E120026
  ruit icoon
Laatste revisie: 05-11-2013

E120026 - Voorstel voor een besluit van de Raad betreffende de associatie van de landen en gebieden overzee met de Europese Unie (“LGO-besluit”)



De huidige voorschriften en procedures voor de associatie tussen de EU en de LGO (Landen en Gebieden Overzee)  zijn vastgesteld in 2001 (Besluit 2001/822/EG). Volgens de Commissie is dat besluit toe aan herziening, gezien de verschuivingen in de mondiale handelspatronen en de aandacht die uit dient te gaan naar milieu, klimaatverandering en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen.


Stand van zaken

Behandelfase Eerste Kamer: behandeling in Eerste Kamer afgerond.

nationaal

De commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO) heeft op 11 september 2012 het voorstel voor kennisgeving aangenomen. 

Europees

Op 12 maart 2013 heeft het Europees Parlement ingestemd met het voorstel. Het voorstel dient nu nog officieel te worden aangenomen door de Raad.


Kerngegevens

document Europese Commissie

COM(2012)362PDF-document, d.d. 16 juli 2012

rechtsgrondslag

Artikel 203 van het Verdrag betreffende de werking van de EU

commissies Eerste Kamer

beleidsterreinen


Behandeling Eerste Kamer

De commissie BDO heeft op 11 september 2012 het voorstel voor kennisgeving aangenomen.

De commissie voor Buitenlandse Zaken, Defensie en Ontwikkelingssamenwerking (BDO) heeft het voorstel voor een Raadsbesluit over de associatieovereenkomst van de landen en gebieden overzee met de EU als prioritair dossier geselecteerd. Naar verwachting bespreekt de commissie BDO op 11 september 2012 de procedure van het voorstel. 


Behandeling Tweede Kamer

De Tweede Kamercommissie voor Koninkrijksrelaties besloot op 3 oktober 2012 het LGO-besluit aan parlementen van andere landen in het Koninkrijk voor te leggen met een reactietermijn tot 1 november 2012. 


Standpunt Nederlandse regering

Uit het BNC-fiche van 21 september 2012 blijkt dat Nederland de brede aanpak, ter versterkingvan LGO in de context van de huidige mondiale ontwikkelingen, in het nieuwe LGO-besluit steunt. LGO kunnen zo vrijwillig interne wetgeving op voor hun relevante terreinen optrekken, met steun van de Commissie. Tegelijkertijd moet de voorgestelde brede aanpak invulling krijgen in concrete programmatische voorstellen, rekening houdend met de specifieke kwetsbaarheden van de LGO. Nederland zal dit nauwlettend volgen.

Als onderdeel van een volwaardig partnerschap legt de Commissie meer verantwoordelijkheid bij de LGO zelf. In dit kader maakt Nederland bezwaar tegen artikel 47, betreffende de afhandeling van administratieve fouten, dat de verantwoordelijkheid voor administratieve fouten van LGO bij de corresponderende lidstaat legt in plaats van bij de LGO zelf. Hieruit blijkt geen gelijkwaardig partnerschap tussen EU en de autonome LGO. Nederland is wel bereid om verantwoordelijkheid te dragen voor eventuele administratieve fouten op de openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius of Saba. Gezien de beperkte capaciteit en de specifieke kenmerken van LGO is het tegelijkertijd wel van belang om de programmeringsprocedures voor LGO in de uitwerking te vereenvoudigen.

Het ondersteuningsprogramma voor LGO loopt via het EOF, dat de voorkeur van Nederland heeft, en niet via structuurfondsen. Uit het LGO-besluit wordt nu ook duidelijk dat LGO toegang hebben tot alle horizontale EU fondsen, iets waar Nederland zich in het bijzonder sterk voor heeft gemaakt. 


Samenvatting voorstel Europese Commissie

Met de landen en gebieden overzee (LGO) doelt de Europese Commissie op verschillende eilanden die constitutionele banden genieten met EU-lidstaten, zoals bijvoorbeeld de Nederlandse BES-eilanden in het Caribische gebied. Sinds de inwerkingtreding van het Verdrag van Rome in 1958 zijn deze LGO met de Europese Unie geassocieerd. De inwoners zijn EU burgers, maar EU wetgeving is niet op hen van toepassing. De LGO behoren niet tot het douanegebied van de Unie en staan buiten de interne markt.

De huidige voorschriften en procedures voor de associatie tussen de EU en de LGO zijn vastgesteld in 2001 (Besluit 2001/822/EG). Volgens de Commissie is dat besluit toe aan herziening, gezien de verschuivingen in de mondiale handelspatronen en de aandacht die uit dient te gaan naar milieu, klimaatverandering en duurzaam beheer van natuurlijke hulpbronnen. Voor haar eigen jurisdictie stelde de Commissie in maart 2010 de zogenaamde "Europa 2020-agenda" op - een strategie gericht op slimme groei, duurzame groei en inclusieve groei. Met het voorliggende voorstel voor een besluit wil de Commissie de samenwerking tussen de LGO en de EU in lijn brengen met deze nieuwe EU prioriteiten en de achterliggende nieuwe politieke en economische realiteiten.

De Commissie zegt een kader te willen scheppen dat is afgestemd op de behoeften, bijzonderheden en de diversiteit van de LGO. De Commissie beoogt hiermee een verschuiving teweeg te brengen in de relatie tussen de EU en de LGO: van een traditionele ontwikkelingssamenwerkingsrelatie naar een wederkerig partnerschap ter ondersteuning van de duurzame ontwikkeling van de LGO. Om dit te verwezenlijken zegt de Commissie zich te willen richten op drie pijlers, namelijk de versterking van het concurrentievermogen, de vergroting van de veerkracht van het milieu, alsook de stimulering van samenwerking en integratie tussen de LGO en andere partners in naburige regio's.


Behandeling Raad

In de databank EUR-Lex wordt de laatste stand van zaken in de Europese behandeling van het voorstel weergegeven.


Behandeling Europees Parlement

Op 12 maart 2013 heeft het Europees Parlement ingestemd met het voorstel.

In de databank OEIL van het Europees Parlement wordt de laatste stand van zaken in de behandeling van het voorstel weergegeven.


Standpunten andere lidstaten (IPEX)

In de databank IPEX wordt de behandeling van het voorstel in de diverse (kandidaat) lidstaatparlementen weergegeven.


Alle bronnen