Plenair Kox bij behandeling Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer en herijking Grondwetsherzieningsprocedure



Verslag van de vergadering van 6 oktober 2020 (2020/2021 nr. 4)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.57 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kox i (SP):

Dank u wel, voorzitter. Er ligt één voorstel voor tot wijziging van de Grondwet dat mogelijkerwijs op unanieme steun kan rekenen, afhankelijk van wat collega Nicolaï uiteindelijk doet. Het zou heel mooi zijn als deze Kamer unaniem zou stemmen voor de herijking van de grondwetherzieningsprocedure. Het is een kleine wet, maar eigenlijk een grote stap. Het levert meteen wat op. Als we dat hier vandaag besluiten, dan kan in ieder geval de volgende Tweede Kamer aan de slag en weet ze wat haar te doen staat. We moeten ook niet zeggen: het is maar een wetje. Nee, het is een belangrijke stap. Er is jarenlang op gewezen dat het eigenlijk een gegroeide onregelmatigheid is. Die lossen we hiermee op. Dus complimenten aan de minister dat ze dit wetsvoorstel door deze Kamer aangenomen krijgt.

Wat betreft het tweede wetsvoorstel mag duidelijk zijn dat mijn fractie daar nu nog geen steun aan kan geven. Het is te onvoldragen. De redenering van de minister is: als je het heel klein ziet, dan klopt het wel. Omdat ik het advies van de Raad van State en ook dat van de staatscommissie goed heb gelezen, vind ik dat de verkeerde redenering. Je moet het eerst breder zien en dan kijken hoe dat uitpakt. Voor alle duidelijkheid: dat wil niet zeggen dat, als dit wetsvoorstel hier in eerste lezing aangenomen wordt, mijn fractie één keer tegen, altijd tegen is. Nee, we hebben dan inderdaad nog de tijd om te kijken of we het nog zo kunnen inrichten dat het wel deugt. Maar ik vind dat een verkeerde manier van werken. Je moet eerst gaan bedenken wat je wil en dan moet je het gaan verfijnen. Dit is de omgekeerde weg. Maar in een tweede lezing zal mijn fractie aan de discussie meedoen.

Een laatste opmerking nog; ik kan het toch niet laten. Mevrouw Bikker zei tegen de minister: u droomt natuurlijk over de Grondwet. De minister zei toen ook nog: ja. Ik dacht: o God, het leven is al niet eenvoudig en dan ook nog dromen over de Grondwet. Maar gaandeweg het debat dacht ik: het zou wel weer een spannende droom kunnen worden, want de minister heeft nog steeds de mogelijkheid om de Grondwet te gebruiken. Als wij dan straks ja zeggen tegen in ieder geval een van haar wetsvoorstellen, dan kan ze zeggen: dan zal ik mijn collega's in het kabinet informeren dat we de Kamer gaan ontbinden en dat er over drie maanden verkiezingen zijn. Niets weerhoudt u daarvan, behalve waarschijnlijk gezond verstand, en dat hebt u in overvloedige mate. Dan zou het echt een spannende droom worden: we nemen een wet herijking grondwetherzieningsprocedure aan en, huppekee, er komen nieuwe verkiezingen, en niemand die daar iets tegen zou kunnen doen. Het is toch geweldig! Maar dat blijven dromen. Mijn fractie stemt voor het eerste wetsvoorstel over de herijking en tegen het tweede wetsvoorstel over het kiescollege.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Kox. Dan is het woord aan meneer Schalk van de SGP.