Plenair Fiers bij behandeling Afschaffing van het lerarenregister en het registervoorportaal



Verslag van de vergadering van 9 november 2021 (2021/2022 nr. 5)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 14.45 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Fiers i (PvdA):

Dank. Allereerst namens mij ook felicitaties voor de prachtige maidenspeech. Inderdaad, een eed is een dode letter als wij daaraan samen geen invulling geven. Dat is dus herkenbaar.

Voorzitter. Goed onderwijs valt of staat met een goede leraar of goede lerares. Daar hebben we vast allemaal onze eigen voorbeelden van. Uit mijn eigen schoolcarrière herinner ik me de leerkrachten die me nieuwsgierig maakten om verder te kijken en verder te denken. Ik denk dan met name aan mijn natuurkundeleraar, meneer Van Lieshout, op het Pius X-College in Bladel. Hij stimuleerde me destijds als een van de weinige meiden in zijn klas om de wondere wereld van de natuurkunde te doorgronden. Een uitspraak van Einstein is mij altijd bijgebleven, namelijk dat een verklaring zo eenvoudig mogelijk moet zijn, maar niet eenvoudiger. Dus niet ten koste van de juistheid. Die wijsheid heb ik in de rest van mijn leven nog veel kunnen gebruiken en is overigens ook in de politiek heel handig.

Nu weer terug naar het lerarenregister. Een goede leraar is inderdaad meer dan wat je kunt vastleggen in een formeel lerarenregister. Een paar sprekers hebben daar al op gewezen. Met de oorspronkelijke doelstellingen van het lerarenregister is helemaal niets mis. Dat zijn de initiatiefnemers volgens mij met mij eens. De vraag is of ik dat goed heb ingeschat. Het doel van dit onderdeel van de wet op het beroep van de leraar uit 2017 is: "de positie van de leraar te versterken en daarmee het vak aantrekkelijker maken en de kwaliteit van het onderwijs verbeteren door het structureel borgen van het bekwaamheidsonderhoud". Je zou verwachten dat alle leraren op de schoolbanken gaan en juichen om zo'n fantastisch voorstel.

Maar niets is minder waar. Het is een splijtzwam geworden. Ergens heeft dit onderdeel van de wet een verkeerde afslag genomen en is het geworden tot een discussiepunt en een sta-in-de-weg. De fractie van de Partij van de Arbeid is benieuwd wat de initiatiefnemers en ook de minister zien als oorzaak van de ontstane situatie. Het antwoord op die vraag is belangrijk voor een succesvol vervolg, maar misschien ook wel voor soortgelijke vraagstukken in andere sectoren in de samenleving. Waar komt die weerstand vandaan? Zijn dat oprechte zorgen over nut en noodzaak van het lerarenregister of zorgen over een mogelijke bureaucratie? Of is er sprake van een meer algemeen wantrouwen tegen onderwijsplannen uit Den Haag? Of wordt het te veel gezien als een verplichting om te professionaliseren uit wantrouwen? Of is het misschien zelfs meer fundamenteel en wordt het lerarenregister helemaal niet gezien als een effectief instrument om die mooie doelstellingen die ik net verwoordde te realiseren?

Voorzitter. Ik wil graag stilstaan bij de gevolgen van het eventueel schrappen van het lerarenregister. De grote vraag is natuurlijk: hoe nu verder? Eerst wil ik even stilstaan bij de algemene doelstellingen die beoogd werden met het lerarenregister en daarna wil ik ingaan op het meer specifieke doel van het borgen van het bekwaamheidsonderhoud.

De algemene doelstellingen die beoogd werden, namelijk het aantrekkelijk maken van het vak van leraar en het versterken van de positie van de leraar, staan nog steeds als een paal boven water. Werken aan die doelstellingen blijft dan ook heel hard nodig. De fractie van de PvdA is benieuwd hoe de initiatiefnemers en ook de minister kijken naar die algemene doelstellingen.

Tot slot de meer specifieke doelstelling: het structureel borgen van het bekwaamheidsonderhoud. De initiatiefnemers willen met het wetsvoorstel "de weg vrijmaken om de beroepsgroep de kans te geven om zelf aan de slag te gaan". Ze willen de beroepsgroep "ondubbelzinnig het vertrouwen geven". De fractie van de PvdA kan de initiatiefnemers volgen in hun argumentatie dat het, gezien de ontstane situatie, belangrijk is om opnieuw te beginnen. Daar hebben we wel wat vragen over aan de initiatiefnemers.

Gaat het de beroepsgroep binnen een redelijke termijn lukken om dat bekwaamheidsonderhoud structureel te borgen? Wat is daar, naast ondubbelzinnig vertrouwen, voor nodig, vraag ik aan de initiatiefnemers. Ook is mijn fractie benieuwd naar het antwoord van de minister hierop. Want eerlijk gezegd hebben we daar wel wat zorgen over. Goede bedoelingen zijn er zeker, maar er is — een aantal sprekers verwees er al naar — op dit moment een groot lerarentekort en het is daarom te verwachten dat de bijscholing op allerlei scholen als eerste sneuvelt op het moment dat er weer dagdagelijkse roosters gemaakt moeten worden. Is het dan wel reëel om te verwachten dat de beroepsgroep die structurele borging voor elkaar krijgt onder de huidige omstandigheden? We kennen inmiddels noodmaatregelen waarbij onbevoegden voor de klas worden toegelaten. Het klinkt een beetje als dweilen met de kraan open. De bal voor de oplossing komt nu te liggen bij de beroepsgroep. De fractie van de PvdA vraagt zich af of dat wel realistisch is. We zijn ook benieuwd naar het antwoord van de initiatiefnemers hierop.

Voorzitter. Ik eindig zoals ik begon, namelijk met het citaat van Albert Einstein: "De oplossingen voor een probleem moeten zo eenvoudig mogelijk zijn, maar niet eenvoudiger." Wellicht is dat citaat ook van toepassing op het lerarenregister en is het een te eenvoudige oplossing voor een heel hardnekkig probleem in het onderwijs, waar eigenlijk een heel andere oplossing voor nodig is.

Ik zie uit naar het antwoord.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Fiers. De heer Van Kesteren van de PVV heeft een interruptie.

De heer Ton van Kesteren i (PVV):

Ik zou mevrouw Fiers het volgende willen vragen. Is het aantrekkelijk maken van het vak leraar afhankelijk van het lerarenregister? Is dat afhankelijk van het bijscholingsniveau of het lerarenregister? U noemt dat "bekwaamheidsonderhoud". Is of je een goed leraar bent, is de kwaliteit van het onderwijs en de leraar afhankelijk van dat lerarenregister?

Mevrouw Fiers (PvdA):

Ik heb geciteerd wat de doelstellingen waren van dit onderdeel van de wet. Dat ging erover als bedoeling om het vak van leraar ook aantrekkelijker te maken. Ik denk dat een borging van de kwaliteit daar een bijdrage aan kan leveren, maar dat is zeker niet het enige. Zoals ik net ook al zei, zijn er grote problemen in het onderwijs die volgens mij eerder om een oplossing of een aanpak vragen dan dat je een register gaat aanleggen. Ik ben het met uw vorige opmerking ook eens dat er veel meer is dan alleen maar een register. Ik weet niet of bij mijn meneer Van Lieshout, de natuurkundeleraar van destijds, op de website stond welke bijscholingen hij allemaal had gedaan, maar ik herinner me hem als een goede docent. Dat waren vaardigheden die je ook niet zomaar eenduidig in een register kan leggen. Dus dat is de formele scholing, maar er is veel meer.

De heer Ton van Kesteren (PVV):

De heer Van Lieshout had waarschijnlijk de vaardigheid dat hij u stimuleerde om verder te gaan in een bepaald vak. Dat had hij niet in een cursus geleerd, neem ik aan. Dat is ook het punt dat ik wil maken. Is nou een lerarenregister en de hoeveelheid bij- en nascholing bepalend voor de vakbekwaamheid van leraren? U heeft het over de doelstelling van zo'n lerarenregister. Dat is allemaal prima, maar we hebben ook te maken met het draagvlak en hoe dat landt in de praktijk. Het blijkt dus in de praktijk dat een groot deel van mensen voor de klas dat lerarenregister helemaal niet zien zitten. Die hebben daar toch hun redenen voor genoemd. Wat vindt u daar dan van? Zouden we dan toch moeten vasthouden aan dat lerarenregister, of zouden we dat gewoon maar beter kunnen schrappen?

Mevrouw Fiers (PvdA):

Nee. Ik heb ook aangegeven dat ik de initiatiefnemers kan volgen in hun rederering om het te schrappen, gezien de ontstane situatie. Mijn vragen zien eigenlijk vooral op hoe nu verder. Want de doelstellingen die oorspronkelijk bedacht waren, staan nog steeds overeind. Daarom ben ik op zoek naar en ook geïnteresseerd in het antwoord van de initiatiefnemers en de minister hoe zij daartegen aankijken. In antwoord op uw vraag "is dan het lerarenregister de enige simpele oplossing?" zeg ik: nee, dat is niet de enige oplossing voor dit probleem.

De heer Ton van Kesteren (PVV):

Tot slot zou ik mevrouw Fiers willen vragen of zij vindt dat de vakbond, de Aob in de huidige situatie, de achterban, de mensen in het werkveld, de mannen en vrouwen voor de klas, goed vertegenwoordigt? Bent u daarvan overtuigd als u dit allemaal meeneemt in uw betoog en in uw mening over het functioneren van een vakbond?

Mevrouw Fiers (PvdA):

Over het functioneren van een vakbond kunnen we denk ik ook nog een hele middag doorpraten. Volgens mij is het belangrijk dat er verschillende spelers zijn die een rol en een verantwoordelijkheid hebben in het op peil houden van de bekwaamheid van een docent. Daar zijn verschillende meningen over. Volgens mij is de weerstand op dit moment zo massief dat zo'n beetje iedereen tegen is. Daarom denk ik dat de initiatiefnemers een punt hebben: haal het uit de wet en begin opnieuw. Alleen gaan mijn vragen erover dat dat ook niet eenvoudig zal zijn. Dus ik ben op zoek naar hoe deze partijen die hier aan tafel zitten, naar het vervolg kijken.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Fiers. Wenst een van de leden in eerste termijn nog het woord? Dat is niet het geval. Dan schors ik nu de vergadering voor de pauze. Mede in verband met commissievergaderingen schors ik tot 15.45 uur.