Plenair Rietkerk bij voortzetting behandeling (zonder stemming aangenomen)



Verslag van de vergadering van 1 december 2020 (2020/2021 nr. 12)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.52 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Rietkerk i (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Allereerst dank ik de minister voor de gegeven antwoorden. In mijn eerste termijn zei ik al dat het CDA het totale pakket aan maatregelen steunt. Dit pakket heeft de minister, het kabinet, al toegezegd naar aanleiding van de behandeling van een aantal moties in deze Kamer.

Ook het wetsvoorstel past wat ons betreft bij dit pakket aan maatregelen. Het gaat op een gegeven moment ook om het maken van keuzes om op korte termijn rond de 260.000 huishoudens te helpen door hen van een huurverlaging te voorzien.

Ik spreek ook mijn dank uit voor de verduidelijking met betrekking tot bijvoorbeeld de Lelylijn. In de Tweede Kamer — ik heb daar goed geluisterd — gaf de minister nog heel duidelijk aan dat eerst een besluit over de infrastructuur moet worden genomen en dat daarna kan worden gebouwd. Maar voortschrijdend inzicht — daar ben ik blij mee — geeft nu aan dat de integrale gebiedsontwikkeling passender is. We kijken uit naar de resultaten van al die onderzoeken. Het gaat dus niet alleen om de infrastructuur, maar juist ook om de hele sociaaleconomische ontwikkeling rondom de Lelylijn.

Dan het derde punt. Met betrekking tot het nationaal woningbouwberaad hebben we in deze Kamer van gedachten gewisseld, analoog aan het Veiligheidsberaad. Ik ben het overigens met de minister eens dat eerst sprake moet zijn van goed overleg; laat dat duidelijk zijn. Op vragen vanuit deze Kamer, gaf de minister aan dat we niet komen aan de verantwoordelijkheden van gemeenteraden en Provinciale Staten. Dat is ook niet de inzet van die suggestie. Ik ben het met de minister eens dat de bevoegdheidsverdeling hetzelfde blijft, want die is op dit moment voldoende. De gemeenteraden gaan over de woningbouwlocaties van gemeentelijk belang. Over de woningbouwlocaties van provinciaal belang blijven Provinciale Staten gewoon gaan. En daar komt ie: bij woningbouwlocaties van nationaal belang is de minister aan zet, bijvoorbeeld bij Valkenburg. Hoeveel locaties zijn nu van nationaal belang, waar de minister dus in feite aan zet is? Kan zij een indicatie geven?

Voorzitter. We wachten het antwoord van de minister af op de vragen over de serieuze verkenning met betrekking tot dat nationaal woningbouwberaad. Wij hebben in ieder geval aangegeven dat ook selectief in te zetten.

Dan de vragen die gesteld zijn over een aantal mogelijkheden betreffende de ruimtelijke inrichting. Daar kunnen we ook op ingaan bij het NOVI-debat, maar de CDA-fractie is tevreden over de antwoorden over het Nationaal Groeifonds of investeringsfonds en de mogelijke inzet van het rijksontwikkelbedrijf. Gelet op de rente van nu op de markt, denken we dat er mogelijkheden zijn om in de toekomst een aantal wat grotere projecten van nationaal belang zo te kunnen realiseren.

Dank voor de antwoorden met betrekking tot de huurders in de commerciële sector. Het debat tussen de minister en een aantal woordvoerders ging daarnet over. Heb ik de minister goed begrepen dat zij toegezegd heeft, in ieder geval richting de heer Crone, dat zij richting de komende kabinetsformatie een verkenning of een onderzoek doet naar een scenario voor een duurzame oplossing van de knelpunten tussen huurders in de sociale woningbouwsector en huurders in de commerciële sector? De CDA-fractie heeft in haar eerste termijn bijvoorbeeld de ophoging van het puntenstelsel genoemd. Dat kan niet op korte termijn, je moet goed kijken wat daar de effecten van zijn om die 150-grens omhoog te zetten, bijvoorbeeld naar aanleiding van de liberalisatiegrens, of wellicht ook te kijken naar die aftoppingsgrens. Met name voor de middeninkomens, die het nu lastig hebben, zou je daar een oplossing voor kunnen vinden. Ik zou graag een antwoord willen hebben van de minister of het wordt meegenomen in de verkenning of in dat onderzoek.

Tot slot. Dank voor de toezegging om te kijken naar het rapport van Van Schaik, namens tientallen woningbouwcorporaties maar zeker ook namens de marktpartijen, zeg ik in de richting van de heer Van der Burg. Want die hebben we zeker nodig voor die 750.000 woningen die men gezamenlijk van de grond wil trekken in wat kleinere locaties in de regio's Noordoost-Nederland, Limburg, Brabant en Zeeland, in het kader van de nationale opgave voor het woningbouwprogramma.

Tot zover, voorzitter.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Rietkerk. Dan is het woord aan de heer Kox namens de fractie van de SP.