Plenair Otten bij voortzetting behandeling Pakket Belastingplan 2022



Verslag van de vergadering van 14 december 2021 (2021/2022 nr. 11)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.01 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Otten i (Fractie-Otten):

Voorzitter. Het betere is de vijand van het goede. Dat is kort samengevat hoe de Nederlandse politiek vaak fiscaal beleid op de vierkante millimeter probeert te voeren, vaak ook nog overgoten met het schijnzekerheidssausje van het CPB. Er is vaak erg veel aandacht voor allerlei specifieke gevallen en uitzonderingen. De toeslagenaffaire is daar uiteindelijk het gevolg van geworden. Hierdoor wordt het belastingstelsel een ingewikkelde, complexe en voor velen onnavolgbare en onlogische ratjetoe aan regels, dat ook tot vele uitvoeringsproblemen leidt. Wat nodig is, is versimpeling, duidelijkheid en transparantie, zeker nu de inflatie de kop opsteekt en de inflatieverwachtingen beginnen te veranderen, met alle risico's van dien. Dat is ook onderkend door de staatssecretaris, nog dank daarvoor.

Onze fractie heeft ook concrete voorstellen hoe dit te doen. Nederland moet voor de oplossing van complexe problemen wat onze fractie betreft veel meer kijken naar andere landen. Bij de coronacrisis hebben we kunnen zien dat dit volstrekt onvoldoende is gebeurd, al hebben we de indruk dat dit de laatste tijd wel iets meer het geval is. Daarom hebben wij al geruime tijd aangedrongen op een systeem met een veel hogere heffingskorting, naar het model van de personal allowance in Engeland van ongeveer €15.000. Dat lost een heleboel problemen van het huidige stelsel op. Onze motie om dit te onderzoeken is al geruime tijd geleden aangenomen door deze Eerste Kamer, maar nog niet uitgevoerd. Daarom de volgende motie.

De voorzitter:

Door de leden Otten en De Vries wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de motie-Otten over een onderzoek naar vereenvoudiging van het belastingstelsel (motie 35302, letter N), die oproept tot een vergelijking van het goed werkende systeem van een aanzienlijke heffingskorting (personal allowance) voor lagere en middeninkomens in Engeland, door de Eerste Kamer is aangenomen op 17 december 2019;

overwegende dat Nederland zeer dringend behoefte heeft aan een eenvoudiger en transparanter belastingstelsel, dat duidelijkheid verschaft aan belastingbetalers, de economische dynamiek en groei kan vergroten en leidt tot minder complexiteit in de uitvoering;

constaterende dat de studie naar een eenvoudiger belastingstelsel, waartoe de aangenomen motie (35302, letter N) oproept en waarover toezeggingen zijn gedaan door het kabinet aan de Eerste Kamer, nog steeds niet is afgerond en nog steeds niet aan de Eerste Kamer is verstrekt;

verzoekt de regering uitvoering te geven aan de aangenomen motie 35302, letter N en de bedoelde studie uiterlijk op 1 juli 2022 aan de Eerste Kamer te verstrekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter L (35927).

De heer Otten (Fractie-Otten):

Deze motie vervangt dan ook onze aangehouden motie 35925, letter M, van 16 november jongstleden.

Voorzitter. Dan komen we op het punt van de toeslagen. Wij hebben een motie ingediend om als onderdeel van de oplossing in ieder geval onmiddellijk te stoppen met landsadvocaat Pels Rijcken en deze landsadvocaat niet langer in te schakelen voor belasting- en toeslagenzaken. Hoe kun je nu, na alles wat er gebeurd is, de slachtoffers van de toeslagenaffaire, die ouders nog recht in de ogen kijken, als je nog steeds doorgaat met een kantoor waar de topman in vele jaren meer dan tien miljoen heeft verdonkeremaand?

De reden waarom wij hier in de Eerst Kamer zo'n punt van maken, net als Pieter Omtzigt in de Tweede Kamer doet, is dat je bij dit soort zaken op een gegeven moment gewoon een lijn in het zand moet trekken en moet zeggen "genoeg is genoeg", zeker ook omdat er een veel te kleffe verwevenheid is ontstaan tussen de Staat en de landsadvocaat in de afgelopen 52 jaar. De landsadvocaat is al sinds 1969 landsadvocaat.

Voorzitter, ik rond af. Als ik in de situatie zou zitten van staatssecretaris Van Huffelen, en ook nog mijn partner als notaris betrokken was bij de landsadvocaat, zoals in haar geval, dan zou dat voor mij juist een extra reden zijn om de banden onmiddellijk te verbreken. Nieuw elan is nu nodig, ook een nieuwe landsadvocaat, die met een schone lei kan beginnen. Daarom verzoek ik om onze motie 35927, letter G, over stoppen met de landsadvocaat, nog vandaag in stemming te brengen, want dit duldt geen verder uitstel. Ik begrijp dat we vandaag misschien ook nog over andere moties gaan stemmen, dus vandaar mijn verzoek of punt van orde om dat ook meteen vandaag te doen.

Dank u.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Otten. Om te beginnen stel ik even vast, voor de duidelijkheid, dat uw motie 35927, letter L, die u zojuist heeft ingediend, uw eerdere motie 35302, letter N vervangt.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nee, die vervangt de aangehouden motie 35925, letter M van 16 november 2021.

De voorzitter:

35925, M van Maria?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Ja, van Maria.

De voorzitter:

En daarmee is laatstgenoemde motie dus ingetrokken en maakt die geen deel meer uit van de beraadslagingen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Die is ingetrokken. Correct.

De voorzitter:

Dank u wel.

Aangezien de motie-Otten c.s. (35925, letter M) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

Dan geef ik het woord aan mevrouw Geerdink.

Mevrouw Geerdink i (VVD):

Ik maak er bezwaar tegen dat er op zo'n persoonlijke manier wordt gesproken over de staatssecretaris. Mijn fractie wil dit even goed en duidelijk gezegd hebben. Het liefst wil zij dat de heer Otten dit terugtrekt. Dank u wel.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Ik heb er heel bewust over nagedacht of ik dat wel of niet zou doen. Er zijn nog veel meer dingen die ik weet die ik helemaal niet in mijn speech heb gezet. Het is allemaal nog veel meer verweven dan men denkt. Maar dit heeft ook in de pers gestaan. Het heeft ook in Wob-berichten gestaan dat er vanuit het kabinet speciale bezorgdheid was op dit punt. Dat kunt u allemaal nazoeken. Er is ook over gepubliceerd in de kranten. Dat lijkt me dus wel relevant in deze kwestie. Eerlijk gezegd begrijp ik niet, mevrouw Geerdink, waarom de VVD deze landsadvocaat na alles wat daar gebeurd is, de hand boven het hoofd wil blijven houden. Waarom zegt u niet gewoon, net als bijna de meerderheid hier: genoeg is genoeg; we gaan niet allemaal nieuwe regeltjes verzinnen? Bij de toeslagen zijn mensen voor veel minder in de problemen gekomen. Op een gegeven moment moet je als overheid ook zeggen: we trekken hier gewoon een streep; dit is niet meer acceptabel. Zeker voor ons als Eerste Kamer, die de rechtmatigheid van het beleid in ogenschouw moet nemen, ligt er een taak om hier nu aan de bel te trekken. Dat hebben wij gedaan, in navolging van Pieter Omtzigt in de Tweede Kamer.

Mevrouw Geerdink (VVD):

Dan constateer ik hierbij dat u niet begrijpt wat ik bedoel. Dat is niet zozeer een vraag.

De heer Schalk i (SGP):

Ik heb eigenlijk ook een punt van orde. Ik heb gisteren er al een beetje over nagedacht of ik dat punt moest maken toen de motie werd ingediend, omdat er een naam in wordt genoemd. Maar dat is nog van de landsadvocaat en daar zou je nog wat over kunnen zeggen. Maar zojuist werd ook nog de partner van de staatssecretaris erbij gehaald. Toen dacht ik: nu gaan we echt heel ver te ver. Dat zijn mensen die zich hier niet kunnen verdedigen. Ik denk dat het ook een persoonlijke kwestie is richting de staatssecretaris. Die kan zichzelf uitstekend verdedigen, maar als punt van orde zou ik willen vragen, of in overweging willen geven, aan de heer Otten om in ieder geval die opmerking terug te nemen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Dat is nu het tweede verzoek. Ik doe dat niet, omdat dit toch de partner is, die ook nog weer anderszins betrokken is in dit dossier, via een andere firma. Daar ga ik het allemaal niet over hebben. Maar wat ik zei: als ik de staatssecretaris was geweest, zou dat voor mij juist een extra reden zijn geweest, zeker ook omdat het in de pers is geweest … In ieder geval NRC-Handelsblad heeft er volgens mij over gepubliceerd. Ik heb daar in ieder geval allerlei Wob-berichten over gezien. Het is zelfs zo dat de top van het OM het onderzoek heeft afgeschaald. De officier van justitie die hier onderzoek naar deed bij Pels Rijcken is teruggefloten, als ik het goed begrijp. Dat is de heer Frakking, als ik goed ben geïnformeerd. Daar zijn hele rare dingen aan de gang. Het is zaak dat wij als Eerste Kamer ook eens laten zien dat genoeg, genoeg is. Dit is te verweven met allerlei staatszaken. Er moet gewoon een andere landsadvocaat komen, een advocaat in loondienst of iets dergelijks. Maar ik neem het niet terug, voorzitter.

De voorzitter:

U heeft in uw motie in ieder geval Pels Rijcken genoemd. Dat is tot daaraantoe. Dat staat ook in de pers, maar het is goed gebruik dat we namen van mensen die hier niet zijn, niet noemen. Ze kunnen zich namelijk niet verdedigen. U bent niet bereid om het terug te nemen, maar ik verzoek u wel om dit in ieder geval niet nog een keer te doen, want ik geef u daarvoor niet het woord.

Meneer Schalk.

De heer Schalk (SGP):

Voorzitter, dat is precies wat ik wilde zeggen. De landsadvocaat is benoemd, maar de heer Otten maakte in zijn betoog — misschien is het hem zelf niet opgevallen — ook een opmerking over de persoonlijke partner van de staatssecretaris, die hier niet aanwezig is. Ik ken de naam, maar dat doet er helemaal niet toe. Maar ik vraag de heer Otten om dat terug te nemen, want dat is namelijk nog iets anders dan de landsadvocaat noemen. Het zou u sieren, zeg ik tegen de heer Otten, als u dat terugneemt.

De voorzitter:

Meneer Otten, nog één kans om het terug te nemen.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Er zijn in de publiciteit allerlei zaken verschenen, onder andere ook …

De voorzitter:

Nee, het verzoek is alleen maar: wilt u het terugnemen, ja of nee?

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nee, ik vind het relev…

De voorzitter:

Helder. Dan meneer Van der Linden.

De heer Van der Linden i (Fractie-Nanninga):

Ik heb nog een vraag. Ik hoorde bij de motivering de heer Otten net zeggen dat er allerlei andere zaken zijn die nog niet openbaar zijn, die deze motie zouden moeten ondersteunen. Mijn vraag is eigenlijk: als u dat hier zegt, dan moet u, denk ik, ook voor de afweging om voor of tegen die motie te stemmen daar iets over vertellen. Waar gaat het dan om?

De voorzitter:

Ik heb net juist gezegd dat ik de heer Otten in ieder geval niet het woord geef om nog persoonlijke opmerkingen te maken over individuen die hier niet zijn. Dus als dat onderdeel uitmaakt van het antwoord dat de heer Otten nu moet geven, krijgt hij daarvoor niet het woord, meneer Van der Linden.

De heer Van der Linden (Fractie-Nanninga):

Nee, los van dat soort personen noemen, uiteraard.

De heer Otten (Fractie-Otten):

Nee, daar ga ik dan nu in het licht van de voorgaande opmerkingen niet verder op in. Maar ik zou de heer Van der Linden willen aanraden om zich daar dan eens in te verdiepen. Dan kan hij dat zelf, denk ik, wel uitvinden.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan zag ik de heer Vendrik, maar die zie ik nu weglopen. Dank u wel, meneer Otten.

Dan heeft meneer Otten nog een voorstel van orde ingediend, namelijk om vandaag nog te stemmen over zijn motie 35927, letter G, die hij eerder heeft ingediend. Ik stel voor dat we op het eind van deze tweede termijn stemmen over dat ordevoorstel om wel of niet vandaag nog te stemmen over die motie. Het kan ook zijn dat er nog een gelijkluidend ordevoorstel gaat komen.

Meneer Van Strien.

De heer Van Strien i (PVV):

Dank u wel, voorzitter. Als we gaan stemmen over het vandaag stemmen over een motie die ik gewoon met mijn fractie wil bespreken, dan wil ik graag hoofdelijke stemming over het ordevoorstel.

De voorzitter:

Dank u wel. Overigens, mochten moties vandaag in stemming worden gebracht, dan krijgt u alle gelegenheid om dat met uw fractie voor te bespreken, want dan gaan we in goed overleg kijken hoeveel tijd daarvoor nodig is vandaag. Als er vandaag een hoofdelijke stemming moet plaatsvinden, dan wordt dat in ieder geval laat vanavond, want dan moeten we dus alle leden in de gelegenheid stellen om hierheen te komen. Dus ik verzoek u om dat ook nog even af te wegen bij uw verzoek.

Maar eerst gaan we nu naar de staatssecretarissen, maar niet dan nadat ik gevraagd heb of een van de leden in de tweede termijn nog het woord wenst.

Dat is niet het geval. Dan, staatssecretarissen, bent u in de gelegenheid om direct te reageren op de vragen van de Kamer?

Staatssecretaris Vijlbrief:

Voorzitter. Ik heb een paar minuten nodig voor een natuurlijke noodzaak en een paar minuten om even met mijn ambtenaren te overleggen. Dat gaat niet lang duren, maakt u zich geen zorgen.

De voorzitter:

Prima. Dan schorsen wij voor een kort moment.