Plenair Nanninga bij voortzetting behandeling Wet toekomst pensioenen



Verslag van de vergadering van 30 mei 2023 (2022/2023 nr. 34)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.05 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Nanninga i (Fractie-Nanninga):

Dank u, voorzitter. Ik vervang de heer Berkhout als onze woordvoerder in deze termijn. Hij is er vanavond wel, maar nu niet. Ik neem dat dus met liefde waar.

Voorzitter. In deze derde termijn wil ik ook focussen op APPA en of het al dan niet raakt aan artikel 63 van de Grondwet. Ook onze fractie dankt de heer Kox voor zijn alertheid op dat punt.

Voorzitter. We verkeren in de merkwaardige situatie dat Kamerleden die straks voor de Wet toekomst pensioenen stemmen Nederlandse gepensioneerden opzadelen met een stelsel waar ze zelf geen deelnemer aan zijn. De minister zei vorige week in haar beantwoording het volgende: "Er worden in de APPA wetstechnische wijzigingen doorgevoerd om te zorgen dat er niets wijzigt ten opzichte van de huidige situatie. Had ik dat niet gedaan, dan zou de APPA inderdaad worden aangepast."

Miljoenen Nederlanders gaan nu min of meer verplicht over naar het nieuwe stelsel, maar de politiek manoeuvreert zich erbuiten en creëert zelfs een gunstiger pensioen voor zichzelf. Effectief hebben bepaalde politici dan straks een klassieke middelloonregeling, maar dan met de indexeringsregels van het nieuwe stelsel zonder zelf extra risico te dragen. Dames en heren, dit valt natuurlijk niet uit te leggen. Kamerleden en andere APPA-gerechtigden dienen geen recht te hebben op een geprivilegieerd stelsel. Tegelijkertijd maakt dat dus inderdaad ook artikel 63 van de Grondwet relevant. Juist door de werking van de APPA niet te veranderen, zoals de minister zei in haar beantwoording, krijgen de APPA-gerechtigden het beste van twee stelsels: de zekerheid van het oude stelsel en de indexeringsregels van het nieuwe stelsel. Effectief is dit dus een veel gunstigere pensioenregeling. Het is een significante wijziging, waardoor artikel 63 van de Grondwet om de hoek komt kijken. Naar het oordeel van onze fractie moet de Wtp daarom inderdaad met tweederdemeerderheid worden aangenomen.

In de memorie van toelichting staat overigens dat het de bedoeling is om de APPA later nog inhoudelijk te wijzigen. Mijn fractie vindt dit onwenselijk. Wij zien liever, ook met het oog op het vertrouwen in de politiek, dat dit nu direct wordt meegenomen in de Wtp. Daartoe is een motie van Crone cum suis ingediend die daar een beetje op lijkt. Wij vinden die motie te zwak. Dat is een beetje een zoethoudmotie.

In de memorie van toelichting ... Sorry, ik herhaal mezelf. Het minste dat wij kunnen verwachten van de Kamerleden die zich zo enthousiast uitlaten over dit nieuwe stelsel dat, zo vrezen en voorspellen wij, voor heel grote problemen gaat zorgen, is wel dat zij de consequenties van hun eigen keuze dan ook aanvaarden. Wat goed is voor de gemiddelde burger, is toch ook echt goed genoeg voor ons, voor de dames en heren politici. Het zou buitengewoon slecht afstralen op de politiek en het vertrouwen in de politiek als de APPA niet ook onder het regime van de Wtp wordt gebracht, en wel direct. Het lijkt mijn fractie dan ook noodzakelijk om een novelle in te dienen. Wij zullen op dit punt een motie indienen. Daarbij wil ik wel het volgende zeggen. Als de minister in haar beantwoording aan JA21 wil toezeggen dat zij binnen pakweg achttien maanden een wetsvoorstel zal indienen inzake het direct invaren van de APPA, of een verplichting wil aangaan in de vorm van een novelle, dan zullen wij onze motie kort voor de stemming intrekken. Maar wij willen echt boter bij de vis. Wij hebben geen vertrouwen in een wazige toezegging.

De motie die wij indienen, is de volgende.

De voorzitter:

Door de leden Nanninga, Beukering, Hermans en Van Pareren wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de APPA volgens de minister niet onder het regime van de Wtp valt;

overwegende dat dit onwenselijk is, daar Kamerleden en andere APPA-gerechtigden geen recht dienen te hebben op een geprivilegieerd separaat stelsel;

verzoekt de regering middels een novelle te regelen dat ook APPA-gerechtigden invaren in de Wtp,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter AV (36067).

De heer Crone i (PvdA):

Ik laat even de overwegingen weg, maar ik heb zo'n soort motie ingediend. Alleen kan het niet via de Wtp, want die zegt juist dat APPA daar niet in zit, even los van hoe je het interpreteert. Was mijn motie niet voldoende? We doen immers precies hetzelfde: geen ongelijke behandeling. Invaren kan niet zomaar, want je moet eerst een fonds maken. Achttien maanden is dus kort, maar van mij mag het, als het in ieder geval maar in 2028 klaar is, want die eis stellen we aan alle fondsen.

Mevrouw Nanninga (Fractie-Nanninga):

Dank voor uw vraag. Ik heb uw motie hier, want ik was al bang dat u dat zou vragen. Wij vinden die motie te vaag. Er staat bijvoorbeeld in: "zo veel mogelijk gelijk worden behandeld". "Zo veel mogelijk" kan alles zijn. Ook staat er: "nadat de WTP is aangenomen, binnen afzienbare tijd". Wij willen die koppeling strakker maken. "Zo veel mogelijk gelijk worden behandeld"; nee, gewoon invaren die APPA. Ik waardeer de toenadering, maar het is ons niet genoeg.

De heer Crone (PvdA):

Even inhoudelijk gesproken. U heeft drie argumenten waarvan twee hetzelfde zijn. Die gelijke behandeling, dat is puur omdat twee mensen — laat staan beroepsgroepen — nooit gelijk zijn. Je moet dus altijd rekening houden met verschillende omstandigheden. Daar is niks meer of minder mee bedoeld. Gelijke behandeling is gelijke behandeling, maar ongelijke gevallen kun je niet gelijk behandelen. Daar zit wat mij betreft dus niks achter, inhoudelijk gezien.

Mijn andere opmerking beantwoordt u niet. Dit staat niet in de Wtp, dus je hoeft geen novelle in te dienen voor iets wat niet in de wet staat. Het hoeft er ook niet in. En ik heb liever een grote Kamermeerderheid, zal ik maar zeggen, om duidelijk te maken dat niemand hier die ongelijke behandeling wil.

Mevrouw Nanninga (Fractie-Nanninga):

Ik begrijp uw punt. Ik beticht de Partij van de Arbeid en de heer Crone absoluut niet van het voorstander zijn van ongelijke behandeling. Het heeft natuurlijk wel — dat zei ik ook nadrukkelijk in mijn bijdrage — de schijn dat politici het voor zichzelf heel comfortabel regelen, ook al kan het dan zijn dat het een andere beroepsgroep is.

Het zit niet in de Wtp, maar wij willen het daar wel echt aan vastgeklonken hebben. Als dat via een novelle kan, dan maar zo. Wij willen dat er geen enkele mogelijkheid is om het invaren van de APPA los te zien van de Wtp. Dat willen wij echt als voorwaarde maken voor het invoeren van de Wtp.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Nanninga. Wenst een van de leden in de derde termijn nog het woord? Dat is de heer Otten. Meneer Otten, aan u het woord.