Plenair Van Gurp bij behandeling Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steun- en herstelpakket



Verslag van de vergadering van 10 november 2020 (2020/2021 nr. 9)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.13 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Van Gurp i (GroenLinks):

Voorzitter, dank u wel. Omwille van de tijd beperk ik me tot twee punten. Het ene gaat over de crisisbanen. Ik ben heel blij met de toezegging van de minister, die zegt: ja, er zit veel in. Het gaat dan natuurlijk wel om tijdelijke banen en daar kunnen we het nog heel lang over hebben, maar ik ben ontzettend blij met het initiatief dat hij aankondigt. Binnen een week of twee, drie hoopt hij met nadere voorstellen te komen hoe we, zij het dan tijdelijk, een matching van vraag en aanbod kunnen bewerkstelligen tussen werkzoekenden en sectoren die in het kader van deze coronapandemie snel werk kunnen gebruiken. Dat zal geen hoogspecialistisch werk zijn, want daar zijn de mensen niet voor opgeleid. Maar ik ben hier ontzettend blij mee. Ik denk dat het een uitstekende invulling is van de verantwoordelijkheid van het kabinet en ook antwoord op de vragen die ik daarover in eerste termijn gesteld heb.

Het tweede gaat over de partnertoets in de Tozo. Ik volg de redenering niet, maar ik heb ook geen zin om in herhaling te vervallen. Ik vind de parallel met de Participatiewet niet zo sterk. De Participatiewet geldt als je werk hebt gehad ofwel in loondienst bent geweest. Dan heb je een hele transitieperiode voordat je een keer in de bijstand terechtkomt, zodat je je leven zo kunt inregelen dat je de tering naar de nering zet et cetera. Ook als zelfstandige die ziet aankomen dat het met je bedrijf niet zo goed gaat, kun je je bedrijfsvoering of je levensomstandigheden aanpassen. Het gaat hier over iets wat mensen min of meer bij donderslag overkomt, waardoor ze heel veel zaken kwijtraken. Het kan heel goed zijn dat als de donderwolken over pakweg driekwart jaar weer opgetrokken zijn, mensen weer volop voort zouden kunnen. Die mensen moet je in de tussentijd niet aan de bedelstaf brengen. Ik ben heel blij met een staatssecretaris van VVD-huize die zegt dat we hier niet zijn om rijke mensen nog rijker te maken. Daar zijn we het dan over eens. Ik kan blijven herhalen dat hij ongelijk heeft, en dat vind ik ook, maar daar hebben we het nog wel over. Over de uitvoeringskwestie krijgen we een brief.

Ik hoorde hem ook nog zeggen dat we met de gemeenten voorbereidingen treffen om te kijken of er via de bijzondere bijstand nog iets kan. Nou weet ik iets van gemeenten af, dus ik denk dat dat uitvoeringstechnisch allemaal nog veel ingewikkelder is. Maar goed, betrek dit er dan ook bij. Ik zou wel geïnteresseerd zijn om meer te horen en te lezen over hoe je ervoor zorgt dat de groep die ik net omschreef, dus de mensen die hun bedrijf straks wel weer op kunnen pakken, maar die nu door de bodem zakken als je ze puur van het inkomen van de partner afhankelijk maakt, niet door de bodem zakt. Wat heeft u dan voor arrangementen in gedachten? In onze ogen zou een partnertoets daar prima in volstaan, maar als u hetzelfde doel op een andere manier weet te bereiken, dan wil ik daar best voor open staan. Als u daar ook enige beschouwingen aan kunt wijden, dan kunnen we die betrekken bij ons oordeel over de motie van Tiny Kox. En uiteindelijk gaat het natuurlijk niet over moties of over opgeklopte meningsverschillen, maar om de werkelijkheid: kunnen voorkomen dat die groep in de problemen komt.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Van Gurp. Dan geef ik graag het woord aan mevrouw Moonen namens de fractie van D66.