Stemming motie Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg



Verslag van de vergadering van 16 mei 2023 (2022/2023 nr. 31)

Aanvang: 14.12 uur

Status: gecorrigeerd


Stemming motie Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg

Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij het debat over Regels inzake het elektronisch delen en benaderen van gegevens tussen zorgverleners in aangewezen gegevensuitwisselingen (Wet elektronische gegevensuitwisseling in de zorg),

te weten:

  • de gewijzigde motie-Gerkens c.s. over de uitwisseling van medische gegevens via decentrale infrastructurele voorzieningen (35824, letter I).

(Zie vergadering van 9 mei 2023.)


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De voorzitter:

Ten slotte stemmen wij over de motie 35824, letter I, de gewijzigde motie-Gerkens c.s. over de uitwisseling van medische gegevens via decentrale infrastructurele voorzieningen. Wenst een van de leden een stemverklaring over de motie af te leggen? De heer Keunen namens de VVD.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Keunen i (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie is van mening dat bij een elektronische uitwisseling van zorggegevens tussen zorgverleners de medische informatie altijd zo dicht mogelijk bij de bron opgeslagen dient te worden en daar ook bewaard dient te blijven. Dit geldt ook als er toestemming is gegeven voor een landelijke uitwisseling. Minister Kuipers heeft dit standpunt tijdens het debat bevestigd en ook nog een keer in de derde termijn, en heeft de Kamer toegezegd hierover een brief te sturen voor 1 oktober. Dit alles afwegende zal de VVD-fractie tegen de aangepaste motie stemmen, omdat wij die overbodig achten.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Keunen. Wenst een van de andere leden nog een stemverklaring af te leggen? Dat is niet geval.

We stemmen bij zitten en opstaan.

In stemming komt de gewijzigde motie-Gerkens c.s. (35824, letter I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de leden van de fracties van de OSF, de PvdA, GroenLinks, D66, de SP, de PvdD, Fractie-Otten, de PVV, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en 50PLUS voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de fracties van Fractie-Nanninga, de VVD, FVD en Fractie-Frentrop ertegen, zodat zij is aangenomen.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Hiermee zijn wij gekomen aan het einde van de stemmingen. Ik schors de vergadering voor een kort ogenblik, maar niet dan nadat ik mevrouw Jorritsma het woord heb gegeven voor een opmerking. Mevrouw Jorritsma.

Mevrouw Jorritsma-Lebbink i (VVD):

Voorzitter, ik zou een voorstel van orde willen doen. Zojuist is in het College van Senioren aangekondigd dat aanstaande maandag mogelijk een hoofdelijke stemming wordt gevraagd over een ordevoorstel dat dan ingediend gaat worden. Uiteindelijk beslist de Kamer over het moment waarop zo'n hoofdelijke stemming aan de orde komt. Wij zouden willen voorstellen om over zo'n ordevoorstel dinsdag bij de normale stemmingen hoofdelijk te stemmen. Wat mij betreft mag daar bij de avondpauze over gestemd worden.

De voorzitter:

Ik kijk nog even rond om te zien of iemand het woord wenst hierover. Mevrouw Faber.

Mevrouw Faber-van de Klashorst i (PVV):

Met alle respect, maar het is natuurlijk een onzinnig voorstel. Een week van tevoren heeft meneer Van Rooijen voorgesteld om volgende week maandag een ordevoorstel in te dienen. Er is een fysiek quorum noodzakelijk om de vergadering te starten. Er is een fysiek quorum, dus we zien niet in waarom er niet gelijk om 9.00 uur een hoofdelijke stemming kan plaatsvinden. De leden moeten namelijk toch intekenen. Het is dus een overbodig voorstel van mevrouw Jorritsma. We kunnen sowieso alsnog dat verzoek op maandag indienen.

(Hilariteit)

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Faber. Wenst een van de andere leden nog het woord over dit ordevoorstel van mevrouw Jorritsma? De heer Van Rooijen namens 50PLUS.

De heer Van Rooijen i (50PLUS):

Voorzitter. Mevrouw Jorritsma had niet het fatsoen om mij hierover van tevoren in te lichten. Het is juist dat het in het College van Senioren aan de orde is geweest. Ik wil er wel over nadenken maar ik wil ook redelijk zijn. Als ik alles nu afweeg, dan vind ik stemming over een debat volgende week tijdens de behandeling over de voortzetting van dat debat slechter dan vandaag een stemming, want ik vind het belang van die wet zo groot dat in dit geval … Hoe ouder, hoe wijzer, zeggen ze weleens. Mevrouw Jorritsma weet dat niet, want die vindt dat als je 81 bent je hier niet altijd hoeft te zijn omdat je als je 81 bent alle tijd hebt, maar de anderen hebben die tijd niet. Dus ik ben verstandiger dan mevrouw Jorritsma. Alles afwegende, vind ik dat we dan maar vanavond over dat voorstel moeten stemmen, want ik wil niet dat tijdens de behandeling van dat belangrijke wetsvoorstel we nog eens gedoe en rommel krijgen. Daarvoor is het belang van dit voorstel te groot.

De voorzitter:

Kan de Kamer zich vinden in het ordevoorstel van mevrouw Van Rooijen?

De voorzitter:

Pardon, ik bedoel: meneer Van Rooijen. Dit was een kleine contractie met mevrouw Jorritsma; excuus daarvoor. Dan kijken we nog wat mevrouw Jorritsma met haar ordevoorstel doet.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Ja, voorzitter, ik ben inderdaad meneer Van Rooijen en ik ben inderdaad 81. Mevrouw Jorritsma vindt dat ik er op die leeftijd wel altijd kan zijn terwijl dat voor anderen niet geldt. Ik zal ervoor zorgen dat ik er de komende vier jaar altijd zal zijn.

De voorzitter:

We zullen vanavond voor de dinerpauze over uw ordevoorstel stemmen.

Mevrouw Faber-van de Klashorst (PVV):

De PVV-fractie kan zich helemaal niet vinden in dit gewijzigde of nieuwe ordevoorstel. Wij zullen gewoon maandag om 09.00 uur met een ordevoorstel komen, met daarbij het verzoek om een hoofdelijke stemming.

De voorzitter:

Ik stel voor dat we dit ordedebat nu toch langzamerhand gaan afronden. We hebben in ieder geval een voorstel van de heer Van Rooijen, een aankondiging van mevrouw Faber en een ordevoorstel van mevrouw Jorritsma. Daar gaan we het even mee doen, denk ik. De stemmingen zijn in ieder geval vanavond, voorafgaand aan de dinerpauze. Ik zie dat mevrouw Huizinga nog een opmerking wil maken.

Mevrouw Huizinga-Heringa i (ChristenUnie):

Over dat laatste punt heb ik dan nog een voorstel, om de zaak te compliceren. Waarom stemmen we er niet nú over, nu we allemaal aanwezig zijn? Dan kunnen we ook hoofdelijk stemmen.

De voorzitter:

Begrijp ik hieruit dat u een hoofdelijke stemming aanvraagt, mevrouw Huizinga?

Mevrouw Huizinga-Heringa (ChristenUnie):

Ik neem aan dat de kans dat het een hoofdelijke stemming wordt, behoorlijk groot is. En anders stemmen we gewoon fractiegewijs.

De voorzitter:

Die hoofdelijke stemming is nog niet aangevraagd. Maar ik geef nu het woord aan meneer Otten.

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Wat ons betreft mag er altijd hoofdelijk gestemd worden. Nu, morgen of maandagochtend: het maakt ons niet uit, wij zullen er zijn. Maar ik wil er wel even op wijzen dat dit nieuwe CARO-voorstel over het Reglement van Orde — wij hopen dat mensen ertegen gaan stemmen zodat het niet ingaat, want het is door de afwijzing van amendementen nog slechter geworden — pas ingaat op 13 juni, volgens de CARO. Voor de goede orde en voor het goede begrip: we leven nog in het tijdperk van het oude Reglement van Orde, waarin iedereen op elk moment een hoofdelijke stemming kan aanvragen. Voor de nieuwe Kamer, wanneer het ingaat, is het een ander verhaal, maar dat is nu nog niet het geval, dus de heer Van Rooijen staat geheel in zijn recht om op elk moment waarop hij dat wil een hoofdelijke stemming aan te vragen. Wij zullen er dan zijn. Als dat andere mensen te veel moeite is, is dat hun probleem, maar wij zullen er zijn.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Ik heb ook niemand anders horen beweren.

Dan heb ik het voorstel gehoord om nu direct te stemmen over het voorstel van de heer Van Rooijen. Ik stel voor dat we dat gaan doen. Meneer Van Rooijen, wilt u nog één keer uw ordevoorstel formuleren?

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Redelijkheid heeft zijn grenzen, voorzitter, maar dat even terzijde. Ik zou graag hebben dat we dat straks doen; dan kan ik me daar nog even fatsoenlijk op voorbereiden. Ik heb niet zomaar dat voorstel gedaan voor volgende week. Ik wil voor mezelf even een goede onderbouwing formuleren voor de collega's waarom ik zo'n belangrijk voorstel doe. Ik ben wel bereid om het van maandag naar vandaag te brengen.

De voorzitter:

Dan stel ik toch voor dat we dat voorafgaand aan de dinerpauze doen, conform het verzoek van de indiener. Kan de Kamer zich daarin vinden? Dat is het geval. Dan schors ik nu voor een enkel moment. Daarna gaan we door met het debat met de minister.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.