T03562

Toezegging Realiseren centrale, integrale testomgeving (33.118/34.986)



De minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Klip-Martin (VVD), Verkerk (ChristenUnie) en Rietkerk (CDA), toe dat op korte termijn na inwerkingtreding van de Omgevingswet een centrale, integrale testomgeving wordt gerealiseerd.


Kerngegevens

Nummer T03562
Status deels voldaan
Datum toezegging 7 maart 2023
Deadline 1 januari 2024
Voormalige Verantwoordelijke(n) Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening
Huidige Verantwoordelijke(n) Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Kamerleden drs. T. Klip-Martin (VVD)
drs. Th.W. Rietkerk (CDA)
Prof.dr. M.J. Verkerk (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen Invoeringswet Omgevingswet
Omgevingswet
testomgeving
Kamerstukken Invoeringswet Omgevingswet (34.986)
Omgevingsrecht (33.118)


Uit de stukken

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 3 - blz. 10

Mevrouw Klip-Martin (VVD):

(…)

“De adviescommissie ICT maakt zich zorgen over het ontbreken van een formeel, serieus mastertestplan en van een centrale integrale testomgeving. Een mastertestplan lijkt er te komen in de loop van de komende maanden. Klopt dat, vragen wij de minister. De adviescommissie ICT ziet zo'n integrale testomgeving voor softwareleveranciers als een conditio sine qua non om verschillende typen testresultaten met elkaar te verbinden. De heer Janssen had het daar ook al over. Volgens de decentrale overheden was het realiseren hiervan tot nu toe technisch heel moeilijk, maar zijn die problemen opgelost en kan zo'n centrale testomgeving er nu komen. De minister spreekt echter in zijn recente antwoorden over de noodzaak tot het doorvoeren van enkele technische wijzigingen. Kan de minister een toezegging doen over het op korte termijn realiseren van zo'n centrale integrale testomgeving en, zo ja, over welke termijn hebben we het dan?”

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 3 - blz. 16

De heer Verkerk (ChristenUnie):

(…)

“Voorzitter. In het gesprek met de Adviescommissie ICT is uitvoerig gesproken over een integrale en centrale testomgeving. De minister is hier uitgebreid op ingegaan bij de beantwoording van de vragen.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 3 - blz. 18

De heer Verkerk (ChristenUnie):

(…)

“Voorzitter. In het gesprek met het Adviescollege ICT-toetsing is uitvoerig gesproken over het integraal en centraal testen. De minister is hierop uitgebreid ingegaan tijdens de beantwoording van de vragen. Eigenlijk zegt de minister: we doen het al en waar we het nog niet doen, gaan we het doen. Ik begrijp het antwoord van de minister. Toch zou ik daar meer toelichting op willen hebben. Dan gaat het mij ook met name om de rol van Axini. Als ik het goed begrijp, heeft dit bureau specifieke expertise voor het testen van complexe systemen. Dat heeft te maken met het feit dat hun aanpak gebaseerd is op bewezen formele procedures als ook op een modelmatige aanpak. Dat zou leiden tot meer gericht en efficiënt testen met als gevolg dat er meer inzicht wordt verkregen in de kwaliteit van het systeem. Ik zou hierop graag een reactie van de minister willen hebben en ook de reactie c.q. toezegging willen ontvangen dat de minister er echt voor zorgt dat er een integrale en centrale testomgeving komt. Ik sluit ook aan bij alles wat mevrouw Klip heeft gezegd.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 9 - blz. 6

De heer Rietkerk (CDA):

“Het eerste punt gaat over de complexe gebiedsontwikkelingen. Onze fractie heeft daar vragen over gesteld, samen met een aantal fracties. Ik constateer in ieder geval dat er op dit gebied geen blokkerende bevindingen zijn geconstateerd voor de inwerkingtreding op 1 januari 2024. Dat is een belangrijk punt. Dit als eerste antwoord op een vraag van mevrouw Fiers. Wij vragen de minister: constateren we dit juist? Het AcICT heeft aangegeven dat de ontwikkeling van het DSO uitermate belangrijk is als het gaat om een integrale testomgeving. Andere woordvoerders zijn daar ook op ingegaan. Mijn vraag sluit aan bij de vragen van mevrouw Klip van de VVD-fractie. Mijn vraag aan de minister is: is de huidige situatie werkbaar en waaruit blijkt dat als het gaat om de integrale testomgeving en de overleggen die daarvoor worden gehouden?”

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 9 - blz. 29

Minister De Jonge:

(…)

“De heer Rietkerk vraagt welke gesprekken er plaatsvinden voor de integrale testomgeving. Welke afstemming vindt er plaats met bestuurlijke partners over de vormgeving, inhoud en financiering daarvan? Is de huidige situatie werkbaar en waar blijkt dat uit? AcICT adviseert ons om naast de testomgevingen die we al hebben een aanvullende integrale ketentestomgeving te realiseren voor leveranciers. Een extra omgeving waarop DSO-LV en de decentrale softwareleveranciers aanpassingen die in de gehele DSO-keten moeten worden doorgevoerd, in samenhang met elkaar kunnen testen. Ik ben het ook eens dat dat van belang is.

De integrale ketentestomgeving voor leveranciers wordt dus opgepakt en wordt gerealiseerd. Momenteel spreken we daartoe concreet met de bestuurlijke partijen over wat die ketentestomgeving zou moeten kunnen. Op basis daarvan kan ik afleiden wat daarvan de kosten zullen zij. Dat kan ik nu nog niet beantwoorden. In de huidige periode van stabilisatie voor inwerkingtreding, dus zonder nieuwe DSO-LV-ontwikkeling, kunnen we ook nog zonder. Er is dus nog tijd om die integrale ketentestomgeving te ontwikkelen. Bij verdere doorontwikkeling van het DSO is die extra testomgeving gewenst en dat is ook zo besproken met de leveranciers.”

(…)

Minister De Jonge:

“Ik probeer naar eer en geweten de vragen zo goed als mogelijk te beantwoorden. Uiteraard maak ik daarbij gebruik van ambtelijke ondersteuning. Dat zult u mij niet kwalijk nemen. Ik had u ook al opgebiecht dat ik geen ICT-deskundige ben. Overigens heb ik daarbij geconstateerd dat geen van ons in deze zaal dat is. Dat maakt dat hele technische vragen moeten worden voorzien van een heel technisch antwoord dat ik niet helemaal uit eigen werk aan u voordraag. Dat beken ik ook grif. Mevrouw Klip vraagt of ik een toezegging kan doen over het op korte termijn realiseren van zo'n integrale testomgeving. Ook de heer Verkerk vraagt dat. Ja dus, zeg ik ook in de richting van de heer Rietkerk. Die aanvullende permanente integrale ketentestomgeving moet er komen. Ik deel dat die nodig is, zij het dat dat na inwerkingtreding oké is en niet nodig is voorafgaand aan inwerkingtreding, omdat we juist die stabiliseringsperiode ingaan met het DSO.”

Handelingen I 2022-2023, nr. 21, item 9 - blz. 50

Mevrouw Klip-Martin (VVD):

“Dank u wel, voorzitter. Ik begin met de minister te bedanken voor al zijn uitvoerige antwoorden. Via hem bedank ik ook alle ambtenaren die aan de overkant van de gang in twee kamers hard aan het werk zijn ten behoeve van de minister, maar indirect dus ook ten behoeve van ons. Ik begin ook even met het bedanken van de minister voor zijn toezeggingen aan de VVD-fractie. Ik noem ze voor de volledigheid toch nog maar even. Ik noem de toezegging dat naast het mastertestplan dat er komt, er een centrale, integrale testomgeving komt, niet vóór de invoering, maar wel snel daarna. In ieder geval vijf jaar wordt doorgegaan met de ondersteuning op allerlei verschillende manieren bij de invoering van de Omgevingswet. En het programma Aan de slag met de Omgevingswet blijft in ieder geval anderhalf jaar voortbestaan, maar mogelijk langer als daar de wens toe of vraag naar bestaat.”


Brondocumenten


Historie