Eerste én Tweede Kamerlid Jan Messchert van Vollenhoven (1812-1881)

Jan Messchert van Vollenhoven zat in de jaren 1864-1877 in de Eerste en Tweede Kamer. Hij was een lid van de voorname Amsterdamse bierbrouwersfamilie Van Vollenhoven. Net als veel andere politici was Jan Messchert van Vollenhoven advocaat en daarna rechtbank-griffier. Messchert had geen duidelijke politiek ‘kleur’. Soms stemde hij met de liberalen mee, dan weer met de conservatieven. Kamerleden waren toen erg zelfstandig en echte partijen waren er nog niet. Dat wil niet zeggen dat politieke standpunten helemaal geen rol speelden, maar pas na 1870 werd dat echt belangrijk. In 1885 kwam er voor het eerst een ‘arbeider’ (een meubelmaker) in de Tweede Kamer. In de Eerste Kamer zouden arbeiders of middenstanders tot 1918 zelfs vrijwel geheel ontbreken.

In 1851 kwam Messchert in de raad van Amsterdam en kort daarna werd hij wethouder. Verder zat hij in Provinciale Staten van Noord-Holland. Andere functies die hij had, waren onder andere waterschapsbestuurder, commissaris van de spaarbank en commissaris van handelsfirma’s. Na vijf jaar lid te zijn geweest van Gedeputeerde Staten, werd hij burgemeester van Amsterdam. Dat bleef hij acht jaar. Noord-Holland koos hem in 1864 tot Eerste Kamerlid, en in 1873 werd hij in het kiesdistrict Utrecht tot lid van de Tweede Kamer gekozen.


Tweede Kamerlid Harm Smeenge (1852-1935)

Veel Tweede Kamerleden in de periode 1848-1917 hadden rechten gestudeerd. In debatten speelden juridische kwesties dan ook een belangrijke rol. Harm Smeenge werd in april 1886 Tweede Kamerlid. Hij werd als liberaal kandidaat gekozen in het district Assen. Hij bleef Tweede Kamerlid tot september 1918, in totaal dus 32 jaar. Later was hij nog vijftien jaar lid van de Eerste Kamer. Hij behoorde tot de Liberale Unie. Dat was sinds 1885 de liberale partij. Er zaten toen veel liberalen in de Kamer, maar geleidelijk kwamen er meer christelijke Kamerleden (ARP en Katholieken) en vanaf 1888 ook socialisten.

Harm Smeenge was korte tijd advocaat en daarna griffier van het kantongerecht in Meppel. In 1890 werd hij kantonrechter in Hoogeveen en in 1900 griffier van het Gerechtshof in Amsterdam, maar hij bleef gewoon Tweede Kamerlid. Naast deze ambten was Harm Smeenge ook voorman van de vereniging van binnenschippers en zat hij in het bestuur van een vereniging voor volksonderwijs. Hij maakte zich bovendien sterk voor inpoldering van de Zuiderzee.