Plenair Oomen-Ruijten bij behandeling Wijziging begrotingsstaten van Financiën en van Sociale Zaken en Werkgelegenheid



Verslag van de vergadering van 12 juli 2022 (2021/2022 nr. 38)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 0.58 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Oomen-Ruijten i (CDA):

Voorzitter. Als je uitgedaagd wordt … Ik voelde mij uitgedaagd door mensen die denken dat de CDA-fractie geen mening heeft. Allereerst stel ik vast dat dit debat wel heel erg breed gevoerd is. De wijziging van de begrotingsstaten heeft echt een extensieve uitleg gekregen. Ik vraag me af of we dit volgende keer nog zo zouden moeten doen.

Voorzitter. Ik sta hier ook om te zeggen dat de CDA-fractie de zorgen om rond te komen die er in vele gezinnen, ook gezinnen met kinderen, zijn, deelt. Wij hebben er vandaag over gesproken, want de zorgen worden groter, ook aan het einde van dit jaar. Ik proef dat de zorgen die hier zijn verwoord en die ook de CDA-zorgen zijn, gedeeld worden door het kabinet. We hebben een schets gekregen van de mogelijkheden en van de technische onmogelijkheden, die hier heel open en met veel gevoel — daarvoor complimenteer ik u allen — zijn neergelegd. Ik heb begrepen dat er in augustus besluiten worden genomen voor 2023. Dat moet ook; dat is nodig. Er is een onderzoek toegezegd om te kijken naar de mogelijkheden van een tijdelijke verhoging van de kindertoeslag, omdat er heel veel gezinnen, met name gezinnen met kinderen — en dan gaat het niet per se om de vraag of het inkomen laag, hoger of hoog is — in de problemen zijn. Ook dat stel ik zeer op prijs.

Alles afwegende, zie ik dat er serieus wordt gezocht naar compenserende maatregelen en naar structurele maatregelen, zo hebben we gehoord, om de inkomens te verbeteren, maar dat er ook gekeken wordt naar extra's die mogelijk nog nodig zijn in dit jaar.

Dank u zeer, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Oomen. Ik wil nog iets opmerkingen naar aanleiding van wat u net zei. Ik constateer dat het onderwerp mij vanuit de commissie is aangereikt. Het ging over twee wetsvoorstellen over het thema koopkracht, onder de noemer van de Voorjaarsnota. Ik heb geconstateerd dat wat besproken is, binnen die orde valt, met een enkele uitzondering. De discussie over hoe breed of smal men het wil agenderen, moet in de commissie plaatsvinden. Dat even voor de volledigheid.

Dan ga ik niet vragen of een van de leden nog het woord wenst in de tweede termijn, want dat is inmiddels gebeurd. Ministers, staatssecretaris, bent u in de gelegenheid om direct te reageren op de vragen van de Kamer? Nee. Hoeveel tijd wenst u voor de schorsing? Is tien minuten voldoende? Ja.