Dit heeft betrekking op de Detacheringsrichtlijn en de verordening Coördinatie socialezekerheidsstelsels (E160052).

Op 22 november 2017 vond in de Tweede Kamer een gesprek plaats van de vaste commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid met EP-rapporteur Jongerius over de Detacheringsrichtlijn.

Op 8 juni 2017 werden tijdens de bespreking van het verslag van een algemeen overleg over de Raad WSBVC van 15 juni 2017 zes moties ingediend in het kader van de herziening van de Detacheringsrichtlijn. Op 13 juni 2017 werd gestemd over deze moties.

Op 7 juni 2017 besprak de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid de geannoteerde agenda van de Raad WSBVC van van 15 juni 2017 in een algemeen overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, waarbij o.a. vragen zijn gesteld over de herziening van de Detacheringsrichtlijn.

Op 6 juli 2016 stuurde de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid een brief aan de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid met vragen en opmerkingen over de geannoteerde agenda van de Raad WSBVC van 14-15 juli 2016. De leden van de commissie vragen onder andere naar de voortgangsrapportage over de herziening van de detacheringsrichtlijn. Bij brief van 13 juli 2017 zijn de vragen door de minister beantwoord.

Op 19 april 2016 werd het behandelvoorbehoud bij het voorstel beëindigd en zijn er afspraken gemaakt met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de informatievoorziening. Op 19 april 2016 stuurde de Tweede Kamer een brief aan de minister met de vastgestelde afspraken.

Op 13 april 2016 besprak de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid het behandelvoorbehoud met betrekking tot het voorstel in een algemeen overleg met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

Op 7 april 2016 organiseerde de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid een besloten technische briefing over het voorstel.

Op 5 april 2016 besloot de Tweede Kamer om een behandelvoorbehoud bij het voorstel vast te leggen.

Op 15 maart 2016 besprak de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid het voorstel voor de herziening van de Detacheringsrichtlijn en besloot na ontvangst van het BNC-fiche een behandelvoorbehoud te plaatsen op het voorstel.

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid van de Tweede Kamer heeft het voorstel als prioritair aangemerkt uit het werkprogramma 2016 van de Europese Commissie.


Standpunt Nederlandse regering

Het kabinet beoordeelt het EU-voorstel positief, ook op het gebied van subsidiariteit en proportionaliteit. De aanpassing op de huidige detacheringsrichtlijn verduidelijkt volgens het kabinet welke beloningselementen en detacheringssituaties van toepassing zijn. Hierdoor zouden verschillen in loonkosten verkleind worden. Verder wenst het kabinet de tweejarige termijn in de richtlijn op te nemen, omdat deze duidelijk maakt wanneer het recht van de lidstaat waarin de persoon werkt van toepassing is.

Wel ziet de regering een risico voor de effectiviteit van het voorstel, omdat in de praktijk werkgevers de detacheringsperiode zullen inkorten zodat de regels van het ontvangende land niet zullen gelden. Daarnaast wil het kabinet opheldering over de vraag of de termijn aaneengesloten dient te zijn of ook tussenpozen kan bevatten. De bepaling om uitzendkrachten in de detacheringsrichtlijn te harmoniseren met de uitzendrichtlijn wordt ook ondersteund door het kabinet.


Samenvatting voorstel Europese Commissie

Op 20 juli 2016 heeft de Europese Commissie middels een mededeling (COM(2016)505)PDF-document te kennen gegeven dat zij het voorstel voor de herziening van de Detachteringsrichtlijn niet in strijd met het subsidiariteitsbeginsel acht.

Met dit voorstel wordt de detacheringsrichtlijn (richtlijn 96/71/EG), bedoeld om gedetacheerde werknemers een minimumniveau aan bescherming te bieden, aangepast. De aanpassingen hebben betrekking op de bezoldiging van gedetacheerde werknemers, de lange-termijndetachering en de voorschriften voor uitzendkrachten.

De Europese Commissie wil dat werknemers gelijk loon ontvangen voor gelijk werk op dezelfde werkplek. Nu krijgen gedetacheerde werknemers vaak nog een lagere beloning omdat alleen de 'harde kern' van de arbeidsvoorwaarden geldt. Voorschriften die bij wet of algemeen verbindende collectieve overeenkomsten zijn vastgesteld, worden verplicht voor gedetacheerde werknemers in alle economische sectoren. Met het voorstel wordt de lidstaten ook de mogelijkheid geboden te bepalen dat onderaannemers hun werknemers dezelfde bezoldiging moet bieden als de hoofdcontractant.

De detachering van een Europese werknemer wordt met dit voorstel beperkt tot twee jaar (nu nog vijf jaar). Duurt de detachering toch langer, dan gelden de arbeidsvoorwaarden van het ontvangende land. Is vanaf het begin duidelijk dat de detachering langer duurt dan twee jaar, dan gelden de arbeidsvoorwaarden vanaf het begin.

Ook krijgen buitenlandse uitzendkrachten dezelfde arbeidsvoorwaarden als nationale uitzendkrachten.

De hervorming van de detacheringsrichtlijn uit 1996 vult de in 2014 vastgestelde handhavingsrichtlijn aan (2014/67/EU; zie E120011), die de toepassing van de voorschriften voor detachering van werknemers beoogt te versterken door problemen in verband met fraude en omzeiling van de regels aan te pakken. De handhavingsrichtlijn moet uiterlijk in juni 2016 in nationale wetgeving zijn omgezet. Het hiertoe strekkende wetsvoorstel Wet arbeidsvoorwaarden gedetacheerde werknemers in de Europese Unie (34.408) is op 8 februari 2016 ingediend.


Behandeling Raad

Op 28 juni 2018 ondertekenden de voorzitter van de Raad en de voorzitter van het Europees Parlement de aangenomen richtlijn.

Op 21 juni 2018 werd tijdens de Raad WSBVC de richtlijn in eerste lezing aangenomen.

Op 11 april 2018 werd in het Coreper door een meerderheid van lidstaten ingestemd met de geconsolideerde versie van het onderhandelingsresultaat voor het voorstel.

Op 15 maart 2018 werd tijdens de Raad WSBVC de voortgang van de besprekingen met het Europees Parlement inzake de Detacheringsrichtlijn besproken.

Op 23 oktober 2017 bereikte de Raad WSBVC een algemene oriëntatie op het voorstel.

Op 15 juni 2017 besprak de Raad WSBVC het voorstel voor de herziening van de detacheringsrichtlijn.

Op 8 december 2016 werd een voortgangsrapport over het voorstel voor de herziening van de detacheringsrichtlijn besproken in de Raad WSBVC.

Op 16 juni 2016 besprak de Raad WSBVC de gele kaart voor de herziening van de detacheringsrichtlijn.

Op 26 en 27 mei 2016 besprak de Raad voor Concurrentievermogen de stand van zaken rondom het voorstel voor de herziening van de Detacheringsrichtlijn.

Op 19 en 20 april 2016 werd tijdens een informele Raad WSBVC gesproken over het voorstel voor de herziening van de Detacheringsrichtlijn.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Op 28 juni 2018 ondertekenden de voorzitter van de Raad en de voorzitter van het Europees Parlement de aangenomen richtlijn.

Op 31 mei 2018 publiceerde de onderzoeksdienst van het Europees Parlement een briefingPDF-document over de stand van zaken met betrekking tot de wetgevingsprocedure voor de ontwerprichtlijn.

Op 29 mei 2018 nam het Europees Parlement tijdens een plenaire vergadering een resolutiePDF-document aan met een standpunt in eerste lezing over de ontwerprichtlijn.

Op 28 februari 2018 bereikten het Europees Parlement met de Raad en de Europese Commissie een overeenstemming over de ontwerprichtlijn.

Op 16 november 2017 publiceerde de onderzoeksdienst van het Europees Parlement een briefingPDF-document over de stand van zaken met betrekking tot de wetgevingsprocedure voor de ontwerprichtlijn.

Op 23 oktober 2017 heeft het Europees Parlement tijdens een plenaire vergadering het ontwerpverslagPDF-document van de commissie voor Werkgelegenheid en Sociale Zaken (EMPL) in eerste lezing aangenomen.

Op 11 mei 2017 bracht de commissie voor de Interne Markt en Consumentenbescherming (IMCO) een adviesPDF-document uit waarin zij de transportsector buiten de scope plaatst van de ontwerprichtlijn.

Op 2 december 2016 bracht de commissie voor Werkgelegenheid en Sociale Zaken (EMPL) een ontwerpverslagPDF-document uit over de ontwerprichtlijn.

Op 18 juli 2016 publiceerde de Onderzoeksdienst van het Europees Parlement een achtergronddocument met betrekking tot het onderzoek over de bestaande Detacheringsrichtlijn.

Op 30 juni 2016 publiceerde de Onderzoeksdienst van het Europees Parlement een onderzoek over de stand van zaken van de bestaande detacheringsrichtlijn.

Op 2 mei 2016 publiceerde de Onderzoeksdienst van het Europees Parlement een briefing over het voorstel voor de herziening van de detacheringsrichtlijn.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

Op 20 juli 2016 oordeelde de Europese Commissie dat het voorstel voor de herziening van de Detacheringsrichtlijn niet in strijd is met het subsidiariteitsbeginsel.

Op 21 juli 2016 beoordeelt het Parlement van Spanje in haar resolutie het voorstel positief.

Het Franse Nationale Assemblée heeft op 28 juni 2016 een resolutie aangenomen over de herziening van de detacheringsrichtlijn. Daarnaast heeft zij een rapport over het voorstel gepubliceerd (FR).

De Italiaanse Kamer van Afgevaardigden heeft op 12 mei 2016 haar standpunt ingenomen over het voorstel.

Op 10 mei 2016 is gebleken dat de gele kaart is getrokken op het voorstel tot herziening van de detacheringsrichtlijn.

De Senaat van Roemenië heeft op 4 mei 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend over het voorstel.

Het Parlement van Portugal heeft in een politieke dialoog haar standpunt weergegeven over het voorstel. Zij vond geen problemen op het gebied van subsidiariteit inzake het voorstel.

De Italiaanse Senaat heeft op 3 mei 2016 een positief standpunt ingenomen over het voorstel.

Ook het Parlement van Slowakije heeft op 10 mei 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend.

Het Parlement van Letland heeft op 9 mei 2016 haar subsidiariteitsbezwaar ingediend bij de Europese Commissie.

Het Deense Parlement heeft op 6 mei 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend bij de Europese Commissie.

Op 6 mei 2016 heeft het parlement van Kroatië haar subsidiariteitsbezwaar op het voorstel ingediend.

De Litouwse Seimas heeft tijdens haar plenaire sessie op 3 mei 2016 haar subsidiariteitsbezwaar bevestigd.

Het parlement van Estland heeft op 22 april 2016 haar subsidiariteitsbezwaar doorgeleid naar de plenaire vergadering. Op 10 mei 2016 heeft het parlement het bezwaar plenair aangenomen.

Het Hongaars Nationaal Assemblée heeft op 10 mei 2016 haar subsidiariteitsbezwaar vastgesteld op het voorstel.

Het Bulgaarse Parlement heeft op 20 april 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend.

De Roemeense Kamer van Afgevaardigden heeft op 13 april 2016 een met redenen omkleed advies uitgebracht op het voorstel voor een richtlijn. De Senaat van Roemenië heeft op 4 mei 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend.

De Tsjechische Kamer van Afgevaardigden heeft op 31 maart 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend op het voorstel. de Tsjechische Senaat heeft op 27 april 2016 een subsidiariteitsbezwaar vastgesteld.

De Poolse Sejm heeft op 30 maart 2016 een negatief standpunt ingenomen over het voorstel en op 19 april 2016 een subsidiariteitsbezwaar ingediend. De Poolse Senaat heeft op 12 april 2016 een standpunt ingenomen over het voorstel en beoordeelt dat deze afbreuk doet aan de proportionaliteit.

De volgende lidstaten hebben het dossier Arbeidsmobiliteitspakket als prioritair geselecteerd:

Denemarken, Litouwen, Roemenië en het Britse Lagerhuis.

De deadline voor het indienen van een subsidiariteitsbezwaar is 10 mei 2016.

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Achtergrondartikelen

De Robert Schuman Foundation heeft op 11 oktober 2016 een beleidsartikel gepubliceerd over de herziening van de detacheringsrichtlijn.


Alle bronnen