Plenair Teunissen bij debat over een eventueel in te stellen Staatscommissie Bezinning Parlementair Stelsel



Verslag van de vergadering van 19 januari 2016 (2015/2016 nr. 16)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 20.26 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Voorzitter. In deze tweede termijn wil ik mij heel graag van mijn constructieve kant laten zien. Ik begreep uit de interruptie van collega De Graaf dat bij hem het misverstand was gerezen dat wij niet zouden willen meewerken aan het tot stand brengen van verbeteringen in het parlementaire stelsel, maar niets is minder waar. Wij voelen alleen niets voor de omweg van een staatscommissie. Om die reden heb ik gepleit voor het uitgangspunt: verbeter het parlement, begin bij jezelf. De problemen die mijn fractie heeft gesignaleerd, heb ik bij verschillende collega's ook voorbij zien komen. Ik steun elk voorstel om met elkaar op basis van een constructieve dialoog te werken aan het dichten van de kloof tussen kiezer en gekozene, om de problemen te analyseren en om te komen tot een verbetering van de werking van ons parlement. Zo'n dialoog zou wat de PvdD betreft zonder de omweg van een staatscommissie vorm kunnen krijgen. Laten wij kiezen voor de kortste route en met elkaar vormen vinden om onze parlementaire democratie nog beter te laten functioneren dan nu het geval is.

De heer De Graaf i (D66):

"Verbeter het parlement, begin bij jezelf", spreekt mij zeer aan. Men kan het trackrecord van mijn partij en overigens ook van mijzelf nog even nalezen in de parlementaire geschiedenis, maar wat waren precies de voorstellen van de PvdD de afgelopen zes, zeven jaar? Welke voorstellen voor staatkundige vernieuwing heeft de PvdD gedaan?

Mevrouw Teunissen (PvdD):

De heer De Graaf kan ons verkiezingsprogramma erop nalezen. Wij doen daarin een aantal vergaande hervormingsideeën, maar wij zijn een partij die prioriteiten stelt. Wij zijn momenteel ook niet de grootste partij in het parlement, dus wij moeten keuzen maken, maar als er hervormingsgezinde voorstellen worden gedaan, willen wij daar graag over meedenken.

De heer De Graaf (D66):

Dan is misschien het adagium van mevrouw Teunissen "verbeter het parlement, begin bij jezelf" voor haar partij niet helemaal juist. Het is meer: verbeter het parlement, anderen moeten maar met voorstellen komen.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Dat is zeker niet wat ik de hele tijd heb betoogd. De heer De Graaf begrijpt misschien niet dat je hervormingen op heel veel verschillende manieren kunt bewerkstelligen. Een van de hervormingen waar de PvdD al jarenlang op zit, is het veranderen van het perspectief en de cultuur wat betreft de manier waarop wij met dieren omgaan. Dat is ook een structurele verandering die wij graag zien bewerkstelligd. Daar zetten wij ons al jaren voor in.

Vandaag betoog ik dat ik mij constructief opstel ten aanzien van andere hervormingsgezinde voorstellen. Ik wilde net zeggen — maar ik twijfel nu toch een beetje — dat ik het eerste voorstel van collega De Graaf een heel goed voorstel vind. Dat gaat over het inzetten van een parlementaire commissie die gaat kijken hoe de problemen die vandaag door verschillende collega's zijn benoemd, nog beter kunnen worden doorgrond. Vervolgens kunnen we kijken welke middelen we kunnen aanwenden om die problemen aan te pakken. Daarnaast sluit ik mij helemaal aan bij de suggestie van de heer Kuiper om eens goed te kijken naar de werkwijze van de Eerste Kamer en dat binnen ons huis samen te doen.

De heer Kox i (SP):

Constructief worden, is soms een ingewikkeld proces. Ik heb daar ook enige ervaring mee, maar het is heel fijn dat de woordvoerder van de PvdD dit zo stelt. Wat de PvdD het liefste wil, hebben wij al gehoord. Dat is in eerste termijn gepresenteerd. Nu gaat het erom wat mogelijk is. De PvdD heeft voorstellen gedaan over het kiesstelsel van de Eerste Kamer en over het functioneren van de Eerste Kamer. De PvdD heeft daarnaast nog een aantal verdergaande voorstellen gedaan. Is het dan niet second of voor mijn part third best om vervolgens te stellen dat de PvdD eigen opvattingen heeft, maar dat wij uiteindelijk kunnen rekenen op de constructieve opstelling van de PvdD en dat de PvdD het voorstel om een staatscommissie in te stellen, teneinde te gaan praten over de manier waar op wij ons werk beter kunnen doen, kan billijken en steunen? Ik hecht erg aan de steun van de PvdD, ook voor dit voorstel. Volgens mij is dit in essentie iets dat zich helemaal niet vreemd verhoudt tot de opvattingen van deze partij.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Zelfs voor de heer Kox ga ik mijn eerste termijn niet overdoen. Volgens mij heb ik in eerste termijn heel duidelijk gemaakt dat wij eerst een goede probleemanalyse willen en dat wijzelf urgente problemen zien, zoals de vertrouwenskloof tussen kiezer en gekozene. Wij denken dat een staatscommissie de verkeerde weg is, een omweg op weg naar een oplossing voor dat probleem. Wij zoeken het bij onszelf en in dit huis. Dat was mijn betoog.

De heer Kox (SP):

Welke voorstellen mogen wij dan van de PvdD tegemoetzien? Mevrouw Teunissen stelt terecht dat de fractie van de PvdD klein is en dat zij niet overal voor de dag kan komen. Dat is juist, maar de weg die de woordvoerder van de PvdD schetst, ligt in elk geval niet open. Dit is een mogelijkheid voor de PvdD om ook een inbreng te leveren. We hebben allemaal een opvatting over wat we het liefste willen, maar uiteindelijk moeten er zaken worden gedaan. We hebben het nu over het functioneren van het belangrijkste dat wij hebben, onze parlementaire democratie. Staat de PvdD daarbij uiteindelijk aan de kant, omdat het voorstel niet precies is wat de PvdD wil, of zegt de PvdD: men kent onze opvattingen, maar nu het erop aankomt, willen wij meewerken aan dit belangrijke innovatieproces? Ik heb mevrouw Teunissen goed gehoord in de eerste termijn. Toen ging het erom wat wij wilden, maar in tweede termijn gaat het erom wat wij kunnen krijgen.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

Ik heb al eerder betoogd dat de PvdD misschien wel een van de meest hervormingsgezinde partijen in het parlement is. Ik heb ook betoogd dat wij op verschillende vlakken proberen te komen tot hervormingen. We debatteren vandaag over een aantal problemen. Die zijn in eerste termijn benoemd, maar wat ons betreft is de urgentie ervan niet zodanig dat we nu meteen een middel moeten bedenken om die problemen op te lossen. Wij voelen niets voor de omweg van een grote staatscommissie. Daar ligt niet de oplossing van de problemen. We willen dat we eerst in dit huis met zijn allen gaan bekijken wat de problemen precies zijn. Vervolgens bekijken we hoe we die het beste kunnen aanpakken. Ik steun dus niet het voorstel voor een staatscommissie.

De heer Kox (SP):

Dat is de ideale wens van de PvdD. Mevrouw Teunissen kan dat wel zeggen, maar het probleem is dat de fractie van de PvdD dat niet in haar eentje kan doen. Daarvoor is een meerderheid nodig, maar er is geen meerderheid voor die weg. Er ligt wel een andere weg open. Is de PvdD dan zo streng in de leer dat ze zegt: als deze Kamer niet doet wat wij willen, maar een andere weg kiest, ook al leidt die wellicht tot verbeteringen, dan gaan wij daar absoluut niet in mee? Ik ken de PvdD helemaal niet zo, terwijl ik die partij al heel lang ken.

Mevrouw Teunissen (PvdD):

De heer Kox weet bijna als geen ander dat de PvdD een expressieve politiek voert. Die houdt in dat wij vasthouden aan onze idealen. Daar staan wij inderdaad voor. We voeren nu in die lijn het debat. Ik stel mij wel constructief op. Als er voorstellen worden gedaan, in lijn met onze idealen, die wij kunnen steunen, dan doen wij dat ook heel graag. Dan denken wij graag mee. Ik heb zojuist de twee manieren aangegeven, een parlementaire commissie of het voorstel van de heer Kuiper, want dat steunen wij van harte. Daar laat ik het bij.

De voorzitter:

Dank. Mevrouw Duthler?

Mevrouw Duthler i (VVD):

Voorzitter. Mijn fractie heeft behoefte aan een korte schorsing.

De voorzitter:

Tien minuten?

Mevrouw Duthler (VVD):

Graag.