Plenair De Bruijn-Wezeman bij voortzetting behandeling Eerste tranche Wijziging Wet publieke gezondheid



Verslag van de vergadering van 16 mei 2023 (2022/2023 nr. 31)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 19.18 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw De Bruijn-Wezeman i (VVD):

Dank, voorzitter. Allereerst dank aan de minister voor de zorgvuldige beantwoording van de gestelde vragen. Ik eindigde mijn eerste termijn met de woorden dat de VVD-fractie positief staat tegenover het wetsvoorstel, dat de Wpg nog niet af is en dat het gaat om noodrecht dat niet lichtvaardig mag worden ingezet, maar dat in geval van nood wel slagvaardig moet zijn. Langs deze drieslag geef ik een korte reflectie op de antwoorden van de minister.

Ten aanzien van de vraag of de gereedschapskist voldoende is gevuld om een toekomstige pandemie het hoofd te bieden, accepteren wij voor nu dat experts aangeven dat de gereedschapskist vooralsnog met voldoende basismaatregelen is gevuld en dat er nog updates komen als de uitkomsten van de nog lopende onderzoeken hiertoe aanleiding geven.

Ten aanzien van het niet-lichtvaardig inzetten van de noodmaatregelen, dank ik de minister voor de gedachtewisseling over de situatie in januari jongstleden met betrekking tot de inreizigers uit China en de relatie daarvan met het wetsvoorstel. Ik heb uit de woorden van de minister opgemaakt dat ook hij vond dat er op dat moment geen reden was om corona als A1-ziekte aan te merken en dat voor het nemen van maatregelen gericht op een specifieke groep inreizigers, deze wet niet het aangewezen instrument was. Een noodverordening van de veiligheidsregio was in deze situatie een passende ingreep.

Dan de slagkracht. Ik gaf al aan tevreden te zijn met de uitspraak van de minister dat de keuzes in de Wpg niet rechtstreeks een precedent zijn voor het te herziene staatsnoodrecht. Het is wel goed om stil te hebben gestaan bij het specifieke karakter van een infectieziektecrisis, een crisis die zich in slow motion kan ontwikkelen. Dan is er tijd en voldoende ruimte voor betekenisvolle parlementaire inbreng en zeggenschap, zonder dat die ten koste gaat van de slagkracht, aldus de minister. Bij andere crises is deze ruimte er mogelijk niet. Denk bijvoorbeeld aan een grote explosie of een dijkdoorbraak. Wij kijken dan ook uit naar hoe deze variabelen ten aanzien van crises zich laten vertalen in de op handen zijnde herziening van het staatsnoodrecht.

Daarmee zijn onze vragen naar tevredenheid beantwoord en heb ik een herbevestiging gekregen van de minister van de schriftelijk gedane toezeggingen. Ik heb verder geen moties. Nogmaals dank aan de minister en niet te vergeten aan zijn ambtelijke staf voor de antwoorden en de inzet voor deze wet.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw De Bruijn-Wezeman. Dan is het woord aan mevrouw Baay-Timmerman namens 50PLUS.