Plenair Prast bij behandeling Doorverkoop toegangskaarten



Verslag van de vergadering van 10 oktober 2017 (2017/2018 nr. 3)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 16.59 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Prast i (D66):

Voorzitter. Dank u wel. Ik ga er even vanuit dat mijn vraag over de reikwijdte nog beantwoord wordt. Dus die laat ik nu liggen.

Ik heb vanmiddag twee soorten bezwaren tegen de wet gehoord. Er zijn collega's die het probleem zien en het doel van de wet omarmen en er zijn collega's die het probleem niet zien. Degenen die het doel van de wet omarmen, maar ook degenen die het probleem niet zo zien, hebben het betoog dat de toegang tot de rechter voor de consumenten zo moeilijk is in civiele zaken dat er toch niets van terechtkomt en dat het ook geen zin heeft om de mogelijkheid van succes te vergroten.

Voorzitter. Als deze redenering zou kloppen, hebben we een heel groot probleem in Nederland en niet alleen met deze wet. Natuurlijk zijn er drempels en is het lastig, maar dit wetsvoorstel vergroot in elk geval de kans. Verder is van belang dat lang niet alle consumenten naar de rechter hoeven te stappen om de wet toch effectief te laten zijn. Zelfs als één consument kan winnen, heeft dat een preventieve werking. Dat wil zeggen dat doorverkopers zich aan de wet houden. Sommige woordvoerders vragen zich af of we niet zwaarder moeten inzetten. Het is hier vandaag geen meerkeuzetest tussen verschillende wetsvoorstellen. Dit is het wetsvoorstel. Het ligt er al sinds april 2010, toen de Tweede Kamer het aannam.

Dan het marktargument. Een markt in economische zin is vrije ruil tussen een groot aantal vragers en aanbieders die geen van allen marktmacht hebben. Aan die conditie is niet voldaan, gezien de concentratie en het gebruik van bots. Wat mij betreft kan dat laatste aanleiding zijn om de rol en de wettelijke taak van de ACM onder de loep te nemen, maar dat staat los van dit wetsvoorstel, want het heeft een bredere impact. Het heeft niet alleen impact op de doorverkoop van toegangskaarten. Daarom acht mijn fractie interventie van de wetgever gerechtvaardigd in deze markt en in deze vorm ook proportioneel. Ik zal mijn fractie dan ook adviseren het voorstel te steunen.

Dank u wel.

De voorzitter:

Dank u wel, mevrouw Prast. Ik geef het woord aan mevrouw Beuving.