Plenair Karimi bij behandeling Begroting Buitenlandse Zaken 2023



Verslag van de vergadering van 20 december 2022 (2022/2023 nr. 14)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 11.57 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Karimi i (GroenLinks):

Voorzitter. Volgens de laatste schattingen bevinden zich 20.000 Iraniërs in de gevangenissen van de Islamitische Republiek Iran als gevolg van de protesten van de afgelopen drie maanden. Het gaat om journalisten, studenten, topsporters, acteurs, artsen, schrijvers, leerlingen en kinderen. Vele bekenden en duizenden onbekenden worden vastgehouden en gemarteld, gedwongen tot valse bekentenissen en in snelle schijnprocessen veroordeeld tot hoge straffen, waaronder de doodstraf.

Naast Mohsen Shekari is ook Majidreza Rahnavard, beiden 23 jaar oud, wegens oorlog tegen God geëxecuteerd. We weten de namen van vele anderen niet. We kennen hun verhalen niet. Er zijn geen onafhankelijke journalisten toegelaten in Iran. Het internet is afgesloten of behoorlijk vertraagd en de sociale platforms zijn geblokkeerd. Familieleden worden geïntimideerd om niet te spreken over het lot van hun dierbaren. Zelfs de lichamen van dode demonstranten worden ontvoerd. Het is families verboden om herdenkingsdiensten te organiseren voor hun dierbaren en geliefden. In de afgelopen drie maanden, sinds de dood van Mahsa Zhina Amini, zijn tijdens de protesten tot nu toe 496 mensen, waaronder 68 kinderen, gericht gedood door de politie en de verschillende veiligheidsdiensten van het regime.

In het licht van de afschuwelijke gruwelijkheden die op dit moment plaatsvinden in de onrechtstaat Iran rijst de vraag: wat kan Nederland doen? Wat moet Nederland doen? Wat kunnen wij doen? Wat moeten wij doen? Artikel 90 van onze Grondwet bepaalt dat het de taak van de Nederlandse regering is om de internationale rechtsorde te bevorderen en specifiek de mensenrechten te waarborgen. In dit kader heeft Nederland het tegengaan van straffeloosheid in de afgelopen jaren tot een belangrijk punt van het buitenlands beleid gemaakt. Het brute optreden van het islamitische regime vormt duidelijk een aantasting van de internationale rechtsorde. Bovendien strijden vrouwen en jongeren tegen het middeleeuwse ideeëngoed van religieus extremisme, dat vrouwen vernedert, etnische en religieuze minderheden discrimineert en marginaliseert, en een exclusieve machtspositie opeist voor islamitische geleerden. Vrijheden en mensenrechten moeten wijken voor de heerschappij van de mullahs.

De jonge Iraanse bevolking zegt duidelijk nee tegen deze religieuze dictatuur en strijdt voor een liberale democratie, voor een rechtsstaat en voor vrijheid, vooral voor leven en vrijheid. Net zoals de Iraanse revolutie in 1979 een enorme impact had op de regio en islamitische bewegingen in allerlei opzichten heeft geïnspireerd en later heeft gesteund met geld, politieke dekking, wapens en trainingen, zou een omwenteling in Iran, dit keer naar een vrije een democratische rechtsstaat, de hele regio positief beïnvloeden. Daarom moet de vraag van het Westen aan de EU niet zijn of deze beweging in Iran in staat is om de bijna 44 jaar heerschappij van het islamitische regime in Iran te beëindigen. Nee, de vraag moet zijn hoe we de huidige revolutie kunnen ondersteunen om succes te behalen.

Moedige mensen die al drie maanden protesteren, de terreur van het regime trotseren en stakingen en acties van civiele ongehoorzaamheid organiseren, vragen niet om wapens en vragen niet om directe interventies van het Westen. Zij vragen om het isoleren van het regime. Zij vragen om sancties tegen de echte leiders van het regime. Zij vragen om beëindiging van de straffeloosheid van een regime dat binnen en buiten Iran terreur zaait en internationaal recht schendt. Daarom mijn volgende vraag aan de minister. Waarom staan Ali Khamenei, de hoogste leider van het islamitische regime, en president Raisi niet op de sanctielijst van de EU? Waarom wordt de Iraanse Revolutionaire Garde niet aangemerkt als een terroristische organisatie? Hoe zit het met de blokkade van miljardentegoeden van de Iraanse Revolutionaire Garde op de bankrekeningen van Europese banken? Nederland is lid van de VN-Mensenrechtenraad. Na het besluit van die raad op 24 november om een onafhankelijke internationale factfindingmissie op te richten om alle mensenrechtenschendingen sinds 16 september jongstleden te onderzoeken, lijkt het allemaal wel heel stil. Waarom is er nog steeds geen commissie samengesteld? Wat kan en wil de minister doen om ervoor te zorgen dat deze commissie zo snel mogelijk kan worden samengesteld en aan de slag kan?

Voorzitter. Het Iraanse regime lijkt bewust en gericht dodelijk geweld, marteling en verkrachting te gebruiken om de huidige revolutie te onderdrukken. Dit blijkt uit gelekt en gehackt audiomateriaal en websites van verschillende Iraanse veiligheidsorganen, staatsmedia en leiders van de Islamitische Republiek. In combinatie met de massale toepassing van excessief geweld in al zijn vormen tegen de onschuldige bevolking kan dit potentieel worden gezien als misdaden tegen de menselijkheid, zoals gedefinieerd in artikel 7 van het Statuut van Rome van het Internationaal Strafhof. Hoewel de Islamitische Republiek Iran het statuut niet heeft geratificeerd, heeft zij wel getekend. Naar mijn mening heeft het land de facto de jurisdictie van het ICC erkend door in 2020 een zaak tegen de VS aanhangig te maken bij het ICC in verband met de dood van Soleimani, die de Quds-brigade van de Iraanse Revolutionaire Garde leidde. Daarom vraag ik de minister om in actieve samenwerking met internationale mensenrechtenorganisaties bewijsmateriaal te verzamelen van schendingen van de mensenrechten en gebruik te maken van de mogelijkheid van artikel 14 van het Statuut van Rome als partij van het ICC en de zaak van de leiders van de Islamitische Republiek die verantwoordelijk zijn voor misdaden tegen de menselijkheid te laten onderzoeken door de aanklager van het ICC. Graag een reactie van de minister. Ik ben van plan om in mijn tweede termijn hierover een motie in te dienen.

Voorzitter. Er wonen veel Nederlanders van Iraanse afkomst in ons land met familiebanden in Iran. Sommigen zijn zeer direct en op een afschuwelijke manier getroffen door de misdaden van het Iraanse regime, zoals Hassan Ghare-Hassanlou, die al drie jaar in Nederland woont. Zijn broer, de arts Hamid Ghare-Hassanlou is tot de doodstraf veroordeeld in een schijnproces. Zijn vrouw Farzaneh, ook arts, is veroordeeld tot 25 jaar gevangenisstraf. Hassan durft in de openbaarheid nog te spreken over het verschrikkelijke onrecht dat zijn broer en zijn schoonzus is aangedaan, zijn er veel anderen die uit angst voor repressie door het Iraanse regime in Iran tegen hun familieleden of uit angst voor de lange arm van het regime in Nederland zich niet durven uit te spreken. Iraans-Nederlandse activisten worden regelmatig bedreigd. Het islamitische regime heeft sanctielijsten opgesteld tegen Europese personen en organisaties als reactie op de sanctielijst van de EU. Een aantal Europese politici staan op deze lijst. Hoewel deze sancties voor hen mogelijk weinig betekenis hebben, kunnen ze wel degelijk gevolgen hebben voor de medewerkers van de Perzisch sprekende radio Zamaneh in Amsterdam, die ook door het regime op de lijst zijn geplaatst.

Kortom, de lange arm van het regime zorgt ook hier voor veel onveiligheid. In 2018 nam de Nederlandse regering maatregelen tegen Iraanse diplomaten na incidenten waarbij zij betrokken waren bij het verzamelen van informatie over tegenstanders van de Iraanse regering in Nederland en Europa. Er wordt ook vermoed dat zij betrokken waren bij twee moorden in Almere en Den Haag. De maatregelen omvatten het intrekken van de accreditatie van twee diplomaten en het verbieden van reizen naar Nederland voor enkele andere diplomaten, alsook het beperken van hun bewegingsvrijheid binnen Nederland. De activiteiten van de Iraanse ambassade in Den Haag werden nauwlettend in de gaten gehouden om ervoor te zorgen dat de diplomaten zich aan de regels hielden. Deze maatregelen werden genomen op basis van informatie van verschillende bronnen, waaronder de inlichtingendienst en de politie. Welnu, mijn vraag is wat voor informatie de regering heeft over de situatie nu, over de activiteiten van de Iraanse diplomaten en aan Iran gerelateerde organisaties. Het is van groot belang voor de veiligheid van Iraans-Nederlandse activisten en familieleden dat er meer openheid komt over de activiteiten van de Iraanse ambassade in Nederland. Welke beperkende maatregelen zijn op dit moment van kracht voor Iraanse diplomaten en personeelsleden? Is de minister bereid om beperkende maatregelen op te leggen aan het ambassadepersoneel, aan Iraanse diplomaten, om de veiligheid van Iraanse Nederlanders te waarborgen? Wat voor informatie heeft de minister over moskeeën en religieuze organisaties in Nederland die gefinancierd en gesteund worden door het regime en is hij bereid om openheid te bieden over eventuele informatie die de inlichtingendienst hierover bezit? We zouden graag een reactie van de minister hierop ontvangen.

Voorzitter. Ik sluit af, met gemengde gevoelens van hoop en vrees. Soms ben je getuige van een historische omwenteling, waarbij iets wat tot voor kort ondenkbaar leek ineens mogelijk lijkt te zijn. In de woorden van Nelson Mandela: het lijkt onmogelijk, totdat het is gedaan. De moed en vastberadenheid van vrouwen, jongeren en de Iraanse bevolking uit alle lagen en uithoeken van het land om een eind te maken aan meer dan 40 jaar donkere overheersing door de Islamitische Republiek geven mij hoop. Tegelijkertijd boezemt de beroerdheid van het regime en de wens van Khamenei, Raisi en andere leiders om met geweld, moord en verkrachting in de weg te staan van de wens van de bevolking angst in. Het mag niet zo zijn dat zij winnen. Als zij slagen in het onderdrukken van de protesten, zal de autocratische as van Iran, China en Rusland ver buiten de grenzen van Iran en het Midden-Oosten zegevieren en dat mag niet.

Ik hoop dat de minister de historische betekenis van de huidige revolutie in Iran onderkent en alles wat in zijn macht staat, bilateraal, in de EU en op internationaal niveau, inzet om de bevolking te steunen in zijn strijd voor vrijheid. We kunnen allemaal ook zelf veel doen. Laten we ons vooral richten op politieke gevangenen en terdoodveroordeelden. Ik zal zelf Mohammad Mahdi Karami, een 22-jarige Koerdische sporter, die veroordeeld is tot de dood en wiens leven direct, as we speak, in gevaar is, Ayda Rasti en Bardia Basiri, een jong echtpaar behorend tot de religieuze minderheid van de bahais, politiek sponsoren en proberen hun stem te zijn.

Lieve collega's, geachte collega's, doe alsjeblieft ook mee. Dank u wel.

De heer Dittrich i (D66):

Dank voor dit mooie betoog van collega Karimi. Ze doet een oproep aan de collega's. Ik zou namens de fractie van D66 willen zeggen dat wij daar graag gehoor aan geven.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan is het woord aan de heer Beukering. Hij spreekt namens de Fractie-Nanninga.