Plenair Rombouts bij voortzetting behandeling (zonder stemming aangenomen)



Verslag van de vergadering van 20 december 2016 (2016/2017 nr. 13)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 17.30 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Rombouts i (CDA):

Voorzitter. Ik wil via u de minister danken voor zijn uitgebreide beantwoording. Ik wil hem andermaal complimenten maken voor de zelfverzekerdheid en het overzicht waarmee hij dit dossier behandelt. Verder wil ik hem complimenteren voor de bijdrage die hij persoonlijk in zijn ambtsperiode aan deze zaken heeft geleverd.

Onzichtbare criminaliteit moet beter op de agenda worden gekregen, en dan met name de cybercriminaliteit. Kan de Kamer eens met de minister in commissieverband bekijken hoe hij dat denkt te gaan doen in de komende tijd? Dat zou met de commissie V en J kunnen, maar wellicht ook met die van EZ erbij; dat is nader te organiseren.

Naast het op de agenda krijgen van zaken moet er ook iets gebeuren, en wel meerjarig. Dat zal niet zomaar in een jaar kunnen gebeuren. Ik doel op het op orde krijgen van de veiligheidsketen, zodat de partners en wij, degenen die hen aansturen, het gevoel hebben dat Nederland wat dat betreft op orde is. Met alle respect dat ik voor de beantwoording van de minister heb — daar neem ik niets van terug — klinkt het toch wat gemakkelijk. De minister heeft een heel hoog tempo van spreken. Dat draagt er misschien aan bij. Ik heb de afgelopen weken regelmatig contact gehad met de partners en hun leiders. Zij zijn echt nog hard bezig om de nieuwe bouwstenen aan te leveren voor alles wat er de komende jaren moet gebeuren om echt op orde te komen. Dat zal de minister ook wel weten. Ik heb aanvankelijk overwogen om de Kamer tot een uitspraak over dit punt te verleiden. Dat ga ik niet doen. Als de minister zegt dat Nederland veiliger is geworden, spreek ik hem niet tegen. Als de minister zegt dat mensen minder overlast ervaren, spreek ik hem niet tegen. Als hij cijfers noemt over de inzet om meer wijkagenten te krijgen, dan zeg ik: chapeau! Ik ben echter vanaf dag één in een andere hoedanigheid, als burgemeester in het Brabantse, betrokken geweest bij de taskforce die de voorganger van de minister heeft opgezet. Daar wordt keihard gewerkt en er wordt heel goed werk gedaan. Het is voor het eerst dat de georganiseerde criminaliteit door eenieder wordt aangepakt, ook door de nationale recherche en ondersteund door het ministerie. Er wordt veel geld afgepakt, maar insiders weten ook wel dat we maar een heel klein deel te pakken krijgen van wat er omgaat in de criminaliteit. Ik zie de resultaten maandelijks. We weten ook maar een deel van de mensen achter de tralies te krijgen. Desondanks zijn het vertrouwenwekkende resultaten die absoluut om veel meer vragen, willen we dit voortwoekerend onkruid kunnen bestrijden.

Een andere zaak is dat de partners, zowel politie als justitie, maar ook de rechterlijke macht, aangeven dat zij met te weinig mensen voor een te grote klus staan. Laat ik eens met de rechters beginnen, want die zetten we altijd achteraan in het rijtje. Collega Ruers heeft er al op gewezen. Er wordt veel te veel structureel overwerk van de mensen verlangd. Overwerk is echt niet verkeerd. Het kan best eens gebeuren, we doen het allemaal. Volgens mij zitten we het nu ook te doen. Als mensen echter jaar in, jaar uit, week in, week uit moeten overwerken, is dat uiteindelijk voor de totale organisatie niet gezond. Bij het Openbaar Ministerie is er dringend behoefte aan meer mensen, maar ook aan gespecialiseerde mensen. Dat is zeker het geval als het om cybercrime gaat, maar ook voor de andere zaken die ik genoemd heb. Het gaat bij de onzichtbare criminaliteit om vier dingen: de ondermijning, de cloud of cyber, de internationale mensenhandel en het terrorisme.

Terrorisme is het moeilijkste om je op voor te bereiden en vooral om je kwantitatief op voor te bereiden. Wat moet je allemaal doen? Ik denk dat het verstandig is dat wij samen zeggen dat het nuttig is om nu al te werken aan zaken die in de volgende kabinetsperiode moeten gebeuren. Ik zou graag van de minister horen dat hij dit bevestigt. Misschien ben ik veel te bestuurlijk voor dit huis, maar er is altijd een regering. De regering houdt niet op na dit kabinet. De huidige regering moet ervoor zorgen dat de regering van overmorgen weer klaar is om dat te doen waarvan nu vermoed wordt dat het dan nodig is. Ik weet dat de partners nu berekeningen maken van wat zij de komende jaren nodig hebben. Het werk is, ondanks de mooie resultaten die de minister bereikt heeft, nog niet gedaan. Het is een dilemma waarmee ik zelf een beetje worstel, doordat ik mijn leven lang al bestuurder ben. Kun je van dit kabinet vragen om voor het volgende kabinet zaken voor te bereiden? De minister zegt van niet, maar ik denk daar anders over. Hij spreekt over bouwstenen. Wil hij die door een extern bureau en door ambtenaren laten neerleggen? Als hij met vreugde de uitdaging tot het creëren van legacy aanvaardt, denk ik dat het wijs is om er zelf politiek en bestuurlijk meer gewicht aan te geven. Dat zou ik zelf doen als ik minister was.