T03439

Toezegging Standpunt regering initiatief Europees Parlement Spitzenkandidaten (35.982)



De Minister van Buitenlandse Zaken zegt de Kamer, naar aanleiding van vragen van de leden Koole (PvdA) en Van Apeldoorn (SP), toe de minister van Binnenlandse Zaken te verzoeken om de Kamer eind juni een brief te sturen met daarin het standpunt van de Nederlandse regering over het initiatief van het Europees Parlement over de spitzenkandidaten.


Kerngegevens

Nummer T03439
Status voldaan
Datum toezegging 7 juni 2022
Deadline 1 juli 2022
Verantwoordelijke(n) Minister van Buitenlandse Zaken
Kamerleden prof. dr. E.B. van Apeldoorn (SP)
Prof.dr. R.A. Koole (PvdA)
Commissie commissie voor Europese Zaken (EUZA)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen Europees Parlement
hoofdkandidaten
spitzenkandidaten
Kamerstukken Staat van de Europese Unie 2022 (35.982)


Uit de stukken

Handelingen I 2021-2022, nr. 32, item 3 - blz. 4

De heer Van Apeldoorn (SP):

[…]

In de Staat van de Unie van de regering lezen we: “Voor wat betreft het versterken van de democratische legitimiteit acht het kabinet het van belang de burger dichter bij de Unie te brengen en het draagvlak voor besluiten te vergroten.” Maar hoe dan? Hoe maken we de EU werkelijk democratischer? Toch niet door de invoering van een systeem van spitzenkandidatenlijsten bij de Europese verkiezingen, zoals ook in dit stuk genoemd wordt? De minister denkt toch niet werkelijk dat dat de EU dichter bij de burger zal brengen?

Handelingen I 2021-2022, nr. 32, item 6 - blz. 5

De heer Koole (PvdA):

[…]

Ook wilde het kabinet in het coalitieakkoord het systeem van spitzenkandidaten, inmiddels ook wel hoofdkandidaten genoemd, bij Europese verkiezingen verbeteren, maar zei het het initiatief van het Europees Parlement te willen afwachten. Dat is inmiddels, in mei, verschenen en luidt op hoofdpunten dat de hoofdkandidaten, de spitzenkandidaten, zich in alle lidstaten kandidaat moeten kunnen stellen op lijsten van de hele Europese Unie, zodat kiezers kunnen stemmen op hun favoriete kandidaat voor het voorzitterschap van de Commissie. Kan de regering daarom uiteenzetten volgens welke criteria zij dit initiatief over die hoofdkandidaten zal gaan beoordelen? Wat vindt de regering van een direct verkozen Commissievoorzitter en EU-president, zoals onlangs werd gesuggereerd door Eurocommissaris Schinas, belast met bevordering van de Europese levenswijze?

Handelingen I 2021-2022, nr. 32, item 6 - blz. 41

Minister Hoekstra:

Dan was er nog een vraag van de heer Van Apeldoorn, en volgens mij van de heer Koole en misschien ook van anderen, over de spitzenkandidaten en überhaupt deze onderdelen. Daarover is eind juno een brief voorzien. Dan is de minister van Binnenlandse Zaken als eerste aan zet om dat ik denk in eerste instantie met de Tweede Kamer te bespreken. Dat is hoe we het procedureel doen. Deze dingen zullen we daarin meenemen. Ik zeg de heren Koole en Van Apeldoorn toe dat als de minister van Binnenlandse Zaken iets naar de Tweede Kamer stuurt, dat ook in de Eerste Kamer landt. Dat moet dan hier ook behandeld worden in de commissie voor BZK.


Brondocumenten


Historie