Plenair Nagel bij behandeling Wet aanpassing financieel toetsingskader



Verslag van de vergadering van 15 december 2014 (2014/2015 nr. 13)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.08 uur


De heer Nagel i (50PLUS):

Voorzitter. Lange tijd werd het onderwerp pensioenen door vele media gemeden. Te ingewikkeld, niet echt belangrijk, we hebben het over rijke ouderen, vonden ze. Maar nu, in december 2014, komt de grote ommezwaai. Het brede maatschappelijk verzet zwol enorm aan, de gehele vakbeweging koos eindelijk en heel duidelijk partij tégen het kabinetsbeleid en vóór de huidige en toekomstige gepensioneerden, en zelfs de VVD in de Eerste Kamer viel de gekozen koers af. Al was dat tijdelijk, omdat er nu eenmaal Torentjes hogere machten zijn, die de gepredikte onafhankelijkheid van coalitiesenaatsfracties weer beteugelen als ze iets te losbandig dreigen te worden.

Er zijn vele becijferingen en technische uiteenzettingen. Daar deinzen de mensen en ook de media vaak voor terug. De kloof met de Haagse politiek neemt alleen maar toe. Toch is het allemaal niet zo ingewikkeld. Terwijl de prijzen en de lonen de afgelopen jaren stegen, werden de pensioenen op nul gehouden of, nog erger, gekort. De afgelopen jaren zijn de gepensioneerden 10 tot 15% achtergebleven. Er is geen andere groep in Nederland die dit is aangedaan.

Tijdens een op 18 november 2014 gehouden hoorzitting in de Eerste Kamer, "deskundigenbijeenkomst" genoemd, werd het sprookje van de rijke ouderen met kracht in de prullenbak gegooid. De vertegenwoordiger van het grootste pensioenfonds in Nederland, ABP, onderstreepte nog eens dat het gemiddelde pensioen bij dit fonds €600 à €700 bruto per maand is. De voorzitter van het tweede pensioenfonds, Welzijn en Zorg, deelde mee dat bij dit fonds het gemiddeld pensioen €500 bruto per maand is. Pensioenbestuurder van de FNV Gijs van Dijk, een 34-jarige man, die namens de drie vakcentrales bewogen sprak, had berekend dat de verpleegsters en de bouwvakkers met een gemiddeld pensioen nu al €1.000 minder krijgen dan waarop ze recht hebben. Hij voorspelde dat dit door het kabinetsbeleid gaat oplopen tot €2.000.

Keiharde feiten die een sociaal bewogen politicus, of politica, het bloed onder de nagels moeten doen stromen zo wil ik, mevrouw de voorzitter, via u aan de staatssecretaris laten weten. Ik hoor graag van haar of dit haar iets doet en of ze van mening is dat de koopkracht van deze harde werkers met een niet groot salaris zo snel mogelijk moet worden hersteld.

De heer Thissen i (GroenLinks):

Toch heb ik, waarde collega Nagel, geen der partijen horen pleiten voor het handhaven van het huidige ftk. U hebt volstrekt gelijk dat al die belangenbehartigende partijen die daar zaten, mensen uit de wetenschap, uit de pensioenfondsen, enzovoort allemaal forse kritiek hadden op het nieuwe voorstel voor het ftk. Ik heb van niemand begrepen: handhaaf in vredesnaam dit oude ftk.

De heer Nagel (50PLUS):

Ik heb het verslag bij me. Ik ga het opzoeken en ik zal het u geven. Dan komen we daar in tweede termijn even op terug, want u vergist zich.

Tot voor kort leek het alsof de vakbeweging alleen maar opkwam voor de werkenden. Maar de miljoenen ouderen zijn ontdekt en het beleid van PvdA-staatssecretaris Klijnsma raakt ook de toekomstig gepensioneerden.

Door een lagere pensioenpremie en door het niet-indexeren bouwen de toekomstige gepensioneerden een veel te laag pensioen op. Ronduit schandelijk. De FNV is zich dat onder de bezielende leiding van Gijs van Dijk bewust geworden en voert daarom nu keiharde actie. Hij riep op een protestdemonstratie op 2 december 2014 in Den Haag herhaaldelijk: "KOOPKRACHT NU!" En daar gaat het om!

Bijzonder fel zei de vakbondsbestuurder de kabinetsplannen onaanvaardbaar te vinden. Mijnheer Thissen, dat is dus al een antwoord dat u kunt teruglezen in het verslag van de hoorzitting. Een pensioenstelsel, waarin tien en meer jaren niet geïndexeerd kan worden, is onacceptabel. "We willen een goed pensioen voor jong en oud", was terecht zijn motto. Leest u het verslag na.

De heer Postema i (PvdA):

Ik zou de heer Nagel graag willen vragen waar dat schandalige beleid nu eigenlijk is gestart waarover hij het heeft wanneer hij refereert aan een zo sterke inkomensachteruitgang als hij net deed. Is dat iets van de afgelopen maanden, iets wat pas komt met het nieuwe ftk, of is het iets wat eigenlijk al langer speelt en door de crisis is opgeroepen? Kan hij daarover iets specifieker zijn?

De heer Nagel (50PLUS):

Ja, dat is niet zo ingewikkeld. Iedereen weet dat de gehanteerde rekenrente die wordt doorberekend, ook in de toekomst, de dekkingsgraad aantast, de kunstmatig laag gehouden rente. Maar als je kijkt naar de reële resultaten, waarover ik zo dadelijk nog kom te praten, naar de werkelijke rendementen, die in de praktijk tellen, dan kom je tot heel andere resultaten. Als ik daar één zin aan mag toevoegen: als er al jarenlang niet geïndexeerd wordt en er ook gekort wordt, dan moeten die mensen een keer lucht krijgen om wel te kunnen indexeren. Sterker nog, dan moeten zij de kans krijgen om dat in te halen. Met het nieuwe ftk staat een ding vast: de eerstkomende tien jaar kan er niet meer geïndexeerd worden.

De heer Postema (PvdA):

Zou de heer Nagel kunnen aangeven hoe lang de huidige rekenrente al van toepassing is?

De heer Nagel (50PLUS):

Ongeveer al zolang erom gesmeekt wordt en er met argumenten voor gepleit wordt om die rekenrente te veranderen. Laat ik en passant dan over uw hoofd in de meest letterlijke zin van het woord en uiteraard via de voorzitter de vraag aan de staatssecretaris stellen of er de komende maanden weer een nieuwe rente in Brussel wordt vastgesteld. Deze rekenrente is niet handhaafbaar. Als je daar de buffers aan toevoegt en de lagere premies, dan gaan niet alleen de huidige gepensioneerden, maar ook de toekomstige gepensioneerden er zwaar op achteruit. Dat moet u als sociaaldemocraat een doorn in het oog zijn.

De heer Postema (PvdA):

Ik heb nog een laatste vraag. Volgens mij stel ik vrij korte vragen, dus misschien volstaat een kort antwoord, zodat ik wat meer vragen kan stellen. Ik stel met u vast dat de rekenrente die wordt gehanteerd eigenlijk al een heel lange tijd vigeert. Ik zou ook graag met u willen vaststellen dat de rekenrente feitelijk in het enge wetvoorstel dat vandaag voorligt, gehandhaafd blijft, maar dat die via de beleidsdekkingsgraad meer gemiddeld wordt. Mijn punt is veeleer dat u schande roept over een bepaald beleid, maar dat is eigenlijk een heel erg staand beleid. Ik ben het op zichzelf genomen best met u eens dat wij het moeten hebben over de rekenrente, maar ik wil toch echt afstand nemen van de bewoordingen waarin u dat doet, alsof de gepensioneerden door moedwillig beleid, door veranderingen in de rekenrente, iets is aangedaan. Dat is gewoon feitelijk niet waar.

De heer Nagel (50PLUS):

Ik constateer dat waar is dat met de huidige voorstellen de huidige gepensioneerden, maar ook de toekomstige, de komende tien jaren worden gedupeerd als geen enkele andere groep in de samenleving. Dat is het feit.

De kabinetsplannen werden onaanvaardbaar genoemd door de vakbeweging. Dat is terug te vinden in het verslag. De feiten werden op de hoorzitting nog eens keihard over het voetlicht gebracht.

De fondsen worden verplicht afgerekend op vele jaren met een rekenrente van 2% en 2,5%. Het grote fonds van Zorg en Welzijn stelde daar tegenover dat het dit jaar een rendement heeft dat boven de 12% ligt. De afgelopen 40 jaar had het fonds, ondanks de crisis, een gemiddeld rendement 8,2% per jaar. Het ABP stelt het mogelijk nog scherper. In 9 jaar, met inbegrip van de crisis, hebben de pensioenfondsen een rendement van 70% à 80% gehaald. Toch moest 10% indexatie gemiddeld worden ingeleverd. Hun vertegenwoordiger, Dick Sluimers, die nota bene bij de VVD op de kandidatenlijst voor de Eerste Kamer staat, zette het vreemde beleid via objectieve cijfers onbarmhartig neer: "Het pensioenvermogen in Nederland bedroeg in 2007, gebaseerd op cijfers van het CBS en DNB, 727 miljard. Eind 2014 zal dit gestegen zijn tot 1.361 miljard". Aldus Sluimers, en men vindt dit terug in het verslag.

De tabellen van DNB liegen evenmin. In 2013 bedroegen de totale premies iets meer dan circa 33 miljard. De totale uitkeringen bedroegen iets minder dan 26 miljard, terwijl de directe beleggingsopbrengsten ook nog eens bijna 16 miljard bedroegen. Geen hond begrijpt meer waarom kortingen nodig zijn en het indexeren onmogelijk wordt gemaakt. Het is alleen in het eigen kabinetsbelang — mijn voorganger heeft daar uitvoerig over gesproken — dat dit nu wordt gedaan over de ruggen van de huidige en toekomstige gepensioneerden. Iedereen begint hier schoon genoeg van te krijgen.

Het massale verzet wordt ook aangevoerd door de ouderenbond ANBO, die in het verleden vaak een gematigde opstelling koos. Maar directeur-bestuurder Liane den Haan is in de pensioenzaak zeer fel geworden. In een brief aan deze Kamer schreef zij op 25 november dat een lagere pensioenopbouw, gecombineerd met uitstel van indexaties en het nagenoeg onbereikbaar maken van zowel inhaalindexatie als "opstempelen" desastreuze gevolgen heeft voor het pensioen. Ook het blad Pensioenbelangen wijst op de grote pijn die ouderen krijgen als ze ook zorg en ondersteuning nodig hebben. Door de bezuinigingen in de zorg kan voor deze mensen de koopkrachtachteruitgang oplopen tot bijna 5%. Het verzet tegen de kabinetsplannen is ongekend massaal en de leider van dit kabinet ziet in de opiniepeilingen en wellicht straks een overeenkomstige uitslag bij Staten- en Eerste Kamerverkiezingen merkwaardig genoeg een aanmoediging om door te gaan.

Maar vaak zijn individuele gevallen meer aansprekend. Zoals een 93-jarige man die op een protestbijeenkomst zei: "Er wordt nog eens tien jaar niet geïndexeerd. Ik verheug me er nu al op dat dit weer zal gebeuren als ik 103 ben." Oud-staatssecretaris Martin van Rooijen, die sprak namens ouderen- en gepensioneerdenorganisaties, noemde de kabinetsplannen absurd. Ook nog een aanwijzing dat er wel degelijk mensen tegen waren. Velen vinden dat de gepensioneerden ronduit worden bestolen. Dat geldt ook voor de toekomstig gepensioneerden. Door tegelijkertijd de premieaftrek te verlagen, waardoor er in de praktijk minder premie wordt betaald, en niet te indexeren zullen vele werkenden in de toekomst lagere pensioenen gaan ontvangen. Volstrekt onnodig en het gevolg van een doelbewuste politiek die juist de zwakkeren gaat treffen.

Vandaag spreken wij over de Wet aanpassing financieel toetsingskader, die het indexeren de komende tien jaar of langer onmogelijk gaat maken. Zelfs de VVD deed mee aan het afleggen van verklaringen van deskundigen op de al eerder genoemde bijeenkomst van 18 november, en met verve. Mevrouw Kneppers verklaarde ongevraagd en geheel uit eigen wil dat pensioenfondsen iets zijn voor de lange termijn. Zij vond het heel vreemd dat de aanpassing van het ftk nu aan de orde is, terwijl wij bezig zijn met het voeren van een pensioendialoog. Volgens de VVD-opvatting zou de aanpassing van het ftk het sluitstuk van een systeemwijziging moeten zijn en zou je helemaal geen tussenstappen moeten hebben. Alles wat je op korte termijn aanpast, kost een hoop gedoe en een hoop kosten, was haar glasheldere visie. In een gloedvol betoog vroeg mevrouw Kneppers zich verder af waarom wij überhaupt bezig zijn met de aanpassing van het financieel toetsingskader. Waarschijnlijk omdat het voor haar wat onwennig was om zo veel bijval voor haar woorden te krijgen, trok zij namens de VVD haar diepe beschouwing enkele dagen later weer in, waardoor toch deze verkeerde maatregelen nu door deze Kamer heen gejaagd moeten worden.

Van diverse deskundige kanten is erop gewezen dat het verschil tussen de werkelijke premie en de kostendekkende premie in feite wordt onttrokken aan het eigen vermogen van het fonds. Dat is een slechte zaak, want ook als het fonds extra vermogen opbouwt, zou dit toch allereerst moeten aangewend om de huidige en toekomstige pensioenen te indexeren, om nog maar te zwijgen van het inlopen van de ontstane achterstanden. Volgens berekeningen is het tekort, dat wil zeggen de kostendekkende premie minus de feitelijke premie, in de periode 2010-2015 opgelopen tot 13,6 miljard euro. In de praktijk worden de premies gesubsidieerd met het geld dat niet uitbetaald wordt bij de huidige pensioenen. Is de staatsecretaris het met ons eens dat het onverantwoord is om dan over te gaan tot premieverlagingen? Immers, niet alleen de huidige gepensioneerden maar ook de toekomstige generaties krijgen een lager pensioen door het mislopen van de indexatie en dat gedurende vele jaren. Kan de staatsecretaris zich voorstellen dat dit beleid in de ogen van vele miljoenen als uiterst asociaal wordt gezien? Met welk tegenvoorstel zou de staatsecretaris zijn gekomen als ze in de oppositie had gezeten? Ziet de staatssecretaris niet in dat de belangrijke doelstelling "een goed pensioen is een geïndexeerd pensioen" volledig door deze nieuwe wet wordt uitgehold? Wij vragen met klem om een antwoord hierop.

Wij moeten deze wetgeving onnodig gehaast behandelen; het kan zijn dat we daardoor iets over het hoofd hebben gezien. Kan de staatssecretaris meedelen waar in het nieuwe ftk-plan staat hoe de pensioenachterstanden worden ingehaald en vooral welke prioriteit dit heeft, opdat niet miljoenen ouderen straks gestorven zullen zijn zonder dit ooit meer te hebben meegemaakt? Erkent de staatsecretaris dat de kans dat ouderen hun misgelopen indexatie en herstelindexatie nog ooit zullen ontvangen, vele malen kleiner is dan voor de jongeren? Is de staatssecretaris het met 50PLUS eens dat de berekeningen van het CPB, dat gepensioneerden per opeenvolgende generaties steeds rijker worden of een hoger inkomen hebben, het keiharde feit verdoezelen dat binnen een gelijke generatie de gepensioneerden aanzienlijk meer koopkrachtverlies leiden dan de werkenden en actieve deelnemers? We hechten zeer aan een duidelijke uitspraak hierover.

Pensioengeld moet worden besteed aan pensioen. Het gaat om tientallen miljarden euro's die toebehoren aan de deelnemers en gepensioneerden van nu.

Het voorliggende wetsvoorstel heeft vele nadelen blootgelegd. De koopkracht van 3,2 miljoen ouderen wordt geraakt en daarmee ook onze economie, door de lagere consumentenbestedingen. Alle betrokkenen, de vakbeweging, de pensioenfederatie, de ouderenorganisaties, klagen unaniem dat deze wetgeving tot stand wordt gebracht zonder voldoende overleg met de betrokkenen. Men zegt: we zijn wel aangehoord, maar van overleg is geen sprake. De staatssecretaris heeft inderdaad een andere interpretatie van goed overleg, maar als zo veel betrokkenen dat vinden, zou ze dan niet een keer willen luisteren? Ziet de staatssecretaris niet in dat de kloof tussen de Haagse overheid en het brede pensioenveld met een enorme achterban gigantisch is gegroeid en dat het uiterst lage vertrouwen in de politiek zo mogelijk nog verder afneemt? Graag een reactie hierop.

Een ander punt waarover de staatssecretaris van mening blijft verschillen, is het risico dat het kabinet loopt als werknemers en gepensioneerden straks hun pensioenfonds voor de rechter dagen vanwege onteigening. De jurist Hans van Meerten, binnenkort hoogleraar internationaal pensioenrecht, stelt dat er een onvoldoende toetsing heeft plaats gevonden aan het Europees grondrechtenhandvest. Hij oordeelt dat met het EU-handvest in de hand elke werknemer of gepensioneerde naar de rechter kan stappen. Hij zegt dat de regering dat niet goed vooraf heeft afgedekt en dat het linke soep is. Bij aanname van dit wetsvoorstel wordt de zaak alleen maar sterker. Naar wij begrijpen, is het vrij zeker dat er een dergelijke rechtszaak komt. Is de staatssecretaris voor honderd procent zeker dat de afloop haar gelijk zal geven?

Overigens wordt het kennelijk in Nederland steeds meer een gewoonte dat als de politiek niet meer naar het volk luistert, de rechter de politiek corrigeert. Behalve mogelijk in deze pensioenzaak gebeurde dat onlangs in een zaak waarin werd geoordeeld dat een echtpaar ten onrechte zorg was onthouden. De ernstig gedupeerde benzinepomphouders in de grensstreek hebben zich eveneens tot de rechter gewend vanwege het onredelijke kabinetsbeleid. Het is kenmerkend hoever de politiek van de mensen verwijderd is geraakt.

Samenvattend: de talrijke voorgestelde maatregelen en voorschriften, die vandaag onnodig met grote spoed erdoorheen gejaagd moeten worden, zijn onrechtvaardig en asociaal. Ze duperen miljoenen gepensioneerden en toekomstige gepensioneerden en wij hopen vurig dat de kiezers op 18 maart zich goed herinneren wie dit veroorzaakt hebben.