Plenair Janssen bij behandeling Introductie gecombineerde geslachtsnaam



Verslag van de vergadering van 14 maart 2023 (2022/2023 nr. 22)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.00 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Janssen i (SP):

Voorzitter. Laat ik beginnen met te zeggen dat ik zeer geïnteresseerd ben in de antwoorden van de minister op de vragen die mevrouw De Boer gesteld heeft over de reparatie. Bij die vragen sluit ik mij graag aan. Over de principiële discussie over het desgewenst mogelijk willen maken van een dubbele achternaam is al veel gezegd door de vorige sprekers. Daar kan ik wat korter over zijn, omdat wij dat op zich wel steunen.

In deze hele discussie dringt zich aan mij wel de vraag op: wat vinden de kinderen er eigenlijk zelf van? We hebben het nu heel erg over de wensen van de ouders, die een kind iets kunnen meegeven wat dat kind dan vervolgens de rest van zijn leven mee zal moeten dragen. Zou dat er niet juist voor pleiten dat we het voor kinderen op latere leeftijd nog mogelijk maken een keuze te maken, wanneer kinderen beter in staat zijn om hun eigen wensen onder woorden te brengen? Dat was een beetje ons bezwaar tegen de leeftijd van 8 jaar, ondanks dat daar best wel een aansluitingsmogelijkheid te vinden is, die ook gevonden is. Ik vind dit nogal wat. We hebben het de hele tijd maar over "de ouders dit, de ouders dat" maar het gaat uiteindelijk over een kind. Hoe ouder kinderen worden, hoe beter ze in staat zijn om hun eigen wensen en gevoelens onder woorden te brengen. Op jongere leeftijd zitten we toch heel vaak in een fase van "mama 1 is stom", "mama 2 is stom", "papa 1 is stom", "papa 2 is stom", "mama is stom", "papa is stom". Ik chargeer even, maar op latere leeftijd zijn kinderen toch wat beter in staat om zelf hun wensen kenbaar te maken. Ik wil de minister toch nog eens vragen om hierop in te gaan. Waarom is gekozen voor dit toch wat beperkte overgangsrecht? Als je het doet, doe het dan wat ruimer en beter, zodat kinderen daar nog zelf een stem in kunnen hebben. Ik herhaal de vraag die in de Tweede Kamer door mijn collega Michiel van Nispen is gesteld: waarom maken we dit niet mogelijk voor iedereen die nu kinderen tot 18 jaar heeft? Is dat niet veel eerlijker? Voor het argument van de kosten ben ik niet heel gevoelig. Dit zijn volgens mij te overzien. Graag een wat andere en bredere reactie.

Voorzitter. Dan de uitvoering in de praktijk. Laat ik het wat gechargeerd zeggen. Er is voor buitenstaanders straks geen touw meer aan vast te knopen, terwijl een naam toch niet alleen voor jezelf is, maar ook het doel heeft van een zekere mate van kenbaarheid in het maatschappelijk verkeer. De volgorde van de namen is een keuze waardoor de kenbaarheid voor buitenstaanders straks gaat verdwijnen. Even een praktijkvoorbeeld. Bij ons thuis is het helder: Carillo is de achternaam van de vader van mijn partner en Marieke is de achternaam van haar moeder; dat telt op tot Carillo Marieke. Voor buitenstaanders is dan helder wat de naam van de vader is en wat de naam van de moeder. In Spanje is dat helder geregeld. Je kunt zeggen dat dat discriminatoir is, omdat de naam van de man vooropstaat, maar zo staat het in de gemeentelijke basisadministratie en in haar paspoort. Zo moet het bijvoorbeeld ook op vliegtickets exact worden overgenomen.

Een van de argumenten die bij dit wetsvoorstel gegeven wordt, is dat er wordt aangesloten bij de praktijk in het buitenland. Welke praktijk in het buitenland? Die praktijk is namelijk zeer divers. De heer Backer wees daar ook al op. Bij welke praktijk sluiten wij aan? In het nu voorliggende wetsvoorstel kan het straks alle kanten op: één naam of meerdere namen in een volgorde naar keuze. Dat doet mij denken aan de oude sketch Majoor Kees van Paul van Vliet. Daarin verzoekt majoor Kees zijn manschappen met "voorwaarts mars" om een stap naar voren te zetten met een been naar keuze in een door henzelf gekozen richting. De vraag is hoe helder het voorstel is. Het lijkt misschien een bijzaak — ik wil het zeker niet belachelijk maken — maar in een steeds verder digitaliserende wereld kan dit tot enorme complicaties leiden als de computer bij de minste verschrijving "no" gaat zeggen. Ik verwijs maar even naar het feit dat de Kamer daarnet in meerderheid gestemd heeft voor de invoering van de Omgevingswet. Ik denk ook even aan de toeslagenaffaire. Wij weten dat je een computer slechts met heel veel moeite en inzet tot wijzigingen kan brengen, als dat al lukt. Ziet de minister dit risico ook in de uitvoering? Welke gevolgen gaat dit in de toekomst hebben bij rechtshandhaving? Zijn mensen straks justitieel nog vindbaar en herleidbaar als zij zich in het dagelijks leven niet gaan bedienen van hun volledige dubbele naam maar slechts van een deel daarvan? In de praktijk zien we dat bij lange namen in het dagelijks leven een keuze wordt gemaakt. Wat betekent dat in de praktijk? Ziet de minister daar risico's in?

Voorzitter. Ik heb nog een praktisch punt. Bij de voorbereiding van dit debat gingen mijn gedachten ook terug naar mijn maidenspeech in de Tweede Kamer over internationale kinderontvoering. Hoe werkt de introductie van deze dubbele namen naar keuze mogelijk door op dit vreselijke probleem, dat nog steeds voortduurt? Ziet de minister ook een risico als het bijvoorbeeld gaat om signaleringen? Kan de Koninklijke Marechaussee straks aan de grens haar werk nog doen? Het onderwerp ligt mij nog steeds na aan het hart. Ik vraag de minister om op dit punt in te gaan, want we mogen geen gaten laten vallen in de dijken die we met veel inspanning opwerpen tegen het nog steeds groeiende probleem van internationale kinderontvoering. Ik hoor graag van de minister of dit in de praktijk tot problemen kan leiden.

De voorzitter:

Bent u daarmee aan het eind van uw inbreng?

De heer Janssen (SP):

Daarmee ben ik aan het eind van mijn inbreng.

Mevrouw De Boer i (GroenLinks):

Ik ben geïntrigeerd door de opmerking van de heer Janssen over internationale kinderontvoering en ik probeer te bedenken welk probleem de invoering van de dubbele achternaam zou kunnen hebben. Kan de heer Janssen nader preciseren waar hij precies bezorgd over is?

De heer Janssen (SP):

Mijn zorgen gaan over de kenbaarheid. Het gaat vaak over kinderen die met één ouder reizen. Het gaat dan over de verschillende paspoorten, de volgorde waarin de namen in de paspoorten verschijnen, eventueel bijgeschreven dan wel niet bijgeschreven en op eigen paspoort. Ik vraag gewoon aan de minister of dit tot problemen zou kunnen leiden. Als de minister mij duidelijk aangeeft "nee, ik zie daar geen enkel probleem mee, want er gaat helemaal niks mis en alles blijft even helder als het was", dan hoor ik dat antwoord graag. Maar ik vraag gewoon voor de duidelijkheid of dit ergens tot problemen of misverstanden in de uitvoering zou kunnen leiden. Ik ben wel heel erg geïnteresseerd in de uitvoering. Zoals ik al zei, zullen wij in beginsel hiervoor zijn, maar dat vraagt nog wel om enige nadere uitleg, ook over de uitvoering.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Janssen. Wenst een van de leden in de eerste termijn nog het woord? Dat is niet het geval. De minister wenst een schorsing van twintig minuten voor het voorbereiden van de antwoorden. Dan schors ik tot 15.30 uur.