Plenair Van Hattem bij voortzetting behandeling Evaluatiewet Wet financiering politieke partijen



Verslag van de vergadering van 11 oktober 2022 (2022/2023 nr. 3)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.41 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Hattem i (PVV):

Dank, voorzitter. Dank aan de minister voor de beantwoording in de eerste termijn. De minister sprak over de mate van maatschappelijke betrokkenheid en dat op basis van die maatschappelijke betrokkenheid al die gesubsidieerde ledenpartijen geld van de overheid moeten krijgen. Als die maatschappelijke betrokkenheid zo groot is, heb je geen subsidie nodig. Dan is het helemaal niet nodig om extra geld te krijgen voor de partijfinanciering. De burgers zijn dan al zodanig betrokken dat ze graag bereid zijn om op je te stemmen en het vuur uit de sloffen te lopen om bijvoorbeeld flyers rond te brengen, posters te plakken et cetera. Dan kun je de mensen ook zelf overtuigen. Er is dan helemaal niet een staatsgift nodig in de vorm van de Jettengelden. Daar moet echt van worden afgezien en dat maakt dit wetsvoorstel eigenlijk al heel bizar. Het is ook helemaal niet te merken aan de opkomst, zoals ik in eerste termijn al zei, want die wordt stelselmatig lager bij veel verkiezingen.

Dan, voorzitter, de handhaafbaarheid van het giftenverbod. We hebben het daar in eerste termijn over gehad. Ik heb de minister gevraagd naar het voorkomen van willekeur daarbij ten opzichte van bepaalde gevallen, want het is niet helemaal duidelijk hoe hiermee zal worden omgegaan. Ik zou daar nog graag een reactie van de minister op krijgen. Ik heb ook nog een heel specifieke vraag. Is een documentaire die in campagnetijd bij NPO wordt uitgezonden ook een op waarde berekenbare gift? Hoe is dat op te vatten? Daar hoor ik ook nog graag een reactie op.

Dan, voorzitter, had de minister het over nader overleg met de gesubsidieerde politieke partijen. Het is een hele rare constructie om over de uitleg van een wet na het eventueel aannemen van deze wet, in overleg te gaan met die partijen. Dan ben je eigenlijk de wetsgeschiedenis aan het omzeilen, want we moeten hier toch in de Handelingen kunnen terugvinden wat nou de bedoeling van de wetgever was. Straks komt er een overlegje, kunnen partijen allemaal hun eigen belangetjes inbrengen en zal dit uiteindelijk leiden tot een akkoord of iets dergelijks met de minister, terwijl we het binnen de parlementaire democratie gewoon in dit huis moeten regelen en niet via allerlei achterkamertjesoverleg.

Dan, voorzitter, is er gesproken over allerlei mogelijkheden voor lokale financiering en over lokale afdelingen. Er is ook een motie over ingediend. Ik hoor nog graag van de minister wat nou precies wordt verstaan onder een "lokale afdeling". Is dat alleen in verenigingsverband een afdeling? Of kan het ook een lokaal zelfstandige rechtspersoon zijn? Die opereert misschien in een landelijke context of in een federatief verband. Ik had hier graag duidelijkheid van de minister over, ook vanwege de wetsgeschiedenis. Wat wordt er nou precies mee bedoeld en hoe wordt hiermee omgegaan in het kader van deze wet?

Dan over het punt van de uiteindelijk belanghebbenden, want dat vind ik ook weer zo'n open eindje. De discussie in eerste termijn gehoord hebbende, stel ik vast dat als Nederlanders in Nederland een stichting oprichten en die bij de Kamer van Koophandel inschrijven, er toch giften vanuit het buitenland kunnen worden ontvangen, bijvoorbeeld van een Amerikaan of van een rijke Zwitserse suikeroom. Dat is dus nog steeds mogelijk op basis van de Wet financiering politieke partijen. Ik hoor graag of de minister kan bevestigen dat ik haar goed beluisterd heb.

Hoe zit het eigenlijk met gezamenlijke actiecomités die partijen organiseren met verschillende partijen, vakbonden en allerlei activistische clubjes, en die soms ook gedeelde fondsen hebben? Hoe worden die beschouwd in het kader van deze wet?

Voorzitter. Dan de open eindjes. Ik noemde ze al. Er zitten heel veel open eindjes in deze wet, waar veel onduidelijkheid over is. Daarom heb ik de motie mede ingediend die zegt dat we deze wet op dit moment moeten aanhouden en de uitvoerbaarheid moeten meewegen in de verdere overwegingen richting een eventuele Wet politieke partijen. Mocht deze motie het niet redden, dan zou een andere mogelijkheid zijn om deze wet in te trekken, zoals ik in eerste termijn al had betoogd.

Voorzitter. Wat betreft de maatschappelijke betrokkenheid: de PVV heeft één lid maar wel meer dan 1 miljoen stemmen. De maatschappelijke betrokkenheid van de Nederlandse kiezer is dus wel duidelijk. Het allerbelangrijkste is: als de boodschap maar duidelijk is. Als je een duidelijke boodschap aan je kiezers kunt meegeven, aan onze Nederlandse stemmers, heb je al die financiering en al die subsidies helemaal niet nodig. Als PVV zeggen we dus duidelijk: geen subsidies meer aan politieke partijen en al helemaal geen extra Jettengelden. Stop gewoon met die subsidiëring en geef dat geld liever aan onze noodlijdende burgers. Die hebben het op dit moment kei- en keihard nodig.

De voorzitter:

Ik meende dat u een motie wilde indienen.

De heer Van Hattem (PVV):

Voor de duidelijkheid: ik heb een motie mede ingediend, de motie van de heer Schalk.

De voorzitter:

Excuus, dan heb ik het verkeerd begrepen. Dan is het woord aan de heer Talsma namens de ChristenUnie.