Plenair Van Rooijen bij Voortzetting Algemene financiële beschouwingen



Verslag van de vergadering van 17 november 2020 (2020/2021 nr. 10)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.10 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Rooijen i (50PLUS):

Voorzitter. Ik dank de bewindslieden voor de antwoorden. De minister zal begrijpen dat mijn fractie en ik uitermate verheugd zijn met de niet aflatende steun van de CDA-fractie in onze strijd voor indexatie van pensioenen. Het al dertien jaar niet-indexeren is inderdaad schrijnend en ik ben benieuwd wat de minister antwoordt op dit duidelijke signaal van de CDA-fractie, waar ik me bij aansluit.

Nog schrijnender is uiteraard het verlagen van pensioenen. Ik zeg tegen de minister dat ik al jaren voorspel, zeker ook nu met kerst, dat de kortingen er niet zullen komen. Dat zal het kabinet niet durven, zo vlak voor de verkiezingen en zeker niet met de coronakerst.

Voorzitter. Ik heb twee moties.

De voorzitter:

Door het lid Van Rooijen wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat op steeds meer plaatsen en op steeds meer momenten problemen zichtbaar worden in de uitvoering van wetgeving;

overwegende dat hieraan ten grondslag ligt dat wetgeving en uitvoering te weinig in samenhang worden beschouwd;

van oordeel dat wetgeving en uitvoering een onlosmakelijk geheel vormen;

verzoekt de regering indiening van een wetsvoorstel waarvan de uitvoering complexe elementen bevat, voortaan steeds vergezeld te doen gaan van een onafhankelijke beleidsanalyse door deskundigen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter X (35570).

De heer Backer i (D66):

Ik kan het niet laten om toch aan de heer Van Rooijen te vragen waarom hij ons bij elk debat op een salvo aan interrupties trakteert over de dreigende kortingen en nu vanavond zegt: ik voorspel u dat die kortingen toch niet doorgaan. Ik zou zeggen dat we dan vandaag een hoop spreektijd hadden kunnen besparen.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Dit noemen sommigen de Umwertung aller Werte. Ik strijd al jaren voor het voorkomen van kortingen. Maar ik voorspel ook al jaren dat deze er niet komen, omdat het kabinet weet dat de kortingen volledig onrechtvaardig zijn. Gezien de 2 miljoen gepensioneerden bij ABP en Zorg en Welzijn, zal het kabinet dat zeker met deze kerst niet durven. Dat zou ook niet rechtvaardig zijn.

De heer Backer (D66):

Dan bent u toch op uw wenken bediend?

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Nee, want ik weet zeker dat er binnen dit kabinet fracties zijn, dat er binnen deze coalitie partijen zijn, die, samen met de president van De Nederlandsche Bank, vinden dat het stelsel onhoudbaar is en dat de kortingen onvermijdelijk zijn. Waarvan akte.

De voorzitter:

De heer Backer, tot slot.

De heer Backer (D66):

Ik begrijp het en daarom waren de interrupties toch nodig. Carthago zal toch vernietigd worden.

Mevrouw Sent i (PvdA):

Ik heb een vraag over de motie. Het ging heel snel. Ik zou graag de heer Van Rooijen willen vragen in hoeverre zijn oproep in de motie verschilt van de uitvoeringstoets nieuwe stijl, zoals deze wordt uitgevoerd.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

De uitvoeringstoets nieuwe stijl is een verbetering, maar mijn motie gaat verder. Mijn motie wil eigenlijk dat er bij complexe elementen van nieuwe wetgeving een onafhankelijke beleidstoets door deskundigen komt. Mijn ervaring is dat er bij de uitvoeringstoetsen van met name de Belastingdienst grote druk is vanuit de politiek en de bewindslieden, waardoor de Belastingdienst regelmatig de bocht neemt en door de pomp gaat. Ze worden kritischer. Twee jaar geleden is er een keer een negatieve toets geweest. Dat was volgens mij de enige. Maar dat is wat de strekking van de motie behelst.

De voorzitter:

Meneer Van Rooijen, vervolg uw betoog. Uw tweede motie.

De heer Van Rooijen (50PLUS):

Ja, mijn tweede motie.

De voorzitter:

Door het lid Van Rooijen wordt de volgende motie voorgesteld:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de minister van Financiën drie beleidstaken heeft, de begroting, de thesaurie en de belastingen;

constaterende dat in bijna alle andere landen de drie taken van de minister van Financiën zijn verdeeld over twee of drie ministers;

constaterende dat de Staat door de problemen bij de Belastingdienst in het hart geraakt is;

overwegende dat de drie taken tezamen een zware belasting vormen voor één minister;

verzoekt de regering bij de volgende kabinetsformatie te onderzoeken of twee ministers van Financiën onderdeel van de oplossing kan zijn voor de problemen bij de Belastingdienst,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt letter Y (35570).

Meneer Van Rooijen, bent u aan het eind van uw betoog? Dat is het geval. Dank u wel.

Dan is het woord aan de heer Schalk namens de fractie van de SGP. Voor de eerlijkheid zij vermeld dat de heer Van Rooijen vandaag niet tot de topscoorders behoort qua aantal interrupties. Meneer Schalk, gaat uw gang.