E130020
  klaver icoon
Laatste revisie: 25-06-2013

E130020 - Commissiemededeling: Naar een hechte economische en monetaire unie Invoering van een instrument voor convergentie en concurrentievermogen



De Europese Commissie heeft op 28 november 2012 een blauwdruk voor een hechte economische en monetaire unie gepresenteerd (COM(2012)777PDF-document) , waarin zij een visie uiteenzette op een de toekomstige architectuur van de Unie op financieel, budgettair, economisch en politiek gebied. De Commissie onderscheidde daarin maatregelen die volgens haar op korte, middellange en langere termijn zouden moeten worden gesteld om de gestelde doelen te bereiken.

Eén van de op korte termijn te nemen maatregelen was onder meer de coördinatie van plannen voor  hervormingen van het economische beleid. In de onderhavige mededeling worden opties aangereikt voor het organiseren van besprekingen op EU-niveau over grootschalige hervormingen van het economische beleid in de lidstaten voordat op nationaal niveau definitieve beslissingen worden genomen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.

nationaal

De reactie van de ministers van Financiën en Economische Zaken hebben van 7 juni 2013  op de vragen die de fracties van CDA, PVV en SP binnen de commissies voor Economische Zaken, voor Financiën en voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn betrokken bij het plenaire debat van 11 juni 2013 over het Nationaal Hervormingsprogramma en Stabiliteitsprogramma. 

Europees

De Europese Commissie heeft tijdens de Raad ECOFIN op 13-14 mei 2013 de twee mededelingen met betrekking tot de toekomst van de Economische en Monetaire Unie (EMU) gepresenteerd.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2013)165PDF-document, d.d. 20 maart 2013

commissies Eerste Kamer

beleidsterrein

verwante dossiers


Behandeling Eerste Kamer

De reactie van de ministers van Financiën en Economische Zaken hebben van 7 juni 2013  op de vragen die de fracties van CDA, PVV en SP binnen de commissies voor Economische Zaken, voor Financiën en voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid zijn betrokken bij het plenaire debat van 11 juni 2013 over het Nationaal Hervormingsprogramma en Stabiliteitsprogramma. 

De ministers van Financiën en Economische Zaken hebben op 7 juni 2013 gereageerd op de vragen die de fracties van CDA, PVV en SP binnen de commissies voor Economische Zaken, voor Financiën en voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid op 31 mei 2013 hebben gesteld. 

De commissies voor Financiën, Economische Zaken en Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben tijdens een gezamenlijke vergadering op 4 juni 2013 gesproken over de mogelijke thema's die aan bod zullen komen op 11 juni tijdens het plenaire debat met de ministers van Financiën en Economische Zaken. 

De commissies voor Financiën, Economische Zaken en Sociale Zaken en Werkgelegenheid hebben tijdens een gezamenlijke vergadering op 28 mei 2013 gesproken over het Nationaal Hervormingsprogramma en Stabiliteitsprogramma. Daarbij hebben zij ook deze mededeling betrokken en besloten dat deze kan worden meegenomen in de schriftelijke voorbereiding van en tijdens het plenaire debat op 11 juni 2013  in het kader van het Europees Semester. 

In een gezamenlijke vergadering van de commissies voor Financiën, Economische Zaken en Europese Zaken werd op 14 mei 2013 besloten dat eventuele schriftelijke inbreng bij de onderhavige mededelingen betrokken kan worden bij reeds geplande inbrengvergadering bij het Stabiliteitsprogramma 2013 en Hervormingsprogramma 2013 op 28 mei 2013 .

Tevens kunnen de mededelingen aan de orde gesteld worden tijdens het voorziene plenaire debat over het Stabiliteitsprogramma 2013 en Hervormingsprogramma 2013 op 11 juni 2013 . De commissies behouden zich het recht voor de mededelingen op een later moment opnieuw te agenderen. 

Op verzoek van de SP werd tijdens de commissievergadering op 9 april 2013 besloten de procedure van behandeling van deze Europese Commissiemededeling te bespreken na ontvangst van het BNC-fiche.


Behandeling Tweede Kamer

De kabinetsappreciatie van de twee commissiemededelingen werd op 14 mei 2013 besproken door de commissie Economische Zaken en besloten werd de vaste commissie voor Europese Zaken te verzoeken de behandeling over te nemen. 

Voorafgaand aan de informele Raad voor Concurrentievermogen op 2-3 mei 2013 hebben enkele fracties binnen de commissie voor Economische Zaken nog vragen gesteld aan de minister van Economische Zaken. Dit verslag schriftelijk overleg werd op 24 april 2013 vastgesteld.


Standpunt Nederlandse regering

Op 22 april 2013 stuurden de ministers van Economische Zaken en van Financiën een kabinetsappreciatie van de twee mededelingen die zijn gepubliceerd om het debat over de versterking van de Europese Monetaire Unie te bevorderen. 

Het kabinet laat in de appreciatie onder andere weten dat zij de ex ante coördinatie van hervormingen ziet als een nuttig instrument voor het bevorderen van groei en stabiliteit in de EU, vooral door de nadruk op best practices. De contractuele afspraken over hervormingen zouden potentieel ook nuttig kunnen zijn als extra instrument om lidstaten aan te zetten tot het doorvoeren van structurele hervormingen. De voorwaarden hierbij zijn dat de beleidsvrijheid van lidstaten die zich aan gemaakte afspraken houden niet wordt ingeperkt, het proces van economische beleidscoördinatie niet nodeloos wordt gecompliceerd, en de totale Nederlandse afdrachten aan de EU niet stijgen. De uitwerking van de Commissie voldoet hier nog niet voldoende aan. 


Samenvatting voorstel Europese Commissie

De Europese Commissie heeft op 28 november 2012 een blauwdruk voor een hechte Economische en Monetaire Unie (EMU) gepresenteerd (COM(2012)777PDF-document) , waarin zij een visie uiteenzette op een de toekomstige architectuur van de Unie op financieel, budgettair, economisch en politiek gebied. De Commissie onderscheidde daarin maatregelen die volgens haar op korte, middellange en langere termijn zouden moeten worden gesteld om de gestelde doelen te bereiken.

Eén van de op korte termijn te nemen maatregelen was onder meer de coördinatie van plannen voor  hervormingen van het economische beleid. In de onderhavige mededeling worden opties aangereikt voor het organiseren van besprekingen op EU-niveau over grootschalige hervormingen van het economische beleid in de lidstaten voordat op nationaal niveau definitieve beslissingen worden genomen. Het is de bedoeling dat reeds in een vroeg stadium van het besluitvormingsproces naar behoren rekening wordt gehouden met eventuele positieve of negatieve overloopeffecten die van de hervormingen op andere eurozonelanden kunnen uitgaan. Volgens de Commissie zouden de coördineren hervormingen onder meer moeten liggen op het gebied van concurrentievermogen, werkgelegenheid, de werking van de product- en dienstenmarkten, belastingstelsels, en financiële stabiliteit en budgettaire houdbaarheid. De bespreking van de hervormingen zou naar het oordeel van de Europese Commissie stevig moeten worden verankerd in het proces van het Europees semester.

De toekomst van de EMU zal opnieuw aan de orde komen tijdens de bijeenkomst van de Europese Raad in juni, waarop een beslissing zal worden genomen over concrete maatregelen en een aan een tijdpad gebonden routekaart.


Behandeling Raad

De Europese Commissie heeft de twee mededelingen in het kader van een weg naar een hechte economische en monetaire Unie gepresenteerd tijdens de Raad voor Economische en Financiële Zaken (ECOFIN) op 13-14 mei 2013.  Er werd vooral stil gestaan bij de contractuele afspraken tussen lidstaten en de EU-instellingen en de mogelijke financiële ondersteuning die daar aan gekoppeld kan worden.

Tijdens de informele Raad voor Concurrentievermogen op 2-3 mei 2013 heeft een informele gedachtewisseling plaatsgevonden over de mogelijkheid van contracten tussen lidstaten en EU-instellingen voor concurrentievermogen en groei. De onderhavige mededeling diende als input voor de discussie.

Het Ierse voorzitterschap gaf -volgens het verslag van het ministerie van Economische Zaken- aan dat de gedachtewisseling voortvloeit uit de besprekingen tijdens de Europese Raad van december 2012 over de toekomst van de Economische en Monetaire Unie. Daarbij is onder andere verzocht om de mogelijkheid van contracten tussen lidstaten en EU-instellingen te verkennen, mogelijk gecombineerd met solidariteitsmechanismen die de inspanningen van lidstaten in het kader van de contracten versterken. De Europese Raad heeft de Voorzitter verzocht om samen met de Europese Commissievoorzitter consultaties met lidstaten te houden en aan de Europese Raad van 27 en 28 juni 2013 mogelijke vervolgvoorstellen met een tijdgebonden routekaart te presenteren. Deze gedachtewisseling maakt onderdeel uit van de consultaties met de lidstaten.

Een groot aantal lidstaten, waaronder Nederland, gaf aan nog vragen te hebben bij de contractuele afspraken over hervormingen en de mogelijke koppeling met financiële ondersteuning. Deze lidstaten onderstreepten dat de contracten nauw moeten aansluiten bij de al bestaande afspraken van het Europees semester en de macro-economische onevenwichtigheden procedure (MEOP). De prioriteit zou moeten liggen bij implementatie en naleving van deze reeds gemaakte afspraken. Ook zou, aldus diverse lidstaten waaronder Nederland, een eventuele contractuele afspraak per definitie alleen tot stand moeten komen met wederzijdse overeenstemming en met vroegtijdige betrokkenheid van nationale parlementen en sociale partners.

Het Ierse Voorzitterschap gaf aan dat er een brief aan de Voorzitter van de Europese raad gestuurd zal worden met daarin de verschillende visies van de lidstaten.

Tijdens de Eurogroep en informele Ecofin Raad van 12 en 13 april 2013 is dit punt uiteindelijk niet aan de orde geweest.

Tijdens de Ecofin van 4-5 maart 2013 werd al gesproken over het ex ante coördineren van grote nationale economische hervormingen. 

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen