Plenair Otten bij voortzetting behandeling Spoedwet aanpak stikstof



Verslag van de vergadering van 17 december 2019 (2019/2020 nr. 14)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 14.22 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Voorzitter. Voordat ik mijn betoog aanvang, zou ik graag van de gelegenheid gebruik willen maken om mevrouw Faber, die zojuist zo enthousiast op onze nieuwe naam GO reageerde, een GO-pen aan te bieden met het motto van GO: realisme en daadkracht. Dan kunt u elke dag wennen aan onze naam. Daar wilde ik mee beginnen. Alstublieft!

De voorzitter:

Nee, mevrouw Faber, ik geef u daarover niet het woord. Met voorwerpen door de zaal gaan, is sowieso niet volgens het Reglement van Orde. Gaat uw gang, meneer Otten, want het gaat van uw spreektijd af.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Voorzitter. Allereerst mijn felicitaties aan de leden Prins-Modderaar en Nicolaï met hun uitstekende maidenspeeches.

Voorzitter. Het debat dat wij vandaag met elkaar voeren, vormt de apotheose van jarenlang wanbeleid van de kabinetten-Rutte rondom stikstofproblematiek. In het decennium dat de VVD van Rutte nu regeert, eerst met steun van de PVV en het CDA, toen vier rampzalige jaren samen met de PvdA en sinds 2017 met het CDA, D66 en de ChristenUnie, is door deze partijen een waar bureaucratisch oerwoud opgetuigd van regeltjes en rekenmodellen en is er een surrealistische boekhouding rondom de stikstof gecreëerd. Met veel passen en meten is een theoretische schijnwerkelijkheid ontstaan die in de Nederlandse geschiedenis zijn weerga en gelijke niet kent.

Het kernprobleem van de stikstofcrisis is dat er in het verleden veel te veel kleine gebieden zijn aangewezen als Natura 2000-gebied. De Habitat- en Vogelrichtlijn is door Nederland, dat altijd zo graag het beste jongetje van de klas wil zijn, weer eens veel verder uitgevoerd dan strikt noodzakelijk was. Onder druk van bijzonder effectieve groene lobby's is Nederland veranderd in een verzameling postzegelgebieden, waar een postzegelverzamelaar zijn vingers bij zou aflikken. En het ergste is dat ook ecologen nu tot de conclusie komen dat zelfs de strengste stikstofnormen niet tot de gewenste biodiversiteit leiden, omdat deze postzegelgebieden niet robuust genoeg zijn om ooit een dergelijk resultaat te kunnen opleveren. Het land dreigt nu lamgelegd te worden door een ondoordacht beleid dat nooit resultaten zal opleveren. Volstrekt zinloos beleid dus, dat alleen resulteert in barrières voor de bouw en dat de boeren in hun bestaanszekerheid bedreigt.

Wij zijn voorstander van rationeel beleid. Ons motto is dan ook: realisme, ratio en regie. Daarom hebben wij, als fractie GO, tijdens de Algemene Beschouwingen op 29 oktober ook een motie in deze Kamer ingediend om tot rationalisering van de Natura 2000-gebieden te komen en is de regering opgeroepen om daarover met de EU in gesprek te gaan. Ook al stemde de VVD tegen deze, volgens mevrouw Jorritsma indertijd, sympathieke motie, het deed ons veel genoegen dat het kabinet en de minister van Landbouw de motie van GO inmiddels tot kabinetsbeleid hebben gemaakt, zoals blijkt uit de brief van de minister van 13 november, op pagina 5 voor de liefhebbers. Zo zie je maar dat je ook als middelgrote nieuwe fractie in de Eerste Kamer daadwerkelijk invloed kunt hebben op het kabinetsbeleid. Dat doet ons veel deugd: realisme en daadkracht in de praktijk gebracht.

Onze vraag aan de minister is eigenlijk meer een oproep: hoe gaat de minister nu concreet actie ondernemen in Brussel om deze ook door het kabinet gewenste rationalisatie van de Natura 2000-gebieden snel en effectief doorgevoerd te krijgen? Dat is toch een belangrijke oplossing voor de stikstofcrisis. De ervaring leert dat als je resultaten wilt behalen in Brussel, je flink en herhaaldelijk aan de bel moet trekken en je met de vuist op tafel moet slaan. Er moet een assertievere opstelling worden gekozen ten opzichte van de EU. Nederland is de grootste nettobetaler aan de EU. Het is tijd dat we daar eens wat voor terugkrijgen. Hoe gaat de minister dit concreet vormgeven? Graag een duidelijke en concrete beantwoording van de minister op dit punt.

Voorzitter. De Spoedwet aanpak stikstof is bepaald geen wonder van juridisch vernuft en is symptomatisch voor het paniekvoetbal van de kabinetten-Rutte op het vlak van de stikstof. Kicking the can down the road, noemen Amerikanen dit soort maatregelen. U kent het wel, een blikje op straat steeds 50 meter voor je uit trappen. Een leuke bezigheidstherapie, maar op die manier scoor je natuurlijk nooit. Helaas zitten we door het jarenlange wanbeleid en het gebrek aan regie nu in deze situatie. De bouw van nieuwe woningen is gestagneerd, er kunnen geen bouwvergunningen meer worden afgegeven, de boeren weten niet waar ze aan toe zijn, zeer grote infrastructurele projecten komen stil te liggen, de economie dreigt in een recessie af te glijden en de banen en het bestaan van vele tienduizenden mensen staan op het spel als gevolg van dit stikstofmisbaksel.

Voorzitter. Wij hebben deze rotzooi niet gecreëerd. Dat is gebeurd onder het bewind van deze minister en haar voorgangers en door het totale gebrek aan regie van minister-president Rutte. Nu kunnen wij als GO, net als een aantal andere oppositiepartijen, de weg van de minste weerstand kiezen en meegaan in een populistische benadering, mede gevoed door bepaalde extremere krachten die er niet voor terugdeinzen om ook politici met alle middelen onder druk te zetten, maar dan ben je bij GO echt aan het verkeerde adres. Wij kijken in eerste instantie naar het landsbelang. GO doet niet aan chantagepolitiek. Maar wij laten ons ook niet intimideren. Wij gebruiken ons boerenverstand.

Voorzitter. Ik zei het al eerder: deze spoedwet is geen fraai staaltje wetgeving. We hebben de afgelopen dagen dan ook een zware afweging gemaakt tussen twee kwaden. Stemmen we tegen deze wet waardoor de bouw acuut stilvalt maar we mooie politieke sier kunnen maken? Of nemen we onze verantwoordelijkheid en laten we nu het landsbelang prevaleren? We zitten door jarenlang wanbeleid in de situatie dat deze spoedwet, hoe slecht ook, nu hard nodig is om de bouw weer op gang te krijgen.

De heer Koole i (PvdA):

De heer Otten noemt nu twee keer de term "landsbelang". Hij had het er eerder over dat de Natura 2000-gebieden, kennelijk ook in het landsbelang, gerationaliseerd moeten worden. Is de heer Otten het met mij eens dat het landsbelang niet alleen bestaat uit het kunnen bouwen van meer woningen — wat heel erg belangrijk is — maar ook uit een schone natuur, die nu heel erg aangedaan is en die nodig aan herstel toe? En dat er, behalve een woningcrisis, ook een crisis in de natuur is en dat het wel degelijk ook in het landsbelang is om daarvoor maatregelen te treffen?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Dat ben ik helemaal met de heer Koole eens. In de spoedwet wordt 250 miljoen extra voorzien voor de natuur. De heer Koole wordt dus op zijn wenken bediend. Mijn punt is alleen dat de postzegelgebieden niet robuust genoeg zijn om levensvatbaar te zijn. Door veel mensen van allerlei politieke gezindten is gezegd dat die gebieden niet robuust genoeg zijn. Waar wij naar streven, is een rationalisatie met grotere, robuuste, aaneengesloten gebieden. Maar dat mogen er wel wat minder zijn dan de huidige 170.

De heer Koole (PvdA):

Ja, even over de rationalisatie van die Natura 2000-gebieden. Dat kan dus bijvoorbeeld ook het verbinden van die gebieden betekenen, waardoor de totale oppervlakte wordt vergroot. Dat is ook heel rationeel.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Dat moet op een intelligente manier gebeuren, zodat er ook in andere delen van het land ruimte blijft voor bouw, boeren, et cetera. Wat nu gebeurt, is dat boeren moeten verdwijnen door gebieden van twintig bij twintig meter. Die zijn gewoon niet robuust genoeg. Welke stikstofmaatregel je ook neemt, daar komt niet voldoende biodiversiteit, dus in die zin leidt het niet tot een resultaat. Dan moet je dat dus wat ons betreft terugbrengen. Ik kan niet alle gebieden nu uit mijn hoofd gaan noemen, maar ik zou zeggen dat de Waddenzee, de Veluwe, de Biesbosch, de Oostvaardersplassen enzovoorts robuuste gebieden zijn. Misschien moet je sommige op elkaar aansluiten, maar kies daar dan ook voor en neem de regie. Dat is ook wat ik tegen het kabinet zeg: neem de regie.

De voorzitter:

De heer Koole, derde interruptie.

De heer Koole (PvdA):

Tot slot. Ik constateer dat ook de heer Otten een uitbreiding van beschermde natuurgebieden niet uitsluit.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Een rationalisatie.

De heer Janssen i (SP):

Is de heer Koole ... Pardon, de heer Koole zal het ongetwijfeld met mij eens zijn. Is de heer Otten het met mij eens dat als we terugkijken in de geschiedenis, deze postzegelgebieden nooit als postzegel bedacht zijn, maar juist als robuuste natuur? Als daar 2010 niet het kleed onder vandaan was getrokken door 70% te bezuinigen op de aankoop van die natuurgebieden, was het dus al anders geweest. Dan was het robuust geweest en dan hadden we geen postzegels gehad. Lees het advies van het Planbureau voor de Leefomgeving van afgelopen vrijdag. Zou de heer Otten het een goed idee vinden om dat advies van het Planbureau voor de Leefomgeving te omarmen en dan weer terug te gaan naar de situatie zoals die ooit bedacht is, zodat we van die postzegels af komen?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nou, er is natuurlijk tien jaar lang geen regie geweest op dit gebied. Er is van alles en nog wat gebeurd. Dan kan je wel zeggen dat het allemaal weer moet worden teruggedraaid, maar ik denk dat we nu moeten kijken waar we staan. Het leven wordt voorwaarts geleefd, niet achterwaarts, in mijn beleving. Laten we dus kijken waar we nu staan en dit op een rationele, constructieve manier oplossen. Wij zijn voor natuur en we zijn voor biodiversiteit, maar het moet wel op een intelligente manier gebeuren. We moeten niet de gevangene worden van beleid dat tien jaar geleden ooit door meneer Bleker, door Samsom van de PvdA of door weet ik wie is bedacht. Laten we vooruitkijken.

De heer Janssen (SP):

Zeker, maar laten we daarbij ook van het verleden leren en lessen trekken van waar het fout is gegaan. Daarom verwijs ik naar het PBL. Maar hoor ik nou de heer Otten ook net zeggen dat alles acuut dreigt stil te vallen? Is de heer Otten dan de mening toegedaan of wil hij het beeld scheppen dat als wij deze wet aannemen, alles vanaf 1 januari acuut weer op gang komt?

De voorzitter:

Tot slot, de heer Otten.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nou, als we hem niet aannemen, valt het in ieder geval wel stil. U had het zelf over de bouwvakkers die u benaderen. Nou, daar kon ik erg in meevoelen. Dus ja, het is niet zozeer dat je zegt dat alles vanaf 1 januari op rolletjes loopt. Nee, sterker nog, dit is een noodverband. Er moet structureel iets opgelost worden. Maar als je het niet doet, valt het wél stil.

De voorzitter:

Vervolgt u uw betoog.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Ik vervolg mijn betoog, voorzitter. Door jarenlang wanbeleid zitten we in de situatie dat deze spoedwet — ik kom hier ook op het punt van de heer Janssen — hoe slecht ook, nu hard nodig is om de bouw weer aan de gang te krijgen, 75.000 woningen te kunnen bouwen, grote infrastructurele projecten vlot te trekken en duidelijkheid te bieden aan de boeren. Om een economische recessie af te wenden, zit er nu niks anders op dan dit noodverband aan te leggen, maar meer dan een noodverband is het niet.

Voorzitter. Nu is er vooral regie nodig. De tijd die nu gewonnen wordt, moet effectief benut worden om een rationalisatie door te voeren en met de EU daarover snel in gesprek te gaan. Het kabinet moet nu de gesprekken met de boeren, de bouw, de natuurorganisaties en andere betrokkenen intensiveren om tot een structurele langetermijnoplossing voor de stikstofcrisis te komen die vertrouwen biedt voor de toekomst, voor alle betrokken partijen, en waarbij het landsbelang centraal staat. Onze boodschap aan het kabinet is dan ook: pak nu de regie.

Voorzitter. Ik sluit af. Wij hebben deze stikstofellende niet gecreëerd, maar er moet nu wel iets gebeuren. Wij nemen nu in het landsbelang wél onze verantwoordelijkheid. GO zal de Spoedwet aanpak stikstof, zij het met de nodige reserves, steunen om een economische recessie waarin duizenden mensen hun baan gaan verliezen af te wenden. GO laat de Nederlandse economie niet stikken. Wij zien uit naar de discussie met de minister.

Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):

Denkt meneer Otten dat er een stikstofprobleem is?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nou, ik denk wel dat de stikstofuitstoot bepaalde gevolgen kan hebben voor de biodiversiteit. De vraag is natuurlijk op welk niveau die gevolgen er zijn. Ik kan me voorstellen dat u daar andere ideeën over hebt dan sommige andere partijen. Er zijn ook landen die dat anders hanteren, maar ik denk dat je tot een evenwichtig niveau van waarden zult moeten komen. Daar zullen experts een oordeel over moeten vormen. Ik denk niet dat het probleem zo groot is als sommige mensen doen voorkomen, maar we zitten nu wel met de juridische realiteit van al deze gecreëerde PAS-wetgeving die de Raad van State niet heeft kunnen doorstaan en noem maar op. Of het stikstofprobleem er nu wel of niet is, het juridische stikstofprobleem is er wel, waardoor er geen bouwvergunning kan worden afgegeven. Dus we zullen dat toch eerst moeten oplossen voordat we daarin kunnen duiken.

Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):

Ik krijg een heel lang antwoord, maar niet het antwoord op mijn vraag of er wel of geen stikstofprobleem is. Maar ik kan meneer Otten wel een beetje helpen. Hij heeft namelijk recent nog bij Goedemorgen Nederland gezegd dat er geen stikstofprobleem is. Het lijkt me dus niet zo moeilijk om dat hier in dit huis te herhalen. Meneer Otten zegt dat er een bureaucratisch probleem is.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Correct.

Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):

Ik heb begrepen dat meneer Otten met zijn fractie voor deze wet gaat stemmen. Dus in feite gaat u gewoon helemaal mee in dat bureaucratische proces.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nee, dan heeft u niet goed geluisterd. GO gaat tegen de bureaucratische ellende die gecreëerd is in de afgelopen tien jaar, ook door een kabinet dat u gedoogd heeft als ik mij niet vergis, een eerste stap nemen, een tijdelijk noodverband, om het probleem verder op te lossen. Dit had natuurlijk allemaal heel anders aangepakt kunnen worden. Dat ben ik helemaal met u eens. Ik zie ook de verhalen van mensen uit Twente, waar ze honderd meter over de grens de boerderij wel mogen uitbreiden in hetzelfde gebied en in Nederland niet. Daarbij zou je misschien ook naar een meer geharmoniseerd model moeten kunnen komen in Europees verband. Ik vraag ook aan de minister om dat mee te nemen, maar het lijkt erop dat wij dit allemaal inderdaad weer roomser dan de paus aan het uitvoeren zijn. In die zin kan ik dus ook voor een stuk met mevrouw Faber meegaan.

De voorzitter:

Mevrouw Faber, een korte derde interruptie.

Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):

Ik denk dat meneer Otten roomser is dan de paus. In feite zit hij hier met drie zetels, maar de stemmers die erachter zitten, hebben gestemd tegen het beleid van Rutte. En wat doet meneer Otten nu? Hij gaat gewoon mee in het beleid van meneer Rutte. Hoe kunt u dat nou verklaren? Hoe kunt u dat nou doen?

De voorzitter:

Meneer Otten, kort. Dan ga ik naar meneer Janssen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Ik vind het fijn dat u weet wat de stemmers heeft bewogen. Ik kan u verzekeren — dat heb ik gisteren ook op de televisie verklaard — dat ik de politiek in ben gegaan omdat ik erg veel onvrede heb met het kabinet-Rutte, ook op economisch gebied. Dit is daar ook een voorbeeld van. Er is natuurlijk geen regie gevoerd en dat is slecht beleid. Maar in tegenstelling tot uw partij, mevrouw Faber, zijn wij niet alleen aan de zijlijn een beetje aan het roepen, maar willen we ook zorgen dat er nu oplossingen komen. Wij willen dat er concreet iets verandert en dat niet duizenden mensen morgen door uw mooie opstelling werkloos zijn en WW kunnen gaan aanvragen. Daar schieten we ook niks mee op.

De heer Janssen (SP):

Ik had in mijn termijn nog even gevraagd of de heer Otten nog even wilde reflecteren op zijn bezoek aan het Torentje om te kijken of we misschien nog met wat gedeelde kennis met de medesenatoren tot een andere afweging zouden kunnen komen. Hij heeft dat niet gedaan. Als hij dat niet wil doen, is dat ook een antwoord, maar wil hij dat dan zeggen, want dan hoef ik daar ook verder niet op terug te komen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nou, wat wilt u weten? We kregen een kopje koffie van de premier met een bastognekoek. En we hebben hem opgeroepen om de regie te pakken. Ik heb de indruk dat die sindsdien ook voortvarend wordt opgepakt. Als ik zie hoe snel de beantwoording van alle vragen komt en hoe gedegen het allemaal gedaan wordt, heb ik wel het idee dat ook Rutte nu doorheeft dat dit echt een chefsache is en dat hij dat niet aan de minister van Landbouw alleen kan overlaten. Bovendien wil ik u er ook nog even op wijzen dat minister Hoekstra hier een heel goede, constructieve rol in heeft vervuld achter de schermen.

De voorzitter:

Nog een aanvullende vraag tot slot.

De heer Janssen (SP):

Dan is in ieder geval duidelijk dat niet zozeer de premier meneer Otten heeft overtuigd maar andersom.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Correct. Dat heeft u goed begrepen!

De voorzitter:

Dank u wel.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Dank.

De voorzitter:

Wenst een van de leden in eerst termijn nog het woord? Dat is niet het geval. Minister, bent u in de gelegenheid om direct te reageren op de vragen uit de Kamer? Dat is het geval. Dan geef ik graag het woord aan de minister.