De Eerste Kamer zal geïnformeerd worden over het al dan niet evalueren van de plusregio’s.
| Nummer | T00295 |
|---|---|
| Oorspronkelijke nummer | tz_BZHC/AZHK_2008_5 |
| Status | voldaan |
| Datum toezegging | 16 oktober 2007 |
| Deadline | 1 januari 2011 |
| Voormalige Verantwoordelijke(n) | Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer Minister van Algemene Zaken |
| Huidige Verantwoordelijke(n) | Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Hoofdverantwoordelijke) Minister van Algemene Zaken |
| Kamerleden | drs. H. ten Hoeve (OSF) |
| Commissie | commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koningin (BZK/AZ) |
| Soort activiteit | Plenaire vergadering |
| Categorie | brief/nota |
| Onderwerpen | algemene politieke beschouwingen Wgr-plus |
| Kamerstukken | Miljoenennota 2008 (31.200) |
Handelingen I, 2007-2008, nr. 4, blz. 153
Vraag van geachte afgevaardigde Ten Hoeve (OSF): Wat wil de regering met de plusregio’s?
Antwoord:
Bij de instelling van de plusregio’s in 2006 is een evaluatie van deze samenwerkingsgebieden in het vooruitzicht gesteld. In het Bestuursakkoord met de VNG – op dit punt onderschreven door het IPO – is onder meer afgesproken dat deze evaluatie zal plaatsvinden in 2009. Deze afspraak maakte onderdeel uit van een bredere overeenstemming met VNG en IPO over de toedeling van bevoegdheden aan de plusregio’s op grond van de komende Wro. Hier heeft de Tweede Kamer zeer recent een streep door gehaald, door aanvaarding van een amendement bij het wetsvoorstel Invoeringswet Wro. Dit politieke feit maakt nader overleg nodig over de ontstane situatie. De Kamer zal hierover separaat worden geïnformeerd.
Brondocumenten
-
Noot 1: Bijvoegsel, schriftelijke antwoorden op vragen Handelingen EK 2007/2008, nr. 4, blz: 152-158
-
13 augustus 2010
nieuwe status: voldaan
Voortgang:documenten: -
10 maart 2009
nieuwe status: openstaand
Opmerking: Nog niet voldaan, Kamer is in afwachting van toegezegde informatie.In artikel XVII, Wijzigingswet Wgr plus (Stb. 2005, 666) is bepaald dat binnen vijf jaar na inwerkingtreding van de Wgr plus de minister de Staten Generaal verslag doet over de doeltreffendheid en effecten van de wet in de praktijk. De Wgr plus is per 1 januari 2006 in werking getreden. Toegezegd is dat beide Kamers de evaluatie kunnen agenderen. De evaluatie dient uiterlijk vóór 1 januari 2011 aan de Staten Generaal te worden gezonden. Deze evaluatie wordt nu voorbereid samen met het Ministerie van Verkeer & Waterstaat (vanwege de samenhang met de BDU). -
19 februari 2008
nieuwe verantwoordelijkheid: Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties -
19 februari 2008
verantwoordelijkheid verlopen: Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer -
16 oktober 2007
toezegging gedaan
Plussen en Minnen : Evaluatie van de Wgr-plus / ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties