Plenair Vendrik bij Interpellatie-Kox, gericht tot de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, over de uitvoering van de motie-Kox c.s. over een tijdelijke huurstop voor zowel de sociale sector als de vrije sector



Verslag van de vergadering van 2 juni 2020 (2019/2020 nr. 29)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 18.01 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Vendrik i (GroenLinks):

Meneer de voorzitter, dank u wel. Ik neem even waar voor mijn collega Margreet de Boer, die hier vanmiddag niet kan zijn.

Voorzitter. Zoals de heer Kox denk ik heel mooi uitlegde, zijn de huurders in Nederland meer dan gemiddeld kwetsbaar. Dat geldt zeker in deze tijd van de coronacrisis. En zoals de heer Crone zojuist denk ik ook heel mooi uitlegde, is het niet laten doorgaan van de huurverhoging op 1 juli een belangrijk instrument om deze kwetsbare groep, de huurders van Nederland, wat extra buffer en bescherming te bieden in deze moeilijke tijd. Ik heb uit het antwoord van de minister eigenlijk nog niet goed begrepen waarom dit niet een van haar mogelijkheden kan zijn. Zij heeft het over nadere informatie, augustus, september volgend jaar. Dan heeft de heer Crone echt gelijk dat we een belangrijk instrument uit handen hebben gegeven, terwijl het nu gaat om kwetsbare mensen die je wat extra ondersteuning zou willen bieden. Daar ging de motie van de heer Kox over en de fractie van GroenLinks heeft die met volle overtuiging ondersteund.

Dat geldt ook voor de motie die de heer Kox nu heeft ingediend. Het is onverstandig dat de minister de motie eigenlijk niet wil uitvoeren, terwijl er hier een duidelijke Kameruitspraak ligt. Vandaar dat het rappel dat in de motie van vandaag van de heer Kox en de zijnen zit, ook de steun heeft van mijn fractie. Ik hoop dat de minister snapt dat de largesse die in de motie zit, van haar kant beantwoord moet worden door een beweging onze kant op. Dan kunnen we het debat volgende week mooi afmaken.

De voorzitter:

Dank u wel, meneer Vendrik. Dan de heer Van der Burg.