Plenair Otten bij behandeling Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer en herijking Grondwetsherzieningsprocedure



Verslag van de vergadering van 6 oktober 2020 (2020/2021 nr. 4)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.52 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Voorzitter. Dit onderwerp heeft mijn warme belangstelling, omdat ikzelf diverse jaren in het buitenland heb gewoond, onder andere in Hongkong en Londen. Ik heb toen gemerkt hoe lastig het is om vanuit het buitenland je stem uit te brengen. De heer Dittrich had het al over Eelco Keij. Die is mij ook bekend. Ik heb met hem uitgebreid hierover gesproken afgelopen zomer, toen hij in Nederland was. Dat is iemand die zich vanuit New York heel erg inzet om wereldwijd de Nederlandse stemmers te helpen. Het is zeer goed dat hij dat doet en ik ondersteun dat. Maar ook vele vrienden en bekenden die in het buitenland wonen, attenderen mij regelmatig op hoe lastig het is om tijdens Nederlandse verkiezingen hun stem uit te brengen. Dit is natuurlijk eigenlijk iets wat allang goed geregeld had moeten worden. Het is eigenlijk schandalig dat dat nu pas gebeurt. Mij bereikten zelfs verhalen van mensen die hun stem in een envelop hadden opgestuurd naar het Nederlandse consulaat en een paar dagen later dezelfde stem in een opengescheurde envelop terugontvingen in de post. Dat soort praktijken kunnen natuurlijk niet de bedoeling zijn. Deze gang van zaken — dus ook de praktische gang van zaken — moet echt verbeterd worden.

De heer Dittrich had het er al over dat er volgens de officiële schattingen meer dan 1 miljoen Nederlanders in het buitenland wonen. Dan heb je het al snel over 5% of 6% van de Nederlandse bevolking. Onderschat niet hoe goed veel van deze mensen de Nederlandse politiek volgen via internet. Velen van hen zijn het eigen land, Nederland, zelfs ontvlucht vanwege de politieke toestand die eigen initiatief en dynamiek smoort en ondernemende en ambitieuze mensen al tientallen jaren ons eigen land uit jaagt. Het is een ware braindrain. Het is natuurlijk ook een hele andere tijd. Waar emigranten vroeger geen idee meer hadden van wat er in Nederland gebeurde, krijg ik nu bij wijze van spreken in real time van de andere kant van de wereld bericht van iemand die mij attendeert op een uitzending van Lubach, of ik noem maar wat. Men is dus veel meer online en daardoor betrokken bij het land. Die betrokkenheid is ook vrij groot.

Daarnaast zijn Nederlanders die buiten Nederland wonen, natuurlijk ook een belangrijk onderdeel van de Nederlandse economie, die, zoals bekend, zeer open is en het moet hebben van internationale handel en internationale contacten. Het is dan ook volstrekt logisch dat zij mee mogen stemmen over wie er in de Eerste Kamer zit, omdat die Eerste Kamer wetten vaststelt die ook direct van invloed zijn op het leven van de Nederlanders buiten Nederland. Overigens hebben landen als Portugal, Frankrijk en Italië in hun parlementen zelfs aparte kamerzetels ingeruimd die enkel bezet kunnen worden door burgers die in het buitenland wonen.

Dit wetsvoorstel beoogt om als het ware een dertiende provincie toe te voegen aan de verkiezingen voor de EK, die, zoals bekend, door de Provinciale Staten worden gekozen. De EK wordt dan gekozen door de twaalf Provinciale Staten en als het ware een dertiende, virtuele provincie van de in het buitenland wonende Nederlanders. Dat lijkt ons een goede manier om dat aan te pakken.

Voorzitter. Er zijn wel een paar praktische zaken. Ik weet niet hoeveel van u allen hier in de zaal in 2019 persoonlijke ervaring heeft opgedaan met het kiescollege van de BES-eilanden, dat ook een klein gedeelte van de Eerste Kamerzetels bepaalt en van belang kan zijn voor de restzetels. Dat laatste was de reden dat ik mij daar toen in heb verdiept. Helaas is de restzetel door bepaalde machinaties uiteindelijk bij de SGP beland, maar dat is een ander verhaal. Dat was een hilarische, kafkaëske toestand. Om op de BES-eilanden mee te kunnen doen voor dit kiescollege, moest een kleine waarborgsom van een paar honderd dollar — volgens mij 150 dollar; ik weet het niet meer uit mijn hoofd — op Bonaire, Sint-Eustatius en Saba worden gedeponeerd. Anders kon je niet meedoen. Het kostte mij vele dagen aan telefoontjes — teruggebeld worden of niet teruggebeld worden — totdat ik er na een week achter kwam dat ze helemaal geen bankrekening hadden op bepaalde eilanden, dat dat bedrag dus niet gestort kón worden en dat je als nieuwe partij dus helemaal niet mee kon doen. Dat zijn natuurlijk wel hele vervelende praktische problemen. Het was dus eigenlijk praktisch onmogelijk om op alle eilanden aan het kiescollege deel te nemen. Dit verbeterpunt geef ik de minister dan ook graag mee. Ik wil de minister dan ook verzoeken om vooral dit soort praktische zaken goed te organiseren.

Voorzitter. Ik rond af. Wij staan in principe positief tegenover dit voorstel, maar we willen wel graag garanties van de minister dat de uitvoering in de praktijk ook de nodige aandacht krijgt en dat de zaak beter geregeld wordt dan nu het geval is bij het kiescollege voor de BES-eilanden. The devil is in the detail.

Dank u, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Meneer Van Hattem.

De heer Van Hattem i (PVV):

Ik hoor de heer Otten heel positief over dit wetsvoorstel spreken, maar hij zegt ook dat het voor een deel Nederlanders betreft die het land ontvlucht zijn vanwege het politieke klimaat hier. Is het dan niet nogal dubbel om te zeggen: mensen ontvluchten dit land om te ontkomen aan de maatregelen in dit land, maar we geven ze vervolgens toch invloed op die maatregelen om het hier bijvoorbeeld erger te maken? Dan heb ik het bijvoorbeeld over de D66-expats die in New York zitten maar ondertussen wel een Klimaatakkoord kunnen opdringen aan de Nederlanders in de landen. Is dat wat de heer Otten daarmee toch weer mogelijk wil maken?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nou, ik denk dat u het toch wel erg simplistisch ziet. Ik denk dat er ook heel veel Nederlanders in het buitenland zijn die ... Ik weet het niet meer precies, maar volgens mij was D66 de grootste partij bij de buitenlandse verkiezing en was Forum de tweede, als ik me niet vergis. Dat is dus een divers gezelschap. Die mensen zijn zeer betrokken bij de Nederlandse gang van zaken. Ook ik ben indertijd, in de jaren negentig, dit land ontvlucht, omdat ik hier een ontzettende stagnatie aantrof. Ik kan me dus heel goed voorstellen dat mensen zeggen: ik ga of de politiek in of ik ga weg. Ik ging toen weg. Toen kwam ik terug en toen dacht ik: nou, ik ga er nu zelf wat aan doen. Maar ik kan de meneer van de PVV, Van Hattem, zeggen dat de Nederlanders die ik in het buitenland ken, over het algemeen de meer ondernemende, actiegerichte mensen zijn die er ook iets aan willen doen. Er zitten er natuurlijk ook heel veel vanuit Buitenlandse Zaken en noem maar op. Dat zullen dan misschien meer de D66'ers zijn waar u op doelt, maar er zijn ook heel veel mensen die een enorm grote bijdrage leveren, ook via hun werk aan de Nederlandse economie.

De heer Van Hattem (PVV):

Ik ontken ook niet dat ze een bijdrage leveren en betrokken zijn, maar het gaat erom dat ze, zoals u zelf zegt, het land ontvluchten en zeggen dat ze niks te maken willen hebben met de politieke situatie in dit land. Dan zullen zij ook niet de lasten ondervinden van de maatregelen die door het kabinet genomen worden, maar zij willen wel meebeslissen. Is het dan niet consequent om te zeggen: ik ontvlucht dit land, ik ga in een ander land wonen, en ik pluk de lusten en draag de lasten van dat land, in plaats van de lusten van dit land ook mee te willen pikken? Dat is toch eigenlijk een inconsequente houding?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nee, er zijn ook heel veel mensen in Nederland in innere Emigration, zoals dat zo mooi heet. Die zeggen als het ware — en ik kan me dat ook wel voorstellen — dat zij zich helemaal afsluiten van de politiek. Zij willen er niks meer mee te maken hebben en leiden hun eigen leven. Het is natuurlijk niet aan de PVV of aan iemand anders, of aan ons, om te bepalen wie wel of niet stemrecht heeft. Als er een miljoen van onze landgenoten overzee of in andere landen wonen, vind ik dat die evenveel recht hebben om te stemmen als mensen die hier wonen.

De voorzitter:

Meneer Van Hattem, derde?

De heer Van Hattem (PVV):

Tot slot. Het gaat erom dat zij geen ingezetene meer zijn van een Nederlandse provincie. Zij hebben dus ook niks meer met Nederlandse provincies te maken, of met het provinciale beleid, terwijl in die provincies wel een hele hoop gebeurt. Ik noemde de opcenten voor de motorrijtuigenbelasting en de regionale energiestrategieën. Al die ellende wordt over de ingezetenen van die provincies afgeroepen en daar sluiten deze mensen zich voor af. Dan moet je ook de consequentie trekken dat je je afsluit van de invloed die provincies hebben. Dat is een afweging die de heer Otten blijkbaar anders kwalificeert.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Ja, wij staan daar wat meer open-minded in dan de PVV-fractie, dat klopt. Dat heeft de heer Van Hattem goed geconstateerd. Als er verder geen vragen zijn, geef ik graag het woord aan de volgende spreker.

De voorzitter:

Ik denk dat ik dat ga doen, maar u kunt zich altijd kandideren voor het voorzitterschap in de volgende ronde. Dan geef ik graag het woord aan mevrouw Bikker namens de ChristenUnie.