T03468

Toezegging Brief corruptiebestrijding (35.925 VI)



De Minister van Justitie en Veiligheid zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Talsma (ChristenUnie), toe vlak na de zomer met een brief terug te komen waarin de inzet van het kabinet op het gebied van corruptiebestrijding meegenomen wordt. Specifiek zal daarbij een land als Zweden betrokken worden.


Kerngegevens

Nummer T03468
Status voldaan
Datum toezegging 21 juni 2022
Deadline 1 oktober 2022
Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie en Veiligheid
Kamerleden mr. H.J.J. Talsma (ChristenUnie)
Commissie commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie brief/nota
Onderwerpen corruptie
ondermijnende criminaliteit
ondermijning
Zweden
Kamerstukken Begrotingsstaten Justitie en Veiligheid 2022 (35.925 VI)


Uit de stukken

Handelingen I 2021-2022, nr. 34, item 7 - blz. 10

De heer Talsma (ChristenUnie):

Ik zag al een beweging van de minister die erop duidde dat het mapje ondermijning ten einde was, dus ik spoedde mij naar voren. Een belangrijk element, in de zin van fnuikend voor de rechtsstaat, van ondermijnende criminaliteit, is wat mijn fractie betreft corruptie: platte douaniers, platte agenten, platte ambtenaren et cetera. Ik mis op dit moment in het debat eigenlijk nog de visie van het kabinet daarop. Ik hoor veel ambities. Ik zeg graag in de richting van de minister dat ik daarvoor ook grote waardering heb. Maar wat is de inzet van het kabinet op het gebied van corruptiebestrijding? Betekent dat: meer inzet op de rijksrecherche, meer geld voor de landsrecherche, meer geld voor de afdelingen VIK van de politie? Is de minister bereid daar nu wat gedachten over te delen? Is de minister ook bereid daar de voorbeelden en ideeën uit haar Italiaanse werkbezoek bij mee te nemen, en ook te kijken naar Scandinavische landen zoals Zweden?

Minister Yeşilgöz-Zegerius:

Laat ik bij al die vragen in ieder geval toezeggen dat we er, hoewel we een deel al doen, specifiek een land als Zweden bij zullen betrekken. Ik zal daar later op terugkomen, ik denk in een brief. Ik kan natuurlijk wel antwoorden op de onderdelen die we al doen. Dit is natuurlijk cruciaal. Het is op heel veel plekken al zichtbaar, maar voor mij werd het jaren geleden het meest zichtbaar toen ik verschillende werkbezoeken deed als Kamerlid aan de Rotterdamse haven. Dit gebeurt natuurlijk in alle havens. Daar komen schepen met containers binnen. Als je als crimineel wilt hebben wat daarin zit, dan heb je corrupte uithalers nodig. Mij viel het volgende daarbij op. Sommige mensen willen snel geld verdienen of zijn crimineel. Anderen denken: ik geef één keer iemand mijn pasje. Of ze worden onder druk gezet, of hun familie wordt bedreigd. Het gedrag en de uiting is corrupt, maar als je kijkt naar wat erachter zat, is er sprake van een hele waaier aan motieven. Bij de havens richt men zich heel erg op het weerbaar maken van de mensen die daar werken, bijvoorbeeld door ervoor te zorgen dat je niet 's ochtends met een pasje hoeft in te checken. Je bent dan namelijk heel kwetsbaar. Als iemand ziet dat jij zo'n pasje hebt, word je onder druk gezet, krijg je geld of gebeurt dat allebei, om je pasje elke dag twee uur weg te geven of whatever. Bij de havens wordt er heel erg geïnvesteerd in aan de voorkant voorkomen dat die situaties überhaupt kunnen ontstaan. Dat gebeurt met innovatie en door technologische ontwikkeling, om mensen beter te beschermen. Niet iedereen hoeft beschermd te worden. Er zijn ook mensen die daar actief aan deelnemen. Daartegen moet je ook stevig kunnen optreden. Dat doen we inderdaad ook, door extra investeringen. Ik zal dit, als dat goed is, bundelen en daarin meenemen hoe we naar andere landen kijken. Ik denk niet dat dit me voor de zomer lukt, maar vlak na de zomer kom ik met een brief terug.


Brondocumenten


Historie