Plenair Pijlman bij behandeling van het onderdeel 'wonen' van de begroting Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties 2022



Verslag van de vergadering van 21 december 2021 (2021/2022 nr. 12)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 12.02 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Pijlman i (D66):

Dank, voorzitter. Heel kort. Deze begroting is inmiddels de Tweede Kamer gepasseerd en ligt nu hier. De minister zegt: ik snap een deel van jullie wensen, maar ik kan niet over mijn graf heen regeren. Dat snappen wij ook wel weer.

Nu even voor onze fractie in de afweging; ik refereer aan de Comptabiliteitwet. Als deze begroting hier nu zou worden afgewezen, welke nieuwe beleidsimpulsen vervallen dan ook? Want dan vallen we terug op de oude situatie. Ik denk dat dat helpt om wat meer duidelijkheid te scheppen. Overigens heb ik ook begrip voor een aantal wensen die vanuit de oppositie komen.

De heer Crone i (PvdA):

Alle respect dat u nu nog komt opdraven om dit te vragen, maar wel jammer dat u niet uw positie in de eerste termijn heeft duidelijk gemaakt, want in de Financiële Beschouwingen waarin ik mijn motie had ingediend, heeft uw fractie gezegd: we vinden het een sympathiek idee, maar wacht op het regeerakkoord. Dan had ik het toch wel politiek zuiverder gevonden als u ook had gezegd: meneer Crone, trek die motie in, want het regeerakkoord is fantastisch. Dat doet u niet, dus u erkent waarschijnlijk dat die motie nodig is, want het regeerakkoord voorziet niet in een impuls volgend jaar. Sterker nog, er gaat een miljard vanaf. Dus weeg die miljard verlaging dan af tegen wat er door kan gaan, wat nieuwe impulsen zijn. Als een ding zeker is — dat geldt voor Groningen — is het dat alles mag worden uitgegeven volgens de Comptabiliteitwet, volgens de oude regels. Als de motie nog niet in stemming is gebracht, c.q. de begroting zelve nog niet, al of niet de variant-Kox, zal deze Kamer het voortreffelijk vinden als die …

De voorzitter:

Uw vraag is?

De heer Crone (PvdA):

… impulsen ook worden uitgegeven. Ik vind het een beetje een wig drijven tussen groepen, de Groningers tegenover de rest, als die impuls bijvoorbeeld genoemd wordt; de minister noemde hem zelf in haar eerste termijn ook niet voor niks. Dus dat zal dan wel geen toeval zijn. Maar nogmaals, graag uw eerlijke antwoord op mijn motie en op de vraag wat er in 2022 gaat gebeuren.

De heer Pijlman (D66):

Ik begrijp helemaal niets van wat u zegt over een wig drijven. Ik wil u er even aan herinneren dat u steeds in de debatten hebt gezegd dat u het heel erg belangrijk vond dat alle belastingen voor de woningcorporaties zouden verdwijnen. Dat was uw hoofdeis. Die is ingewilligd. Vervolgens heeft u nog andere wensen. Die heb ik ook. Maar het gaat er nu om wat we op dit moment, in deze situatie, kunnen doen. Ik denk dat u het met mij eens bent dat er een regeerakkoord, of coalitieakkoord, ligt dat een heel mooi resultaat oplevert wat betreft volkshuisvesting.

De voorzitter:

De heer Crone, kort.

De heer Crone (PvdA):

Ik bedoelde met de woorden "een wig drijven" dat u waarschijnlijk wil weten wat voor goede zaken er niet doorgaan als u tegen die begroting zou stemmen. Dan mag ik u zeggen dat ook goede zaken die ik wil er niet in komen. Dat is toch een keuze? Neemt u "een wig drijven" niet te zwaar, maar ik denk dat iedereen begrijpt dat u die vraag niet voor niks stelt. Daarom vroeg ik u ook: wat is uw standpunt over de hoofdzaak? U citeerde mijn motie half. Dat ging over de verhuurderheffing. In het dictum staat evenzeer: een half miljard voor de verhuurderheffing. Dat is juist urgent. Ik heb de nieuwe regering er al voor geprezen dat de verhuurderheffing weggaat.

De heer Pijlman (D66):

Het is toch volstrekt helder dat we de consequenties zouden moeten kennen als we hier een begroting wegstemmen? Het is toch volstrekt helder dat ik daarnaar vraag? U zegt: ja, misschien moeten we die weghalen. Kox zegt: ja, misschien moeten we die uitstellen. Ik wil gewoon helder weten wat er gebeurt als de Eerste Kamer deze begroting nu afwijst. Dat heeft helemaal niks met ... Ik denk dat iedereen van ons dat wil weten.

De heer Crone (PvdA):

Ik begon ook met te zeggen: het is prima dat u dat doet. Ik heb alleen gezegd: gek dat u daarmee pas in tweede termijn komt. U had dit namelijk allang kunnen weten, want dit zeggen we al weken. Dat doe ik ook.

De voorzitter:

Kort, meneer Crone.

De heer Crone (PvdA):

Het tweede punt is dat u nog niet steeds niet heeft geantwoord wat betreft het gat dat de verhuurderheffing slaat. Dat is voor volgend jaar, en inclusief het Volkshuisvestingsfonds, moet ik zeggen. Samen met de verhuurderheffing wordt er een miljard bezuinigd op de woonbegroting voor volgend jaar.

De voorzitter:

Wat is uw vraag, meneer Crone?

De heer Crone (PvdA):

Ik herhaal de vraag of de bezuiniging van 1 miljard volgend jaar voor rekening van D66 komt. Dat is waarschijnlijk wel zo, als u voor de begroting stemt.

De heer Pijlman (D66):

Eerlijk gezegd vind ik dat een beetje flauwekul. Laat ik dat maar gewoon zeggen. Wij weten allemaal wat we over de verhuurderheffing hebben gezegd. We weten ook allebei dat die verhuurderheffing wordt afgeschaft. We weten ook dat een nieuw kabinet met het Volkshuisvestingsfonds wil doorgaan. We weten ook dat er financieel nog het nodige geregeld moet worden. Ik wijs u er ook nog op dat in het nieuwe regeerakkoord het Gemeentefonds gelukkig een forse impuls krijgt, zodat er weer meer keuzes voor de medeoverheden zijn.

De voorzitter:

Oké. Nee, meneer Crone, ik geef nu het woord aan de heer Kox.

De heer Kox i (SP):

Ik denk dat de vragen van collega Pijlman helemaal terecht zijn en dat de minister daarop ook antwoord zal geven. Ik denk wel dat we al kunnen putten uit hier eerder opgedane ervaring. Op het moment dat de begroting over 31 december wordt getild, dan is er geen probleem. De Comptabiliteitswet voorziet erin dat de minister haar uitgaven kan blijven doen, tot een heel hoog plafond. Maar de vraag is inderdaad of er zaken in gevaar komen als de begroting wordt afgestemd. Daarop krijgen we dus een antwoord van de minister.

Maar ik begreep de vraag ook als volgt. Als dat we de begroting aanhouden, daarover in januari beslissen en de minister kan zeggen dat er dan eigenlijk niet zo veel in gevaar komt, dan wordt de sympathie van de collega's van D66 voor de wensen die hier door de oppositie op tafel zijn gelegd een stuk makkelijker. Zo begrijp ik het toch goed? U wilde zeggen dat als er niks in gevaar komt, het voor u iets makkelijk wordt om met een positieve grondhouding naar de motie-Crone te kijken. Dat was toch de bedoeling?

De heer Pijlman (D66):

Ik bewonder uw lenigheid altijd zeer. Dat is nu ook weer het geval. Ik wil gewoon zakelijk weten wat er gebeurt als we de begroting vandaag zouden afwijzen. U heeft helemaal gelijk dat bestaande zaken dan kunnen doorgaan, maar er geen nieuw beleid kan komen. Wat gebeurt er dan? In dat totaal, ook het kabinet gehoord hebbende, zullen we de afweging moeten maken wat verstandig is.

De heer Kox (SP):

Stel, dat de minister kan zeggen: "Maakt u zich geen zorgen, meneer Pijlman. Met dat grote budget dat ik heb, kan ik in januari echt al aan de slag. En niet alles hoeft per 1 januari geëffectueerd te worden." Dan zullen vervolgens de fractie van D66 en andere fracties kijken naar de voorstellen die vanuit de Kamer zijn gedaan, en zeggen: als het niet botst met ander beleid, dan kan wellicht dit beleid, dat de Kamer vraagt, uitgevoerd worden. Volgens mij is dat heel nuttig, als ik het goed begrijp.

De heer Pijlman (D66):

Ik weet niet of er nog een vraag is. Het is eigenlijk een soort herhaling van zetten. We willen, denk ik, beiden duidelijkheid over de vraag: wat kan er doorgaan en wat komt er in gevaar? En hoe kijkt het demissionaire kabinet ook tegen een uitstelsituatie aan? Als je uitstelt, moet je wel zeker weten dat het winst oplevert. Anders is het loos.

Dank.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik zie dat er geen andere leden zijn die in de tweede termijn het woord willen nemen. De minister kan al antwoord geven. Dan geef ik het woord aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.