Plenair Essers bij behandeling Vierde incidentele suppletoire begroting inzake steun- en herstelpakket



Verslag van de vergadering van 10 november 2020 (2020/2021 nr. 9)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.20 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Essers i (CDA):

Dank u wel, voorzitter. Dank aan de bewindslieden voor de beantwoording van onze vragen. Ik loop ze toch nog even na. Het kabinet gaf een helder antwoord op het punt van het UWV en de uitvoering van het terugvorderingsbeleid, maar ik had ook gevraagd wie nou eigenlijk vaststelt of er sprake is van fraude. Daar heb ik niet direct iets op terug gehoord. Je kunt wel praten over een terugbetalingsregeling, maar wie stelt vast of er sprake is van opzet of grove schuld? Ik stel die vraag ook omdat het net op dat punt is misgegaan bij de kinderopvangtoeslag. Een ambtenaar stelde vast dat er iets niet goed was en de gevolgen waren disproportioneel. Daar zag mijn vraag op. Misschien kunt u daar nog even op ingaan.

Dank voor het doorgeleiden van de vraag over de seizoenbedrijven naar minister Wiebes en staatssecretaris Keijzer. Zou u alstublieft ook op spoed willen aandringen? Wij weten namelijk dat dit in de praktijk een belangrijk punt is en dat veel mensen toch grote zorgen hebben. Ik zie misschien dingen over het hoofd, maar aangezien er al een regeling is in die evenementenbranche, lijkt het mij toch niet zo heel moeilijk om uit te gaan van het gemiddelde inkomen van het afgelopen jaar in plaats van naar een tijdstip te gaan kijken.

Het laatste punt is de Tozo. Wij zijn inderdaad vooral daarin geïnteresseerd voor grensondernemers. De heer Kox en de heer Van Gurp hebben het met name over de partnertoets. Eerst zat die er niet in, naderhand wel. Een kabinet kan natuurlijk op een gegeven moment van gedachten veranderen. Dat zou kunnen. Maar het gaat er ook om wat de oorspronkelijke bedoeling is. De vermogenstoets is toch ook eigenlijk ook heel kenmerkend voor de Participatiewet. Binnenkort hebben wij hier ook een debat over hoe je die vermogenstoets moet uitvoeren. Dat vind ik ook een belangrijk argument om te zeggen: dit lijkt toch eigenlijk veel meer op een werkgelegenheidsvoorziening dan een bijstandsuitkering. Ja, je kunt verschillende kanten op redeneren. Ik zou er nogmaals op aan willen dringen dat als het standpunt van de Europese Commissie op dit punt duidelijk is, we zo snel mogelijk de reactie van het kabinet krijgen. Nogmaals, laat het geen langdurige procedure worden, want daar hebben de ondernemers in die grensstreek helemaal niks aan.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Essers. Dan is het woord aan mevrouw Sent namens de fractie van de Partij van de Arbeid.