Plenair Kox bij behandeling (eerste termijn Kamer)



Verslag van de vergadering van 23 maart 2021 (2020/2021 nr. 31)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 15.23 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kox i (SP):

Voorzitter. Het is de laatste tijd hier een komen en gaan van collega's van de overkant. Gisteren hadden we een ander initiatiefwetsvoorstel bij de kop. Een van de initiatiefnemers zei na afloop tegen mij: goh, wat is het leuk hier bij jullie. Ik hoop dat het de twee initiatiefnemers van vandaag ook zo vergaat. Hij bedoelde ook: wat is het hier spannend. Ik denk dat dat de initiatiefnemers inmiddels ook zo vergaat. Natuurlijk weet de staatssecretaris van Justitie en Veiligheid dat het heel normaal is dat je hier leuke en spannende debatten hebt. Ik snap dus dat toen er een personeelsprobleem was, de staatssecretaris onmiddellijk heeft gezegd: doe mij maar. Als je mag kiezen tussen weer een dag ergens anders zitten of een keer hier bij ons, dan lijkt het mij niet moeilijk om dat te zeggen. Fijn dat u er weer bent, mevrouw de voorzitter. Dat zeg ik altijd. Sommige titels blijven. Ik blijf het tegen deze voorzitter ook zeggen lang nadat hij een andere functie heeft gekregen. Ik vind dat mooie titels.

Het wetsvoorstel vind ik niet mooi. Dat is voor beide initiatiefnemers geen verrassing. Mijn partij, de SP, is een consequent tegenstander van het "depolitiseren", zoals collega Rombouts het mooi zei, van het lokale en het provinciale bestuur. Wij zien dat zo. Ik ga daar geen hele grote woorden voor gebruiken, want het is allemaal geen ramp. Maar naar de mening van mijn partij is het gewoon niet goed om dat te doen, tenzij er een probleem zou zijn dat je niet anders kan oplossen dan op deze manier. Dat was ook mijn vraag aan collega Rombouts: hebben we in de praktijk het probleem ooit wel gezien? Ik denk dat het niet bestaat.

Er bestaan een heleboel problemen op het gebied van de lokale en provinciale volksvertegenwoordiging. Het is heel goed dat deze Kamer besloten heeft dat wij een diepgaande discussie gaan voeren over decentralisatie en dualisering. Die twee dingen moet je bij elkaar nemen, zou ik zeggen. Het is heel goed dat de regering voornemens is om met een samenhangend voorstel hierover te komen. Het is heel belangrijk dat wij nagaan wat wij als landelijke politiek de lokale politiek hebben aangedaan door steeds meer taken en zaken over de schutting te gooien. Vaak vonden gemeenten dat fijn, maar toen wij de middelen er niet bij gaven, vonden ze het een stuk minder fijn.

Dat is allemaal heel belangrijk, maar de vraag is of dit wetsvoorstel, dat is gelicht uit een ander wetsvoorstel dat hier is afgestemd, op dit moment wel het juiste antwoord voor een probleem is. De mening van mijn fractie is dat dat zeer te betwijfelen valt. Horende het debat heb ik geconstateerd dat er bij heel veel fracties twijfel bestaat of dit wetsvoorstel op dit moment wel de beste oplossing is. Mijn eerste vraag aan de initiatiefnemers zou dan ook zijn: zouden zij het erg vinden om de stemming over dit wetsvoorstel pas te doen nadat wij van de regering een breder voorstel hebben gekregen? Dat is misschien persoonlijk voor hen een beetje vervelend. We zouden dan stemmen nadat we hier in deze Kamer het debat hebben kunnen voeren over decentralisatie en dualisering. Het is in ieder geval geen springend probleem. Ik heb van geen een gemeente gehoord: als dit niet binnen nu en een paar weken is opgelost, dan hebben wij hier grote malheur. Die vraag zou ik in ieder geval aan de initiatiefnemers willen stellen en ik zou die ook naar de regering willen doorgeleiden. Zou de regering, alles overwegende, het niet beter vinden dat we de volgorde omdraaien? Collega Van der Burg wees daar ook op, dacht ik.

De heer Van der Linden i (Fractie-Nanninga):

Ik heb toch een vraag aan de heer Kox. Ik hoorde net een aantal andere senatoren ook al over het in een breder perspectief plaatsen van oplossingen voor die decentrale overheden. Wij hebben in het recente verleden een rapport gezien van een onderzoekscommissie over ons hele parlementaire stelsel met tal van oplossingen. Het kabinet ging daarmee aan de slag door dit stukje maar wel en dat stukje maar niet te doen. Dat werd heel politiek. Ik wil dus ook vragen of dat wel zin heeft. We hebben in het recente verleden, bij het bindend referendum et cetera, namelijk gezien dat dat toch nooit een totaaloplossing wordt.

De heer Kox (SP):

We hebben net verkiezingen achter de rug. Dan denk je ook: heeft het allemaal wel zin om aan verkiezingen mee te doen? Die vraag stel je voornamelijk als je het niet zo goed hebt gedaan; anders denk je: nou, dat was heel erg verstandig. De ervaringen met de resultaten van de commissie-Remkes zijn gemengd. Ik deel de conclusie van collega Van der Linden dat de regering soms toch wel erg snel met bepaalde onderdelen aan de slag gaat en dat andere dingen blijven liggen. Maar ik denk dat dat geen enkele reden is om te zeggen dat we geen grote discussie over en geen plan voor de lokale democratie moeten hebben. Die gaat mij zeer aan het hart, en ik zie liever dat we dat op de juiste volgorde doen dan dat we nu dit voorstel aannemen of afstemmen en dan pas die discussie voeren.

De voorzitter:

Vervolgt u uw betoog.

De heer Kox (SP):

Voorzitter. Ik zei net tegen collega Van der Linden dat ik zeer hecht aan de lokale democratie. Ik heb daar jaren in doorgebracht. Velen van ons hebben jaren doorgebracht in de lokale democratie. Met respect voor wat we hier doen: volgens mij is dat het leukste en het meest interessante niveau van de democratie, want daar wordt je werkelijk nog op straat aangesproken met "Hoe heb je daar nou toch voor kunnen stemmen? Je had toch kunnen zien hoe het eruitziet?" of "Waarom ben je niet eerst komen kijken voordat je een besluit nam?" Daar heb je hier allemaal geen last van. Ik vind het een heel hoog niveau van democratie, en ik zie dat dat tanende is. Toen ik nog erg jong was, wat heel lang geleden is, liep er weleens een man met een lange regenjas bij ons voor het raam langs. Dan zei mijn vader: dat is een raadslid. Ze waren allemaal van de KVP, dus het maakte niet uit van welke partij. Maar hij zei dat met respect. Dan zei mijn moeder: mijn vader was ook raadslid. Dat zei ze met nog grotere trots. Het komt tegenwoordig niet meer zo veel voor dat we dat zeggen. Dat is een probleem dat we echt moeten aanpakken, want er ligt een hele zware last op lokale en provinciale volksvertegenwoordigers. Ik denk dat we dat niet oplossen met deze technische manieren. Ik denk dat die per saldo leiden tot wat collega Rombouts noemde "de depolitisering" van het lokale bestuur en de lokale volksvertegenwoordiging. Dat is de dood in de pot voor het lokale bestuur, volgens mij.

Hoe het allemaal wel moet? Ik heb de wijsheid niet in pacht, maar daar moeten we het als parlement over gaan hebben, en natuurlijk ook met de lokale besturen. Dit voorstel is daar niet de oplossing voor, hoe fijn ik het ook vind dat de twee collega's van de overkant vandaag hier zijn. Maar ze hebben in ruil daarvoor in ieder geval een leuk en spannend debat gekregen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Kox. Wenst een van de leden in eerste termijn nog het woord? Dat is niet het geval.

De beraadslaging wordt geschorst.

De voorzitter:

Dan zal de beraadslaging op een nader te bepalen tijdstip worden voortgezet. Ik schors de vergadering voor enkele ogenblikken in afwachting van de initiatiefnemers de heer Koerhuis en mevrouw Van Toorenburg en de minister van Justitie en Veiligheid.