Plenair Otten bij behandeling Tijdelijke experimentenwet nieuwe stembiljetten



Verslag van de vergadering van 24 mei 2022 (2021/2022 nr. 29)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.46 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Voorzitter. Nederland is het enige land ter wereld waar we tijdens de verkiezingen onze stem in een zwarte afvalcontainer deponeren. Dit is symbolisch voor hoe er in dit land gedacht wordt over het organiseren van verkiezingen. Stop je stembriefje maar in een kliko. Vrijwel overal ter wereld heeft men transparante, doorzichtige stembussen, zodat iedereen kan zien wat er met z'n stem gebeurt en wat er in de stembus aanwezig is. In veel landen gebeurt het tellen en optellen van de stemmen ook in de volle openbaarheid. Transparantie is van essentieel belang tijdens verkiezingen. Niet voor niets gaan veel van onze Eerste Kamerleden vaak waarnemen tijdens verkiezingen in het buitenland.

Vandaag debatteren we over een nieuw stembiljet, want het huidige stembiljet is zo lastig voor de tellers van de stemmen. Dat schijnt het belangrijkste argument te zijn voor dit experiment. Hier zien we wederom dezelfde grondhouding ten aanzien van het organiseren van verkiezingen die we ook op andere vlakken zien: niet het belang van de kiezer om goed en weloverwogen zijn stem uit te kunnen brengen op de partij en de persoon van zijn of haar voorkeur staat centraal, maar het gemak voor de stemmenteller geeft de doorslag.

Dit wetsvoorstel past dan ook feilloos in het huidige overheidsdenken, waarin de Nederlandse burger slechts een sluitstuk is van een ambtelijke powerpointpresentatie of een Excelsheet van de Belastingdienst en waarin de burger zich gewoon overeenkomstig de plannen van de overheid dient te gedragen en verder vooral niet al te lastig moet doen. Dit staaltje wetgeving is daar helaas het zoveelste voorbeeld van.

De invloed van de partijtop van politieke partijen op de samenstelling van de kieslijsten is in Nederland al buitensporig groot. Dit leidt bij de meeste partijen tot een enorme eenheidsworst van uitwisselbare types en volgzame baantjesjagers op de kieslijsten: een belangrijke en fundamentele oorzaak van het dalende vertrouwen in de Nederlandse politiek. De band tussen kiezer en gekozene is in Nederland al flinterdun, maar met dit nieuw voorgestelde stembiljet wordt die kloof nog groter en neemt die band nog verder af. Op het nieuwe stembiljet kan de kiezer niet meer op een persoon, dus op een naam, stemmen, maar moet de kiezer een nummer invullen, als een soort lottoformulier waar men de winnende nummertjes wil invullen.

Voorzitter. Ik heb enige research gedaan hiervoor. Dat zou betekenen dat we de heer Van der Linden hier zouden aanduiden als lijst 13, nummer 8, de heer Doornhof als lijst 2, nummer 9, de heer Koole als lijst 6, nummer 5 en u, voorzitter, als lijst 1, nummer 2. De volksvertegenwoordiging als nummer: dat moeten we niet willen. Een nieuwe horde dus voor de miljoenen laaggeletterden en lager opgeleiden die in Nederland toch al vaak een lager opkomstpercentage bij verkiezingen hebben. Maar ook een nieuw ingewikkeld systeem voor ouderen. Met het briefstemmen vorig jaar zagen we ook dat dit niet voor iedereen goed te begrijpen was en verwarring veroorzaakte. Wij verwachten met dit nummertjessysteem nog veel meer verwarring.

Daarnaast wil men ook experimenteren met een systeem waarbij je een partijkaart van de partij waarop je wil stemmen uit een rekje moet halen op het stembureau. Stel het zuiver hypothetische geval dat het bakje met de VVD-stembiljetten leeg raakt tijdens de volgende verkiezingen. Dan moet je dus als VVD-stemmer in het stembureau gaan roepen: hé, de VVD-biljetten zijn op, kunt u ze even bijvullen? Veel mensen zullen denken: laat maar, dan stem ik wel wat anders. Het stemgeheim is niet gewaarborgd op deze wijze.

Dit wetsvoorstel is dus geen goed idee. Het maakt de kandidaten op de kieslijsten tot anonieme nummers. Ideaal dus voor de partijtop die de lijsten samenstelt. De nummertjes die gekozen worden, kunnen nu nog braver in de pas gaan lopen dan ze al doen, terwijl de Grondwet voorschrijft dat volksvertegenwoordigers zonder last moeten stemmen. Zo moet het dus niet, en dit wetsvoorstel dat het in de Tweede Kamer op het nippertje haalde, zou dan in deze Eerste Kamer ook moeten worden verworpen, net zoals we vorige week deden met de disproportionele Tijdelijke wet covid-19.

Maar hoe moet het dan wel? Er zijn prima manieren om de band tussen kiezer en gekozene te verbeteren. Kijk bijvoorbeeld over de grens hoe men dat doet in Duitsland, met een systeem van twee stemmen, de zogenaamde Zweitstimme. De eerste stem gaat naar de kandidaat van je voorkeur in jouw regio en de tweede stem, de zogenaamde Zweitstimme, naar de partij van je voorkeur. Mochten er meer mensen gekozen worden dan er zetels zijn, dan wordt dit opgelost met extra zetels, de zogenaamde Überhangmandate.

Dit systeem zou voor Nederland al een hele verbetering zijn ten opzichte van het bestaande kiesstelsel, waardoor grote delen van Nederland, zeker ook buiten de Randstad, slecht vertegenwoordigd zijn. Een uitzondering hierop is Limburg, waar men traditioneel veel op Limburgse kandidaten stemt.

Voorzitter of lijst 1, nummer 2, ik weet niet hoe ik u moet noemen met dit nieuwe nummer-systeem.

Dan komen we bij de stemmers in het buitenland. Dat zijn er circa een miljoen — goed voor ongeveer 15 Tweede Kamerzetels — een zeker niet te verwaarlozen groep kiezers, die in mijn ervaring de politiek in Nederland vaak op de voet volgt. Iemand die zich al jaren inzet voor de mogelijkheid van stemmen in het buitenland is Eelco Keij van de Stichting Nederlanders Buiten Nederland. Onze fractie is met hem van mening dat voor buitenlandse kiezers e-voting mogelijk gemaakt zou moeten worden. In de praktijk blijken er toch wel hele grote problemen met het opsturen van de kiesbiljetten naar het buitenland en dan moeten ze nog teruggestuurd worden. Dat geeft heel wat vertraging. Heel veel stemmen komen dan te laat binnen en tellen dus niet mee. Zwitserland is hier al heel ver mee. Wij adviseren de minister dan ook om haar licht eens op te steken bij haar Zwitserse collega's, hoe zij dat allemaal operationeel hebben geregeld. Waarom zouden we altijd in Nederland het wiel willen uitvinden, als dat in andere landen al goed geregeld is? De heer Kox gaf in zijn bijdrage ook een aantal voorbeelden hoe je dat zou kunnen doen.

Voorzitter. U merkt dat wij niet erg enthousiast zijn over dit wetsvoorstel. Wij zien uit naar de discussie en de beantwoording van de minister. Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Dan is nu het woord aan de heer Meijer, lijst 1, nummer 8, meneer Otten, die zelf toen nog op de lijst van Forum voor Democratie stond, meen ik, maar we kijken nog even welk nummer.