E100072
  ruit icoon
Laatste revisie: 22-06-2011

E100072 - Mededeling inzake de prioriteiten voor een energie-infrastructuur voor 2020 en verder



In deze mededeling presenteert de Europese Commissie haar prioriteiten op het gebied van energie-infrastructuur voor de volgende twee decennia. Deze prioriteiten zijn gericht op het geschikt maken van netwerken voor de 21e eeuw. De Commissie bepaalt prioriteitscorridors voor het transport van elektriciteit, gas en olie. Deze prioriteitenkaart zal in de toekomst als basis dienen om in verband met concrete projecten vergunningen te verlenen en financieringsbesluiten te nemen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.

Nationaal

Op 29 maart 2011 heeft de commissie voor Economische Zaken een conceptbrief aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie vastgesteld. Op 30 maart 2011 is de brief verstuurd. De minister heeft op 14 juni 2011 gereageerd. Op 21 juni 2011 heeft de commissie de brief voor kennisgeving aangenomen.

Europees

Op 17 mei 2011 heeft de Raad voor Vervoer, Telecom en Energie conclusies aangenomen over de energie-infrastructuur. Tijdens de VTE-Raad van 10 juni 2011 hebben de ministers gedicussieerd over investeringen in de energie-infrastructuur aan de hand van een rapport van de Europese Commissie.


Kerngegevens

volledige titel

Prioriteiten voor energie-infrastructuurprojecten voor 2020 en verder- Een blauwdruk voor een Europees geïntegreerd energienetwerk

document Europese Commissie

COM(2010)677PDF-document, d.d. 17 november 2010

commissie Eerste Kamer

beleidsterreinen

verwante dossiers


Behandeling Eerste Kamer

De commissie Economische Zaken heeft op 23 november 2010 besloten om op 14 december 2010 inbreng te leveren voor een brief aan de regering.

Het leveren van inbreng voor een brief aan de regering is op 14 december 2010 aangehouden tot 21 december 2010.

De commissie EZ besluit op 18 januari 2011 om het leveren van inbreng aan te houden tot 25 januari 2011.

25 januari 2011 heeft de commissie een brief gestuurd aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie. De commissie heeft vragen gesteld over transport en opslag van CO2.

De minister van EL&I heeft op 17 maart 2011 de brief van de commissie EZ beantwoord. De minister gaat in zijn brief onder meer in op de aanleg van grensoverschrijdende Europese energie-infrastructuur en het systeem voor emissiehandel.

Op 22 maart 2011 heeft de commissie EZ de brief van de minister van EL&I besproken. De fracties van het CDA, PvdA en SGP (mede namens de ChristenUnie) wensen nadere vragen te stellen over de besteding van emissiegelden. Een conceptbrief zal op 29 maart 2011 worden besproken.  

Op 29 maart 2011 heeft de commissie EZ een conceptbrief aan de minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie vastgesteld. Op 30 maart 2011 is de brief verstuurd. De fracties van het CDA, PvdA, SP, GroenLinks en SGP stellen in de brief nadere vragen aan de minister over emissiehandel.

De minister van EL&I heeft op 14 juni 2011 gereageerd op de brief van 30 maart 2011. De minister geeft onder meer aan dat het kabinet de zienswijze van de leden van de CDA-, de PvdA- en de GroenLinks-fracties om de emissiegelden te oormerken voor flankerend beleid zoals innovatie of energiebesparing niet deelt. Het kabinet is van mening dat de prioriteitstelling over middelen enerzijds en uitgaven anderzijds afzonderlijk afgewogen dient te worden, zoals ook de leden van de SP-fractie stellen.

Op 21 juni 2011 heeft de commissie voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) de brief van de minister van 14 juni 2011 voor kennisgeving aangenomen.


Behandeling Tweede Kamer

De Tweede Kamercommissie voor Europese Zaken heeft schriftelijk overleg gevoerd met de minister en de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken over de geannoteerde agenda van de Raad Algemene Zaken van 31 januari 2011. De leden van de CDA-fractie hebben op 21 januari 2011 een vraag gesteld over de wijze waarop de Europese Commissie erop gaat toezien dat alle lidstaten evenredig investeren in een energie-infrastructuur. Uit het antwoord van 27 januari 2011 blijkt dat Nederland kritisch tegenover de voorstellen van de Commissie staat inzake Europese financiering van de energie-infrastructuur.

Onderhavige mededeling is ook door de TK als prioritair geselecteerd.


Standpunt Nederlandse regering

Uit het BNC-fiche blijkt dat Nederland verbetering van de Europese energie-infrastructuur van belang acht voor de Europese energievoorzieningszekerheid, het bereiken van energie- en klimaatdoelen, de voltooiing van de interne energiemarkt en diversificatie van bronnen en aanvoerroutes. Nederland is voorstander van een Europese strategie voor energie-infrastructuur met een integraal pakket van maatregelen. Tegelijkertijd staat Nederland kritisch tegenover onderdelen van de mededeling, onder meer tegenover de subsidiariteit, de haalbaarheid van de ambities van de Commissie en een Europese financiering van energie-infrastructuur. De mededeling bevat naar het oordeel van de regering ingrijpende voorstellen, waarbij veel zal afhangen van de nadere uitwerking.

In de geannoteerde agenda van 1 juni 2011 voor de Raad Vervoer, Telecom en Energie van 10 juni 2011 stelt de minister voor Economische Zaken, Landbouw en Innovatie dat Nederland kritisch blijft ten opzichte van Europese financiering van energieinfrastructuur gezien de marktverstorende werking en zal dus ook met kritische blik het voorstel van de Commissie dit najaar beoordelen. Het primaat voor financiering van energie-infrastructuur ligt bij de (gereguleerde) marktpartijen. Marktverstorende overheidsinterventies dienen te worden voorkomen (zie 'Behandeling Raad' voor geannoteerde agenda) .


Samenvatting voorstel Europese Commissie

De EU heeft zich ertoe verbonden tegen 2020 de broeikasgasemissies met 20% te verminderen, het aandeel hernieuwbare energie tot 20% van het finale energieverbruik te verhogen en de energie-efficiëntie met 20% te verhogen. Daarnaast dient de EU de levering van energie aan haar 500 miljoen inwoners te verzekeren tegen competitieve prijzen tegen een achtergrond van toenemende internationale concurrentie op de wereldmarkt voor energiebronnen. De Commissie stelt dat de EU op dit moment een verouderde energie-infrastructuur heeft die slecht met elkaar verbonden is. Ontwikkelingen op het gebied van duurzame en schone energie worden vertraagd door een inadequate verbinding met het Europese energienetwerk. Daarom is er naar het oordeel van de Commissie nieuw EU-beleid op het gebied van energie-infrastructuur nodig.

De mededeling bevat een blauwdruk met een nieuwe methode voor strategische planning met als doel een inzicht te geven in hetgeen benodigd is voor een efficiënt netwerk. Onderdeel van de nieuwe methode is dat er een aantal Europese prioriteitencorridors bepaald worden die urgent ontwikkeling behoeven om de Europese beleidsdoelstellingen concurrentievermogen, duurzaamheid en voorzieningszekerheid te bereiken door:

  • de lidstaten die bijna geïsoleerd zijn van andere Europese energiemarkten te verbinden;
  • bestaande grensoverschrijdende koppelingen aanzienlijk te versterken;
  • en hernieuwbare energie in het netwerk te integreren.

Op basis van deze vooraf bepaalde corridors zullen in 2012 concrete projecten van "Europees belang" die in aanmerking komen voor Europese financiering en bouwvergunningen, alsook een termijn voor een eindbesluit, worden vastgesteld. Het gaat om zeven corridors; vier in de elektriciteitssector en drie in de gassector.


Behandeling Raad

De Europese Commissie zal het voorstel presenteren op de Telecom en Energieraad (VTE-Raad) op 2 en 3 december 2010. 4 februari 2011 is er een speciale Europese Raad volledig gewijd aan energie. De regeringsleiders nemen hieraan deel. Onderhavige mededeling zal dan ook ter sprake komen.

De minister van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie (EL&I) heeft op 17 december 2010 een brief gestuurd aan de Tweede Kamer met het verslag van de VTE-Raad van 2 en 3 december 2010. De Raad heeft gedebatteerd over de mededelingen Energie 2020 en prioriteiten voor een energie-infrastructuur voor 2020. Nederland toonde zich, samen met een aantal andere lidstaten, kritisch over Europese financiering van energie-infrastructuur.

Op 28 februari 2011 heeft de VTE-Raad conclusies aangenomen over de mededeling Energie 2020 waarin ook de mededeling over een energie-infrastructuur wordt genoemd.

Tijdens de Raad voor Economische en Financiële Zaken van 17 mei 2011 heeft de Raad onder meer conclusies aangenomen over de energie-infrastructuur.

Uit de geannoteerde agenda van 1 juni 2011 blijkt dat tijdens de Raad Vervoer, Telecom en Energie van 10 juni 2011 de Commissie en het EU-voorzitterschap de Raad zullen informeren over de investeringsbehoeften voor Europese energie-infrastructuur. De Commissie is hierom verzocht tijdens de Europese Raad van 4 februari jl.

Tijdens de VTE-Raad van 10 juni 2011 hebben de ministers gedicussieerd over investeringen in de energie-infrastructuur aan de hand van een werkdocumentPDF-document van de Europese Commissie.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Op 4 maart 2011 is het ontwerpverslag van de rapporteur van de commissie industrie, onderzoek en energie (ITRE) over de mededeling inzake de prioriteiten voor een energie-infrastructuur voor 2020 en verder gepubliceerd. De rapporteur benadrukt in het ontwerpverslag onder meer dat bestaande wetgeving op tijd geïmplementeerd moet worden en dat een EU-aanpak nodig is om de voordelen van een nieuwe infrastructuur ten volle te benutten.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen