T03579

Toezegging Inrichting rapportage VTH, kwaliteit MER (34.287/29.383)



De staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Janssen (SP), toe dat bij de tweejaarlijkse rapportage van VTH, waar ook de (kwaliteit van de) MER onderdeel van uitmaakt, verschil wordt aangebracht tussen de verschillende bestuurslagen, zodat duidelijk wordt bij welke milieueffectrapporten van de bevoegde gezagen ruimte voor verbetering is.


Kerngegevens

Nummer T03579
Status openstaand
Datum toezegging 11 april 2023
Deadline 1 januari 2025
Verantwoordelijke(n) Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat
Kamerleden mr. R.A. Janssen (SP)
Commissie commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving (IWO)
Soort activiteit Mondeling overleg
Categorie legisprudentie
Onderwerpen bestuurslagen
milieueffectrapportage
tweejaarlijkse evaluatie
VTH-rapportage
Kamerstukken Implementatie herziening mer-richtlijn (34.287)
Regelgeving Ruimtelijke Ordening en Milieu (29.383)


Uit de stukken

Kamerstukken I 2022/23 nr. 34 287 / 29 383, X, p. 11

Staatssecretaris Heijnen:

“We hebben een verbeterplan voor het VTH-stelsel. Daar wordt dit een onderdeel van. We gaan daarin dus ook analyseren hoe het gaat met de MER's. Ik kan toezeggen dat we de rapportages daarvan toesturen aan de Eerste Kamer, zodat u inzicht heeft in hoe het gaat en op welke gebieden verbeteringen denkbaar zijn. Ik ben het er natuurlijk mee eens dat we ervoor moeten zorgen dat de kwaliteit van de MER's op orde is. Daarbij loopt ons belang dus ook niet uit elkaar. We hebben nu gekozen voor deze route. Om de twee jaar wordt dat plan geëvalueerd. Het is natuurlijk ook zo dat het niet alleen maar de bedoeling is dat als we constateren dat het niet goed genoeg is, we dat vervolgens twee jaar later bij de volgende evaluatie weer constateren. We zullen ook kijken of er nog aanvullende zaken nodig zijn. Daarover informeer ik de Eerste Kamer graag per brief. Dat doe ik tegen de tijd dat die rapportage bekend is.”

Kamerstukken I 2022/23 nr. 34 287 / 29 383, X, p. 12

De heer Janssen (SP):

(…)

“Mijn huidige vraag is of er bij de rapportage een verschil aangebracht kan worden, zodat duidelijk wordt bij welke MER's van de bevoegde gezagen op dit moment ruimte voor verbetering is. Dan weten we namelijk waar we onze aandacht op kunnen richten, waar de staatssecretaris haar aandacht op kan richten, en waar de meeste aandacht nodig is om tot verbeteringen te komen.”

Kamerstukken I 2022/23 nr. 34 287 / 29 383, X, p. 13

Staatssecretaris Heijnen:

“Zeer zeker. Als die informatie beschikbaar is, dan zal ik ervoor zorgen dat die onderdeel wordt van de hele evaluatie, zodat inzichtelijk is op welke bestuurslaag er nog hiaten zitten in de manier waarop er met MER's wordt omgegaan.”


Brondocumenten


Historie

  • 11 april 2023
    toezegging gedaan