Stemming Toevoeging van handicap en seksuele gerichtheid als non-discriminatiegrond



Verslag van de vergadering van 17 januari 2023 (2022/2023 nr. 15)

Aanvang: 13.50 uur

Status: gecorrigeerd


Stemming Toevoeging van handicap en seksuele gerichtheid als non-discriminatiegrond

Aan de orde is de stemming in verband met het Voorstel van wet van de leden Hammelburg, Bromet en De Hoop houdende verandering in de Grondwet, strekkende tot toevoeging van handicap en seksuele gerichtheid als non-discriminatiegrond (35741).

(Zie vergadering van 20 december 2022.)


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De voorzitter:

Thans zijn aan de orde de stemmingen.

Ik heet de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, die namens de regering bij de stemmingen aanwezig is, nogmaals van harte welkom. Ook heet ik de Tweede Kamerleden Hammelburg, Bromet en De Hoop van harte welkom.

Dan is aan de orde de stemming over het wetsvoorstel tot wijziging van de Grondwet in tweede lezing. Op grond van artikel 137, vierde lid van de Grondwet kan de Kamer dit voorstel slechts aannemen met ten minste twee derde van het aantal uitgebrachte stemmen.

We stemmen over het wetsvoorstel 35741, Voorstel van wet van de leden Hammelburg, Bromet en De Hoop houdende verandering van de Grondwet, strekkende tot toevoeging van handicap en seksuele gerichtheid als non-discriminatiegrond.

Er is eerder al om hoofdelijke stemming gevraagd.

Wenst een van de leden een stemverklaring af te leggen? De fractie van 50PLUS, mevrouw Baay-Timmerman.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Baay-Timmerman i (50PLUS):

Dank, voorzitter. Wij stemmen vandaag over toevoeging van twee expliciete antidiscriminatiegronden in artikel 1 van de Grondwet, die van handicap en seksuele gerichtheid. 50PLUS is tegen iedere vorm van discriminatie. In onze optiek zou artikel 1 na de zinsnede over gelijke behandeling als volgt kunnen luiden. Discriminatie, op welke grond dan ook, is niet toegestaan. Punt. Daarmee doe je recht aan iedere groep die gediscrimineerd wordt. Het gevaar dat het ene discriminatieverbod van meer waarde zou zijn door deze expliciet te benoemen en andere niet, wordt daarmee voorkomen.

Mijn fractie betreurt het zeer dat de initiatiefnemers de keuze hebben gemaakt om niet alle discriminatieverboden neergelegd in het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens in artikel 21 over te nemen in het voorstel. Wij zien dat echt als een gemiste kans, omdat de groep Nederlanders die gediscrimineerd wordt op grond van leeftijd of sociale afkomst qua aantal wellicht andere groepen overtreft. Deze personen krijgen dan gevoelsmatig niet de erkenning die ook zij behoeven en waar ze recht op hebben.

Voorzitter. Dit gezegd hebbende, acht mijn fractie het signaal om de thans aan artikel 1 Grondwet toe te voegen discriminatieverboden van handicap en seksuele gerichtheid uiteindelijk van groter belang dan het gemis van andere net zo belangrijke discriminatieverboden. Mijn fractie zal dus voor het wetsvoorstel stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Baay. Wenst een van de andere leden een stemverklaring af te leggen? De heer Schalk namens de SGP.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Schalk i (SGP):

Voorzitter, dank u wel. Het huidige artikel 1 van de Grondwet waarborgt dat discriminatie op welke grond dan ook niet is toegestaan. Voor handicap is dat al overduidelijk, maar het wetsvoorstel ademt op het terrein van de seksuele diversiteit de lhbti-ideologie, die de SGP nadrukkelijk afwijst.

De nu voorgestelde toevoegingen handicap en seksuele gerichtheid hebben ongetwijfeld intrinsieke waarde voor degenen die ermee te maken hebben, maar ze doen geen recht aan degenen die met andere gronden te maken hebben, zoals kleur of sociale of etnische afkomst, om niet meer te noemen. Deze mensen krijgen in feite het signaal dat de discriminatie waar zij mee te maken hebben, nog niet constitutioneel rijp zou zijn en niet ernstig genoeg om in die opsomming te plaatsen. Dat is schrijnend. De SGP zal daarom tegen de grondwetswijziging stemmen.

Voorzitter, wilt u dat ik meteen ook een stemverklaring afleg over de motie?

De voorzitter:

Dat is goed.

De heer Schalk (SGP):

Dank u wel, voorzitter. Voor wat betreft de motie-Kox: de formulering in artikel 1 van de Grondwet, waarin staat "of op welke grond dan ook" staat niet voor niets aan het einde van de korte opsomming. De initiatiefnemers van de voorliggende grondwetswijziging willen deze opsomming aanvullen, maar hebben expliciet aangegeven dat de opsomming niet limitatief is. Daarom blijft de formulering "of op welke grond dan ook" een adequate afsluiting. Door deze voorop te plaatsen, krijgt de opsomming een andere lading, alsof deze wel als limitatief beschouwd kan worden. Dat is een verenging van het artikel. De fractie van de SGP is daar geen voorstander van en zal dan ook geen steun verlenen aan de motie-Kox.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Schalk. Wenst een van de andere leden nog een stemverklaring af te leggen? De heer Dittrich namens D66.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Dittrich i (D66):

Dank, voorzitter. De Grondwet is het fundament van onze democratische rechtsstaat. Artikel 1 neemt daarin een belangrijke plaats in. Het ordent de samenleving door te stellen dat men in gelijke gevallen gelijk moet worden behandeld en dat men niet mag worden gediscrimineerd. Het initiatiefwetsvoorstel van de Tweede Kamerleden voegt twee gronden, handicap en seksuele gerichtheid, toe aan de al in de grondwettekst opgenomen non-discriminatiegronden. De fractie van D66 vindt die toevoeging belangrijk, want de Grondwet is een levend document. Woorden doen ertoe. Woorden hebben zeggingskracht. Woorden geven inspiratie. Dat is dan ook de reden waarom de leden van de fractie van D66 voor dit initiatiefwetsvoorstel zullen stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Dittrich. Mevrouw Nanninga namens de Fractie-Nanninga.


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Nanninga i (Fractie-Nanninga):

Dank u wel, voorzitter. Mijn fractie en ook onze partij JA21 is natuurlijk tegen alle vormen van achterstelling, uitsluiting en discriminatie. Derhalve vinden wij het niet correct om nu twee gronden toe te voegen aan de Grondwet en daarmee automatisch ook heel veel gronden niet te noemen. Wat ons betreft worden er helemaal geen aparte gronden genoemd in de Grondwet en is discriminatie gewoon verboden, punt uit. Wij zullen derhalve tegen deze grondwetswijziging stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Nanninga. Wenst een van de andere leden nog een stemverklaring af te leggen? Dat is niet het geval.

Ik verzoek de leden zo dadelijk duidelijk hun stem met het woord "voor" dan wel "tegen" uit te brengen, zonder enige bijvoeging.

In stemming komt het wetsvoorstel.

Vóór stemmen de leden: Nicolaï, Oomen-Ruijten, Otten, Pijlman, Prast, Prins, Raven, Recourt, Rietkerk, Rombouts, Van Rooijen, Rosenmöller, Stienen, Talsma, Veldhoen, Verkerk, Van der Voort, Lucas Vos, De Vries, Van Apeldoorn, Arbouw, Baay-Timmerman, Backer, Van Ballekom, Van den Berg, De Blécourt-Wouterse, De Boer, Bredenoord, Bruijn, De Bruijn-Wezeman, Crone, Dittrich, Doornhof, Essers, Fiers, Ganzevoort, Geerdink, Gerkens, Van Gurp, Huizinga-Heringa, Janssen, Jorritsma-Lebbink, Karakus, Karimi, Kennedy-Doornbos, Niek Jan van Kesteren, Keunen, Klip-Martin, Kluit, Knapen, Koffeman, Koole, Kox, Krijnen, Meijer en Moonen.

Tegen stemmen de leden: Nanninga, Van Pareren, Schalk, Van Strien, Van Wely, Beukering, Bezaan, Dessing, Van Dijk, Faber-van de Klashorst, Frentrop, Van Hattem, Hermans, Ton van Kesteren en Van der Linden.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met 56 stemmen voor en 15 stemmen tegen is aangenomen.

(Applaus)


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De voorzitter:

U bent zo dadelijk in de gelegenheid om de initiatiefnemers te feliciteren.

Tot slot sta ik hier nog graag stil bij het record dat met de aanvaarding van dit wetsvoorstel in tweede lezing wordt gevestigd. Er is namelijk sprake van een record.

Tijdens het debat over deze initiatiefwet, dat op 20 december is gevoerd, is door verschillende sprekers gerefereerd aan de Tweede Kamerleden die twaalf en een half jaar geleden het initiatief hebben genomen voor deze Grondwetswijziging. Het huidige drietal heeft de verdediging van het wetsvoorstel in tweede lezing van hen en hun opvolgers overgenomen na de Tweede Kamerverkiezingen van 2021. Wat weinigen zich echter realiseren is dat, ondanks de lengte van de behandeling van de eerste en tweede lezing, de heer De Hoop het jongste Kamerlid ooit is dat een grondwetswijziging heeft weten te bewerkstelligen.

(Applaus)