Plenair Recourt bij behandeling Verlengen mogelijkheid om Nederlanderschap in het belang van de nationale veiligheid in te trekken



Verslag van de vergadering van 21 februari 2022 (2021/2022 nr. 18)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 13.47 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Recourt i (PvdA):

Dank, voorzitter. Dit is voor mij net zo onwennig als voor de bewindspersonen; ik sta hier ook voor het eerst. Met z'n allen gaan we hier een nieuw huis van maken. Die grijze achterkant is overigens nog wel even wennen; daar kan nog wel iets aan verbeteren. Maar dat terzijde.

De opkomst van het zogenaamde kalifaat en de verschrikkelijke terreuraanslagen in Europa vroegen om maatregelen vanuit de samenleving. Het was een angstige tijd. Angst was er ook bij de groep Nederlanders wiens geloof misbruikt werd door de extremisten. Het maatschappelijk debat verhardde. De wet die we vandaag bespreken, is een overblijfsel uit die tijd. Het was een tijdelijke wet die ondertussen behoorlijk permanent dreigt te worden. Het intrekken van het Nederlanderschap was destijds een maatregel die mensen deed geloven dat het probleem van gevaarlijke terugkerende jihadisten was opgelost. Echter, het is aannemelijker dat deze wet inmiddels meer problemen geeft, dan dat die oplossingen biedt: praktische problemen en principiële problemen.

Om met dat laatste te beginnen. Het ontnemen van het staatsburgerschap, in combinatie met een ongewenstverklaring, is het deleten door de Nederlandse overheid van haar eigen onderdanen. Het probleem wordt over de schutting gekiept. Dat is niet alleen een brevet van onvermogen, maar het is ook een schending van de fundamenten van de rechtsstaat. Het is het fundament dat de overheid verantwoordelijk is voor haar eigen burgers. Het is het fundament dat de overheid haar eigen burgers berecht, ook als die vreselijke dingen doen. Ernstige misdrijven kunnen niet onbestraft blijven. Hier kan alleen in zeer uitzonderlijke gevallen van worden afgeweken. Voor zover die situatie er al was, in het kader van de IS-staat, is die er nu niet meer.

De Wet tot het intrekken van het Nederlanderschap treft alleen mensen met twee paspoorten. Collega Veldhoen sprak daar ook al over. We weten bijvoorbeeld dat je de Marokkaanse nationaliteit helemaal niet kunt opgeven. Een Nederlander met enkel de Nederlandse nationaliteit, die gruweldaden heeft begaan in Syrië en Irak, wordt daardoor anders behandeld dan een Nederlander met twee nationaliteiten.

Voorzitter. Vertegenwoordigt het Nederlanderschap iets anders voor verschillende burgers? En hoe verhoudt zich de mogelijkheid van het intrekken van het Nederlanderschap bij één bevolkingsgroep tot het gelijkheidsbeginsel? Juridisch gezien kan het wellicht net door de beugel, met een wat moeilijke constructie, maar is alles wat juridisch mogelijk is, ook wenselijk?

Dan de meer praktische kant. Wat gebeurt er met mensen van wie de nationaliteit is ingetrokken? Zij reizen vaak niet naar het land van hun resterende nationaliteit, maar blijven in de regio. De mogelijke gang naar de rechter in een rechtsstaat is hun ontnomen en Iraakse, Koerdische en Syrische rechtbanken wíllen hen niet berechten. Nederland wil ook niet dat deze rechtbanken hen berechten, want die hanteren de doodstraf. Wat willen wij dan wel? Wij willen graag van het probleem af zijn en wensen de mensen die vreselijke daden hebben begaan, weg. Maar de realiteit laat ons zien dat deze aanpak geen enkele garantie op veiligheid biedt.

Al sinds lange tijd roepen onze Koerdische bondgenoten Europese landen op om hun inwoners op te halen en te berechten. Dat gebeurt door Nederland maar mondjesmaat, het ligt erg gevoelig en het scoort politiek gezien niet. Onlangs hebben we echter precies kunnen zien waar de Koerdische strijdgroepen Nederland al die tijd voor waarschuwden: duizenden gevangen IS-soldaten kwamen in opstand in de Syrische staat Hasaka, en enkele tientallen IS-strijders zijn ontsnapt. Deskundigen waarschuwen dat het onhoudbaar is om zo'n 12.000 gevangenen in het Noordwesten van Syrië, Koerdisch gebied, te laten blijven in een uitzichtloze situatie. Het gevaar van zogenaamde sleeper cells en het gevaar dat belangrijke IS-leden uitbreken, zorgt voor toenemende veiligheidsrisico's.

De minister van Justitie en Veiligheid moet bij de afweging rondom het intrekken van het Nederlanderschap rekening houden met de veiligheid van andere landen en het risico op verdere radicalisering. Is de regering van mening dat het intrekken van het Nederlanderschap mede leidt tot het in stand houden van de uitzichtloze detentie in het Noordoosten van Syrië? En is de regering het eens dat het intrekken van het Nederlanderschap hier indirect en op ten duur kan leiden tot schade, ook aan ons Koninkrijk?

Voorzitter. We hebben eerder voor de afweging gestaan over de wenselijkheid van het ontnemen van de nationaliteit. Inmiddels zijn de tijden dus veranderd. IS heeft geen noemenswaardig grondgebied meer. Inmiddels weten we dat de maatregel maar mondjesmaat is toegepast en slecht geëvalueerd. We weten dat deze zaken niets zeggen over het effect op de langere termijn voor de veiligheid van Nederland en haar bondgenoten. Wij hebben hier wel grote zorgen over. Dat maakt de drempel om voor deze wet te stemmen, een stuk hoger. Daar komt ook nog bij dat we inmiddels weten dat als er nood aan de man is, nieuwe wetgeving snel door het parlement behandeld kan worden.

De CTIVD heeft per brief van 2 november 2021 gewaarschuwd dat het criterium "belang van de nationale veiligheid" eenduidig moet worden geïnterpreteerd. Verder wees hij er in die brief op dat haar rol als toezichthouder op de dienst die de nationale veiligheid bewaakt, de AIVD, lijkt te zijn uitgespeeld. Dit is misschien wel juist in het licht van de wat die wij vandaag behandelen, slecht nieuws. Nog minder toezicht waar de rechtsbescherming toch al gemankeerd is. Kan de minister toelichten waarom de CTIVD geen rol meer krijgt als het gaat om de Wet op het Nederlanderschap? Welke controleur heeft er nu nog zicht op alle gegevens die er liggen onder een besluit om het Nederlanderschap te ontnemen?

Tot slot, voorzitter. Door het ontnemen van rechten hoopt het kabinet een complex probleem makkelijk af te blijven doen. De fractie van de Partij van de Arbeid vindt dat de regering juist verantwoordelijkheid moet nemen. Het is onwenselijk om haar bondgenoten en andere landen achter te laten met mensen die een gevaar in de regio blijven vormen, en het is onwenselijk om voor een klein deel van de eigen onderdanen een deleteknop in stand te houden en zeer ernstige daden niet publiekelijk te willen berechten binnen de eigen nationale gemeenschap. Ja, het zijn terroristen, maar wel ónze terroristen, die niet onbestraft mogen blijven. Voor de pragmatici onder ons: dit maakt Nederland er hoogstwaarschijnlijk ook niet veiliger op.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Recourt. Dan is nu het woord aan de heer Dittrich namens de fractie van D66.