E040152
Laatste revisie: 18-07-2005

E040152 - Voorstel voor een verordening van het Europees Parlement en de Raad betreffende compensatie bij niet-naleving van contractuele kwaliteitseisen voor diensten op het gebied van goederenvervoer per spoor



In onderhavig dossier wordt een verordening voorgesteld betreffende compensatie bij niet-naleving van contractuele kwaliteitseisen voor diensten op het gebied van goederenvervoer per spoor. De kwaliteit en betrouwbaarheid van de spoorgoederenvervoersdiensten laat de laatste jaren te wensen over en derhalve dient middels verplichte minimumeisen en compensatiebepalingen daar verbetering in te worden aangebracht.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.

Europees

Op 25 maart 2009 heeft de Europese Commissie het voorstel ingetrokken


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2004)144PDF-document, d.d. 3 maart 2004

rechtsgrondslag

Artikel 71 Verdrag tot oprichting van de Europese Gemeenschap

commissies Eerste Kamer

beleidsterrein

verwante dossiers


Behandeling Eerste Kamer

De commissie Europese samenwerkingsorganisaties heeft in haar vergadering d.d. 7 september 2004 besloten de onderhavige mededeling onder de aandacht te brengen van de commissie voor Verkeer en Waterstaat.

Op 5 oktober 2004 is het voorstel voor een richtlijn geagendeerd in de commissie voor Verkeer en Waterstaat alwaar besloten is dat het standpunt van de regering ten aanzien van het subsidiariteitscriterium wordt overgenomen. Dit betekent dat de commissie het proces zal blijven volgen.

In het kader van de PILOT implementatie protocollen bij Europese Grondwet heeft de commissie Verkeer en Waterstaat op dinsdag 15 maart 2005 besloten tot het bijeen roepen van een inbrengvergadering op dinsdag 22 maart 2005. Daarnaast heeft de commissie verzocht om stafnotities (niet openbare documenten: memo COM(2004)144 en Leidraad COM(2004)144).

Op dinsdag 22 maart 2005 kwam de commissie Verkeer en Waterstaat bijeen om advies uit te brengen inzake de subsidiariteits- en proportionaliteitstoets met betrekking tot het Derde Spoorwegpakket.

Op vrijdag 25 maart 2005 heeft de commissie Verkeer en Waterstaat haar (openbare) advies betreffende de conformiteit met het subsidiariteits- en proportionaliteitscriterium van het derde spoorwegpakket gezonden aan de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit.

Op basis van de adviezen van de Eerste Kamer commissie Verkeer en Waterstaat en de Tweede Kamer commissie Verkeer en Waterstaat zijn beslispunten voorgelegd aan de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit die op dinsdag 5 april 2005 bijeen zal komen.

Tijdens de vergadering van de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit van 5 april 2005 bleek op basis van de adviezen dat er verschillende opvattingen bestaan tussen de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste Kamer en de Tweede Kamer ten aanzien van drie Europese voorstellen. Hierop heeft de Gemengde Commissie een conciliatiebijeenkomst georganiseerd op 7 april 2005 om te bezien of alsnog tot een gezamenlijk standpunt kan worden gekomen ten aanzien van deze Europese voorstellen.

De Gemengde Commissie heeft tijdens de bijeenkomst met de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste en Tweede Kamer op 7 april 2005 kennis genomen van de argumenten die ten grondslag liggen aan de adviezen van de commissies Verkeer en Waterstaat van beide Kamers en bereid -gehoord die adviezen- een ontwerpbesluit voor.

Tijdens de commissievergadering van 12 april 2005 heeft de commissie voor Verkeer en Waterstaat verzocht om betrokkenheid bij de evaluatie van de pilot implementatie protocollen bij Europese Grondwet. Naar verwachting wordt de evaluatie eind mei 2005 afgerond.


Behandeling Tweede Kamer

In het kader van de PILOT implementatie protocollen bij Europese Grondwet heeft de commissie Verkeer en Waterstaat in haar vergadering (niet openbare stafnotitie) van donderdag 31 maart 2005 de voorstellen uit het derde spoorwegpakket besproken. Het (niet openbare) advies van de commissie is op 31 maart 2005 gezonden aan de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit.

Op basis van de adviezen van de Eerste Kamer commissie Verkeer en Waterstaat en de Tweede Kamer commissie Verkeer en Waterstaat zijn beslispunten voorgelegd aan de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit die op dinsdag 5 april 2005 bijeen zal komen.

Tijdens de vergadering van de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit van 5 april 2005 bleek op basis van de adviezen dat er verschillende opvattingen bestaan tussen de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste Kamer en de Tweede Kamer ten aanzien van drie Europese voorstellen. Hierop heeft de Gemengde Commissie een conciliatiebijeenkomst georganiseerd op 7 april 2005 om te bezien of alsnog tot een gezamenlijk standpunt kan worden gekomen ten aanzien van deze Europese voorstellen.

De Gemengde Commissie heeft tijdens de bijeenkomst met de commissies Verkeer en Waterstaat van de Eerste en Tweede Kamer op 7 april 2005 kennis genomen van de argumenten die ten grondslag liggen aan de adviezen van de commissies Verkeer en Waterstaat van beide Kamers en bereid -gehoord die adviezen- een ontwerpbesluit voor.


Standpunt Nederlandse regering

In fiche 5 oordeelt de Nederlandse regering positief na toetsing aan het subsidiariteit- en proportionaliteitsbeginsel. De productiewijze van internationaal en nationaal goederenvervoer per spoor is nauw verweven en derhalve valt te pleiten voor eenduidige regelgeving (ook m.h.o.o. toekomstig gebruik van de Betuwelijn). Het goederenvervoer per spoor in Nederland is voor 80% internationaal. Kanttekening die hierbij geplaatst wordt is echter dat een wettelijke regeling inzake de aansprakelijkheid tussen vervoerder en klant tijdelijk van aard dient te zijn. In een goed functionerende markt zal hieraan geen behoefte zijn.

Op nationaal niveau wordt reeds gewerkt aan een wijziging van het Burgerlijk Wetboek om de bepalingen ten aanzien van compensatie voor verlies van, schade aan en verlate aflevering van de goederen zoals vastgelegd in de Uniforme Regelen betreffende de overeenkomst van internationaal spoorwegvervoer van reizigers en goederen, gehecht aan het verdrag betreffende het internationaal spoorwegvervoer (COTIF). In een later stadium zal worden bezien in hoeverre de onderhavige verordening tot nieuwe aanpassingen van het Burgerlijk Wetboek zal leiden.

  • bnc-fiche Ministerie van Buitenlandse Zaken - 22.112, 330[5]
    8 juli 2004

Samenvatting voorstel Europese Commissie

In COM(2004)144PDF-document wordt een verordening voorgesteld betreffende compensatie bij niet-naleving van contractuele kwaliteitseisen voor diensten op het gebied van goederenvervoer per spoor. De kwaliteit en betrouwbaarheid van de spoorgoederenvervoersdiensten laat de laatste jaren te wensen over en derhalve dient middels verplichte minimumeisen en compensatiebepalingen daar verbetering in te worden aangebracht.

In de vervoerscontracten tussen vervoeder en klant dient een compensatieregeling te worden opgenomen die wordt toegepast bij vertraging of schade aan de goederen. Dit bedrag moet in onderling overleg worden vastgesteld, maar dient bij vertraging minimaal 5% en maximaal 25% van de vervoersprijs te bedragen. Bij verlies of beschadiging van de goederen moet maximaal 75 € per verloren of beschadigd kilogram te worden betaald.

Daarnaast kan de klant aangeven dat de goederen een bijzonder belang hebben en dient een prijs daarvoor te worden betaald (maximaal de opgegeven waarde van de goederen) naast de schadevergoeding voor vertraging of beschadiging. Ook kan de vervoerder verplicht worden gesteld gevolgschade te moeten betalen bij niet tijdige aflevering (maximaal vier maal de vervoersprijs).

Indien de infrastructuurbeheerder verantwoordelijk wordt gesteld voor de omstandigheden die leiden tot een verplichte betaling van de vervoerder aan de klant, kan de vervoersonderneming de kosten weer verhalen op de infrastructuurbeheerder.

Het voorstel voor Verordening betreffende de kwaliteit van diensten op het gebied van het goederenvervoer maakt deel uit van het derde spoorwegpakket van de Europese Unie (E040148). De overige drie concrete voorstellen uit dit pakket zijn:

  • Richtlijn inzake de certificering van treinbestuurders die actief zijn op het communautaire spoorwegnet. E040149
  • Verordening betreffende de rechten en verplichtingen van de reizigers in het international treinverkeer. E040150
  • Richtlijn betreffende de ontwikkeling van de spoorwegen in de Europese Gemeenschap. E040151

Vanaf 2001 wordt op Europees niveau gewerkt aan de "Europese Spooragenda". Deze agenda vloeit voort uit het Europese Witboek "Het Europese vervoerbeleid tot het jaar 2010, tijd om te kiezen" waarin werd gesteld het spoorwegvervoer als duurzame en concurrerende vervoersmodaliteit te stimuleren, de kwaliteit van het spoorwegvervoer te verbeteren en één enkele markt voor railvervoerdiensten tot stand te brengen. Een herwaardering van het spoor wordt noodzakelijk geacht. In 2001 en 2002 zijn respectievelijk het eerste en het tweede spoorwegpakket aangenomen in de Europese Unie.

  • PDF-document commissievoorstel Europese Commissie - COM(2004)144
    3 maart 2004

Behandeling Raad

Op 21 april 2004 heeft de Raad nota genomen van het voortgangsverslag van het voorzitterschap over het onderhavige voorstel voor een verordening.

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.

  • PDF-document verslag van raad Raad Vervoer en Telecommunicatie - 7933/05
    21 april 2005

Behandeling Europees Parlement

Het Europees Parlement heeft op 28 september 2005 het onderhavige voorstel verworpen. Volgens het EP zal het invoeren van een verplichte compensatie de kosten van het vrachtvervoer per spoor onnodig doen stijgen en de concurrentie met het wegvervoer bemoeilijken. Daarnaast is het EP van mening dat de huidige nationale regels strikt genoeg zijn. Het verslag wordt terugverwezen naar de transportcommissie.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.

  • Word-document definitief verslag EP-commissie Europees Parlement - A6-0171/2005
    31 mei 2005

Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Reacties Derden

Op de website van het Directoraat Generaal voor Vervoer en Energie van de Europese Commissie leest u de reacties van diverse belanghebbenden op de voorstellen van het Derde Spoorwegpakket zoals de EIM (European Rail Infrastructure Managers) en het ERFCP (European Rail Freight Customers Platform).

In het kader van de PILOT implementatie protocollen bij Europese Grondwet zijn maatschappelijke organisaties en bedrijven verzocht de eigen visie ten aanzien van de Europese voorstellen uit het derde spoorwegpakket kenbaar te maken aan de Gemengde Commissie Toepassing Subsidiariteit alsmede aan de betrokken vakcommissies, i.c. Verkeer en Waterstaat.

Railion Nederland NV ( 15-03-2005) en de Nederlandse Spoorwegen ( 22-03-2005) hebben van deze mogelijkheid gebruik gemaakt.

  • [en]PDF-document House of Lords (Select committee on the European Union) - HL Paper 52
    4 maart 2005

Alle bronnen