Plenair Koffeman bij voortzetting behandeling Intrekking Wet raadgevend referendum



Verslag van de vergadering van 3 juli 2018 (2017/2018 nr. 36)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.18 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Koffeman i (PvdD):

Voorzitter. Ik dank de minister voor haar antwoorden in eerste termijn. Wat mij daarbij opgevallen is, is dat de minister zich bedient van een onnavolgbare logica in een onnavolgbaar tempo, waarmee zij vast en zeker in het verleden al heel veel opponenten zoek gereden heeft. Ik hoorde laatst op de radio een meneer vertellen dat hij veroordeeld was voor iets dat hij niet gedaan had, ondanks het feit dat hij voor de rechter spijt betuigd had. Hij had zijn vingerafdrukken niet van zijn pistool verwijderd en hoeveel hem dat ook speet, hij kreeg toch straf. Van zulke dingen.

De minister houdt van gekantelde perspectieven en ik ben daar zelf ook een liefhebber van, dus ik herken ze van verre. De minister had het op zeker moment over het spiegelbeeld van het omgekeerde. Nou, dat is natuurlijk in de chambre de réflexion al vaker gevallen. Dan gaat er al iets behoorlijk duizelen. Bij een interrumpant kan het dan ook al heel snel gaan duizelen. Zo'n moment van zwakte leidt dan met een strak leidende voorzitter al heel snel tot een glorieuze ontsnapping voor de minister.

Nog even over die onnavolgbare logica. De minister wil de kiezer behoeden voor teleurstellingen door de kans op die teleurstellingen weg te nemen nog voordat die teleurstellingen zich zouden kunnen voordoen. Het is het omgekeerde Bambi-denken uit de jagerswereld: alle gezonde dieren naar de eeuwige jachtvelden helpen om daarmee te voorkomen dat de dieren ooit oud, ziek, zwak of misselijk zouden kunnen worden. De ultieme maar ongevraagde barmhartigheid. Geen kiezer heeft de minister gevraagd hem of haar te behoeden voor valse verwachtingen, maar de minister neemt de kiezer toch voor de zekerheid alvast preventief in bescherming.

Het ligt niet aan de kiezer maar aan het instrument. En dat instrument moet naar de destructie. Dat is hoog spel, zeker in een coalitie waar een referendumpartij in zit, die in een zeer lastig parket zit. Collega Engels had het zelfs over een gifbeker die hij vandaag zou moeten leegdrinken en zoiets gun je niemand. De gevolgen daarvan kunnen nog verstrekkender zijn dan van het doorslikken van een hele meloen, ook waargebeurd in diezelfde coalitie. Zou het echt zo kunnen zijn dat in deze challengecoalitie onmogelijke opdrachten tegen elkaar weggestreept mogen worden: ik een hele meloen, maar jij een hele gifbeker? Zoiets lijkt me meer iets voor pubers die kaneel snuiven of cola met Mentos slikken. Het is een beetje: regeren is creperen. Ik acht de D66-fractie, en in het bijzonder haar nieuwe fractievoorzitter, veel hoger dan dat.

Ik neem de twijfels die collega Engels heeft uitgesproken, zeer serieus. Ik heb daarnaast veel vertrouwen in de rechterlijke macht. Het zou echt een electorale blunder van ongekende omvang zijn als D66 onder coalitiedwang haar eigen kroonjuweel laat opblazen. Van de VVD en het CDA kan ik het wel begrijpen en van de ChristenUnie probéér ik het te begrijpen, maar als D66 het referendum zou opblazen, zou dat echt regelrechte kamikaze zijn.

De naamgenoot van collega Engels, Friedrich — alle eer voor collega Nagel voor het gelegde verband — zei dat terreur bestaat uit nutteloze wreedheden, gepleegd door bange mensen om zichzelf gerust te stellen. Nu weten wij van de partijleider van D66 dat zijn motto is "democratie is niet voor bange mensen", dus ik kan me niet voorstellen dat daar een dreiging van uit zou gaan voor het referendum. Dat geeft me alle vertrouwen in de overlevingskansen van de wet, in de evaluatie en in het referendum over het referendum. Om de kansen te vergroten, wil ik vragen om zowel de wet als alle ingediende moties volgende week hoofdelijk in stemming te brengen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Koffeman. Even voor de goede orde: om een hoofdelijke stemming is vorige week in het College van Senioren al gevraagd door de heer Nagel.

De heer Koffeman (PvdD):

Niet voor de moties.

De voorzitter:

U heeft gelijk: niet voor de moties. U doet dat verzoek nu ook voor de moties, dus daar hebben we volgende week hoofdelijke stemmingen over. Goed.

Ik geef nu het woord aan de heer Schalk.