Plenair Rietkerk bij voortzetting behandeling Wet vaste huurcontracten



Verslag van de vergadering van 7 november 2023 (2023/2024 nr. 06)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 21.31 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Rietkerk i (CDA):

Voorzitter, dank u wel. Ik mag inderdaad ook namens 50PLUS het woord voeren. Ik begin samenvattend met mijn beginzinnen in eerste termijn, namelijk dat voor het CDA vanwege het persoonlijke en gemeenschappelijke aspect vaststaat dat vaste huurcontracten het uitgangspunt zijn, maar dat het CDA niet voor een algeheel verbod is op tijdelijke huurcontracten.

Voorzitter. Allereerst dank ik de initiatiefnemers en de minister voor de antwoorden op de gestelde vragen. Ik ga er op een paar nog nader in. Het is denk ik goed in deze tweede termijn nog eens te duiden dat de initiatiefnemers een aantal keren hebben aangegeven dat ten opzichte van de huidige situatie dit eigenlijk een betere regeling is waar we in beland zijn, in algemene zin. Dat zijn een paar subzinnen en onze fracties vragen om een nadere duiding hiervan.

Het thema inperking van het eigendomsrecht is overigens wat betreft bestaanszekerheid niet alleen aan de orde voor huurders maar ook voor verhuurders, ook waar het gaat om die mkb'er die een pandje heeft als pensioenvoorziening. Voor de verhuurders is het ook van belang — dan sluit ik aan bij de fractie van Volt en andere fracties - als het gaat om investeringen in een duurzame, kwalitatief rijke omgeving, maar ook als het gaat om duurzame investeringen in het pand zelf. Mijn vraag daarbij is: hoe gaat dit initiatiefvoorstel werken voor die mkb'ers of degenen die een pensioenvoorziening hebben in één woning?

De initiatiefnemers en de minister geven ook inschattingen waar het gaat om rechterlijke toetsen. En dat is een beetje koffiedik kijken. Companen is het rapport dat in de stukken en ook hier geduid is. Dit geldt ook als het gaat om de inperking van eigendomsrecht, dus niet zozeer de strijdigheid met. Ik vind het professioneel en ook open dat de initiatiefnemers aangeven: er is sprake van een inperking van het eigendomsrecht. Dus dan is dat in ieder geval neergezet. Wel krijg ik nog graag een inschatting van hoe de rechterlijke toetsing zal gaan en van de administratieve lasten bij de rechterlijke macht die hiermee gemoeid zijn.

Dan het samenpakkende en integrale beleid waar meerdere fracties over gesproken hebben, waaraan ook behoefte is in het woon- en huurbeleid. Kijkend naar het afgelopen jaar, naar dit moment en naar het komende jaar, zijn er diverse wetsvoorstellen in behandeling, worden ze afgewikkeld of zijn ze in aantocht. De minister is daar in de context nader op ingegaan en ik ben ook blij dat hij aangegeven heeft dat op dit punt nog inzicht en verduidelijking nodig is. Want het probleem op de woningmarkt is breed, niet alleen in de particuliere sector maar ook in de huursector. Dan is het ook zaak om tempo te maken op een aantal punten.

Ik ben het met de heer Kemperman eens dat er niet alleen tempo gemaakt moet worden waar het gaat om voorstellen die vanuit initiatiefnemers en vanuit de regering komen, maar ook dat onze eigen Kamer daarin tempo maakt. En dat laatste hebben we vandaag ook gedaan. Ik noem het wetsvoorstel over het afschaffen van marktverkenning woningcorporaties, waarbij er volgens mij een brede steun is voor hameren. Vandaag hebben we in de commissie ook gesproken over de begrotingsstaten van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties waar heel veel elementen in zitten die het belangrijke thema van wonen en huren raken. Misschien kan de minister in de tweede termijn nog iets zeggen over het tempo dat hij wil maken met de Wet betaalbare huur.

Voorzitter. Ik ben net zoals de heer Meijer van mening dat ik de AMvB die is uitgereikt nog op mij moet laten inwerken. Ik heb een aantal zaken gelezen en dat geeft wel verduidelijking. Het sluit op onderdelen aan bij de toelichting van de initiatiefnemers, maar op onderdelen heb ik ook zitten zoeken wat er nou in de AMvB staat en wat de initiatiefnemers nou bedoelen. Eigenlijk is de open normering aan de ene kant mooi. Maar bij de kwaliteit van de wetgever wordt ook gevraagd dat we duiding geven in verband met kenbaarheid en rechtszekerheid. Ik denk dan dat de uitzonderingsgronden, oftewel de campuscontracten, de doelgroepcontracten, contracten voor arbeidsmigranten en regelingen — op de hospitaregeling kom ik straks nog terug — in hun totale omvang bekeken moeten worden, ook op de route richting de stemmingen van volgende week.

Onze fractie heeft met interesse gelezen wat de AMvB weergeeft, maar ik zou eigenlijk de toezegging willen dat de verzwaarde voorhangprocedure er niet alleen in de Tweede Kamer, maar ook hier in de Eerste Kamer komt. Want we hebben, in ieder geval in de inbreng van onze fracties, eigenlijk vrij veel vragen gesteld die hierop van toepassing zijn. Dat wil ik overigens op tempo doen, want ik heb in ieder geval van de minister begrepen dat de Wet betaalbare huur en de AMvB niet op elkaar wachten. Dat is volgens mij wel nodig. Na de toelichting die gegeven is, kan ik ook de amendementen, van Inge van Dijk, vanuit de Tweede Kamer beter plaatsen. Met de AMvB en wat ik tot nu toe heel snel met collega's heb kunnen lezen, wordt het langzaam steeds duidelijker.

Dat betekent ook dat er op een aantal punten ten opzichte van de situatie van voor dit initiatiefvoorstel gewoon niets verandert. Ik wil een toezegging hebben voor de studenten. De studentenhuisvestingsregisseur twijfelt in de zin dat hij denkt dat er wel wat verandert. De initiatiefnemers zeiden dat dit niet zo is. Ik wil daar klip-en-klare duidelijkheid over. Met andere woorden: gebeurt dat met een doelgroepcontract? Is er juridisch en materieel geen verschil voor en na deze initiatiefwet?

De initiatiefnemers en de minister zijn ingegaan op de hospitaregeling. Daarbij spelen diverse zaken. Collega's hebben dat ook aangereikt. Ik heb het punt van de banken, van de hypotheekverstrekkers, genoemd. Om duiding te geven aan de hospitaregeling heb ik een motie in gedachten en die wil ik graag delen voordat ik afrond. De Eerste Kamer der Staten-Generaal, vergaderjaar 2023, motie van het lid Rietkerk, voorgesteld op 7 november 2023.

De voorzitter:

Door het lid Rietkerk wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat met de afschaffing van generieke tijdelijke huurcontracten er mogelijk belemmeringen ontstaan voor hospitaverhuur;

overwegende dat we in deze tijd van woningnood juist ook hospitaverhuur dienen te stimuleren;

verzoekt de regering te bezien hoe de mogelijkheden voor hospitaverhuur kunnen worden verruimd, en de Kamer daarover in het voorjaar van 2024 te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter E (36195).

Dank u wel, meneer Rietkerk.

De heer Rietkerk (CDA):

Voorzitter. De laatste twee zinnen. Concluderend komen de CDA-fractie en de 50PLUS-fractie tot een nadere integrale afweging, ook een belangenafweging. Daarbij zullen we de AMvB en het debat dat we hier gevoerd hebben, betrekken. Ook gaat er vanuit de initiatiefnemers nog een aantal antwoorden komen op de vragen en over de duiding. De beide fracties zullen kijken of de toezeggingen die we gevraagd hebben ook gegeven kunnen worden.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Rietkerk. Dan is het woord aan mevrouw Perin-Gopie, namens Volt.