Plenair Van Hattem bij behandeling Wijziging van de Huisvestingswet 2014, de Woningwet en enkele andere wetten



Verslag van de vergadering van 6 juli 2021 (2020/2021 nr. 44)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.16 uur


De heer Van Hattem i (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Ik haak meteen even aan bij de oproep die D66 zojuist deed. Als er sprake is van wetten nog aanpassen of nog bepaalde stappen zetten voordat wetten in werking treden, dan zeg ik: daar moeten we het vanmiddag ook nog even over hebben als we de gemeentelijke herindelingen bespreken. Dat zou daarbij ook zomaar eens een interessante optie kunnen zijn. Maar dat is voor vanmiddag.

Voorzitter. Ik kom terug op de voorliggende wijziging van de Woningwet. Ik begin met een korte vraag naar aanleiding van het volgende citaat uit de memorie van toelichting, pagina 23. "Toegelaten instellingen kunnen daarnaast deelnemen in een energiecoöperatie, waarin zij als "bedrijf" samen met huurders, bedrijven en/of gemeenten kunnen samenwerken bij het opwekken, transporteren en gebruiken van duurzame energie in collectief beheer. Voorwaarde hierbij is dat toegelaten instellingen ook eigen vastgoed en energieopwekkende installaties in de energiecoöperatie inbrengen. Deelnemen in een energiecoöperatie zonder dat eigen vastgoed ter beschikking wordt gesteld is niet toegestaan, omdat daarmee wordt deelgenomen in grootschalige energieopwekking. Dergelijke activiteiten liggen buiten de expertise en het werkdomein van toegelaten instellingen." Ter verduidelijking: met die "toegelaten instellingen" worden vaak woningcorporaties bedoeld.

Over dit citaat heb ik de volgende vraag. Kan de minister aangeven of in dit kader onder "vastgoed" ook grondbezit van corporaties moet worden verstaan, zoals strategisch grondbezit waarop voorlopig nog geen woningbouw gepland is? Betekent dit dat zulke grondposities in dit kader kunnen worden ingezet voor de aanleg van windparken of zonnevelden? Ik hoor graag een reactie. Wat de PVV betreft, moeten woningcorporaties zich überhaupt niet bezighouden met zulke energiecoöperaties, maar doen wat hun kerntaak is: het realiseren van voldoende woningen voor onze inwoners.

En dan heb ik het over échte woningen, in plaats van allerlei tijdelijke, snel gebouwde flexhuurcomplexen. Een columnist in De Telegraaf, Marianne Zwagerman, noemde die afgelopen week nog "asielzoekerscentra voor Nederlandse jongeren". Daar zijn veel Nederlandse woningzoekenden nu op aangewezen, terwijl er wel massaal "normale" woningen worden weggegeven aan statushouders. En om het nog gekker te maken, stelde directeur Milo Schoenmaker van het COA, het Centraal Orgaan opvang asielzoekers, onlangs zelfs nog voor om bijstandsgezinnen woningen te laten delen met asielzoekers. Gekker moet het niet worden.

Voorzitter. Dat zijn de fundamentele zaken die aangepakt moeten worden. Het wetsvoorstel dat vandaag voorligt, draagt weliswaar bij aan de nodige praktische zaken, maar zolang de grenzen open blijven staan voor de massa-immigratie, blijven de problemen in dit overvolle land alleen maar erger worden en daarmee vooral de problemen op de woningmarkt.

Voorzitter. Tot zover mijn eerste termijn.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Hattem. Dan geef ik nu het woord aan de heer Talsma, die zal spreken namens de fractie van de ChristenUnie.