Eerste Kamer stemt in met banksparen



De Eerste Kamer heeft dinsdag 11 december 2007 zonder stemming het initiatiefwetsvoorstel aanvaard om per 1 januari 2008 het fiscaal gefaciliteerde banksparen in te voeren. Dit houdt in dat aan sparen via een geblokkeerde spaarrekening of beleggingsrecht voor latere uitkeringen fiscale ondersteuning wordt geboden. Het sparen kan zijn bedoeld om een lijfrentepolis te kopen of om de schuld op het eigen huis af te lossen. Het initiatief is afkomstig van de Tweede Kamerleden Depla (PvdA) en Blok (VVD). De indieners oogstten van alle kant lof voor hun gedegen werkstuk en ook voor hun uithoudingsvermogen. Wel was de Eerste Kamer ontevreden over een deel van de aangegeven dekking: het aftoppen van de mogelijkheid voor zelfstandigen om een pensioen op te bouwen tot maximaal 115.000 euro.

Motie

In een motie van de hand van mevrouw Vedder-Wubben (CDA) die werd gesteund door vrijwel alle fracties werd de regering gevraagd om in 2008 naar een andere dekking te zoeken. Staatssecretaris De Jager (CDA) zegde toe dit te zullen doen. De motie vraagt vervolgens de verlaagde premiegrondslag in de derde pijler te herstellen op het oude niveau. De SP vroeg stemming over de motie en zal volgende week tegen stemmen zo liet woordvoerder Reuten weten.

Hoog liberaal gehalte

VVD-senator Biermans juichte het voorstel toe. Het heeft een hoog liberaal gehalte, zei hij. Hij betreurde wel dat afbreuk wordt gedaan aan de pensioenopbouw door zelfstandigen via de 'derde pijler'. De VVD-senator riep de regering op in het jaar 2008 te zoeken naar een betere dekking voor de verwachte inkomstenderving van de overheid. Mevrouw Vedder-Wubben (CDA) zette veel vraagtekens bij de behandeling van zelfstandigen die voor hun pensioenopbouw voornamelijk afhankelijk zijn van lijfrentes (derde pijler). Om de budgettaire gevolgen voor de overheid van banksparen op te vangen wordt de inkomensgrondslag verlaagd met 47.700 euro en gebracht op 114.247 euro. Dit betekent volgens mevrouw Vedder dat de maximale lijfrentepremieaftrek wordt verlaagd van ongeveer 25.500 per jaar naar ongeveer 17.500 euro. Een gevolg is dat de maximale pensioenopbouw met 30% wordt verlaagd. Hoe verhoudt deze verlaging zich met de breed gedragen wens dat zelfstandigen meer mogelijkheden moeten krijgen om pensioen op te bouwen?, zo vroeg de CDA-senator. Ook de opbouw van pensioen werknemers met een pensioentekort wordt door deze ingreep belemmerd en het CDA wil dan ook dat deze maatregel verdwijnt. Zij herinnerde er fijntjes aan dat het aanvankelijke voorstel van de regering om de pensioenopbouw bij werknemers te beperken tot een premie-inkomen van hooguit 185.000 niet is doorgegaan. Het maximum inkomen waarover zelfstandigen pensioen mogen opbouwen steekt zo wel erg schril af tegen het pensioeninkomen van werknemers, oordeelde mevrouw Vedder, die ook sprak namens de fracties van ChristenUnie en SGP.

Ongelijkheid

PvdA-senator Leijnse wees op de ongelijkheid tussen banken en verzekeraars: banken moeten wel 20-jaars lijfrentes aanbieden als oudedagsvoorziening, naast 5- en 10-jaars lijfrentes, terwijl verzekeraars dit niet mogen. Leijnse vond de indieners te ijverig op het punt van de inkomenseffecten voor de overheid. Zij schatten in dat het banksparen zo'n vlucht zal nemen dat de fiscus negentig miljoen euro aan inkomsten zal mislopen in de komende dertig jaar. In plaats van dekkingsvoorstellen te doen hadden de indieners volgens Leijnse gewoon kunnen afwachten waartoe het banksparen in de praktijk zou leiden. Verhoging van de assurantiebelasting van 7 naar 7,5% en een ingreep in de opbouw van de pensioenen van zelfstandigen zouden dan achterwege hebben kunnen blijven. Ook Leijnse wees erop dat de regering het voorstel tot maximering van de fiscale faciliteit op een inkomen van 185.000 na bezwaren uit de Tweede Kamer heeft ingetrokken. Verlaging van het plafond van de derde pijler noemde de PvdA-senator een 'wel zeer ongelijke behandeling'.

Voordeel van de twijfel

Deze opmerking ontlokte SP-senator Reuten het verwijt aan de PvdA dat deze partij het opneemt voor de mensen met grote inkomens. Senator Reuten zei in zijn bijdrage aan het debat dat de indieners de verkeerde kant uitwerken: de subsidiering van de rijken door de hypotheekrenteaftrek wordt nu uitgebreid met de mogelijkheid van banksparen voor de oude dag en voor het aflossen van de eigenwoning schuld. Maar uiteindelijk gaf de SP na een moeilijke afweging het wetsvoorstel het voordeel van de twijfel, wat deze fractie de lof opleverde van senator Biermans van de VVD.

Kritiek

Senator Ten Hoeve van de Onafhankelijke Senaatsfractie, die ook het woord voerde namens de Partij voor de Dieren en D66, had kritiek op het feit dat in de derde pijler bij de pensioenopbouw voor zelfstandigen wel een maximum is ingebouwd en bij de pensioenopbouw in de tweede pijler voor werknemers niet.


Deel dit item: