Plenair Kok bij behandeling Wet inburgering



Verslag van de vergadering van 13 juni 2017 (2016/2017 nr. 31)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 17.25 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Kok i (PVV):

Voorzitter. Ik moet even reageren op de grappige beeldspraak van de heer Lintmeijer. Het doet een beetje denken aan het gemankeerde motorblokje dat met een nieuw hulpmotortje weer op gang moet worden gebracht. De participatieverklaring zou dan een nieuw hulpmotortje moeten zijn.

Uiteraard dank ook ik de staatssecretaris, die zo plotseling moest invallen voor de minister, voor haar reactie op de vragen. Zij heeft dat met verve gedaan. Toch blijft het een wat hoopvol betoog over algemene begrippen en noties en over een inclusieve samenleving die voor iedereen bereikbaar moet zijn. De realiteit is vaak toch wat weerbarstiger. Kijken we naar de pilot en de evaluatie daarvan, dan kunnen we daar toch niet onderuit.

Het punt van de kernwaarden is ook een wat gekleurd verhaal geworden, met wat fluïde begrippen die voor meerdere interpretaties geschikt zijn. Het is al eerder gezegd: is dit nou de routemap voor iemand die moet inburgeren naar begrip voor onze samenleving? Het heeft de charme van eenvoud, maar het is een opsomming die voor discussie vatbaar is en dan ook nog met kernwaarden die wat ideologisch zijn ingekleurd, met name solidariteit.

Zoals de minister al eerder heeft aangegeven, is duidelijk dat de toegevoegde waarde eveneens beperkt is en dat de winst, voor zover je van winst kunt spreken, hooguit ligt in een ons inziens overbodige herhaling. Hij zei dat daar niks mis mee is. Dat geeft de waardering aan die het moet hebben.

Ik heb eerder gezegd dat het voorliggende wetsvoorstel niet getuigt van een echt fundamenteel diepere doordenking. Het komt niet verder dan een stukje ongerichte symboolpolitiek. Er is geen heldere probleemanalyse. We hebben nog geen evaluatie. Ik noem het maar de idylle van het regelgeleid gedrag, dat hier de overhand heeft gekregen. Het is eigenlijk niet meer dan een soort hol plichtenpleidooi voor een vastgelopen inburgeringsbeleid. En een verklaring? Het klinkt misschien wat badinerend — excuses daarvoor — maar het heeft naar mijn mening niet meer waarde dan een veterdiploma voor volwassenen. Ik zie de heer Don opdoemen.

De voorzitter:

U moet wel op uw tijd letten, mijnheer Kok.

De heer Kok (PVV):

Gaat dit ervan af? Of toch niet?

De voorzitter:

Nee, ik zet de klok altijd stop.

De heer Kok (PVV):

Oké!

De heer Don i (SP):

Ik heb toch even een vraag aan de heer Kok. Ik heb natuurlijk de Handelingen van de overkant gelezen en de uitslag van de stemmingen aan de overkant gezien. Begrijp ik het goed dat u niet solidair bent met de overkant, met uw Tweede Kamerfractie? Het begrip "solidariteit" is voor u sowieso wat moeilijk, maar ik gebruik het in dit verband toch eventjes. Ontbreekt de solidariteit met de overkant?

De heer Kok (PVV):

Ik heb altijd voldoende solidariteit met de overkant en ik kijk heel goed naar wat zij te berde brengen. Ik lees het ook altijd heel graag. Maar zoals u weet, maakt de Eerste Kamer altijd haar eigen afwegingen en zo hoort het ook te zijn. Wij doen dat met een kritische blik. Althans, die pretentie heb ik dan. U hebt ook gehoord hoe ik erover denk. We zullen in de komende week een nadere afweging moeten maken van plussen en minnen. Ik heb hier in eerste instantie de nodige minnen naar voren gebracht. Wellicht kunnen we in de komende week nog wat plussen ontdekken. In mijn ogen is het nog geen gelopen verhaal. Ik weet niet of dat het antwoord is dat u wilt horen.

De heer Don (SP):

Ik dank de heer Kok voor zijn antwoord. Het is duidelijk: u hebt nog een afweging te maken. Ik vind het wel fijn dat u het woord "solidariteit" hebt gebruikt. Dank u wel.

De heer Kok (PVV):

Ik ga nog even door, voorzitter.

De nieuwe rol van de gemeenten lijkt een verbetering. Maar ja, de uitkomst is nu ook weer niet echt helder. Het is ook geen garantie dat het beter zal gaan worden. Daar komt bij dat de beleidsvrijheid van gemeenten enorm is: de lokale afstemming met behulp van deze en gene en allerlei maatschappelijke organisaties is ongekend. Ik hoor net van de staatssecretaris dat niet alleen de €2.370 mag worden ingezet — dat is prachtig natuurlijk — maar er mag ook nog eens geput worden uit het participatiebudget, waaruit ...

De voorzitter:

Ik wijs u toch nog even op uw tijd. U bent nu één minuut en veertien seconden over de opgegeven tijd.

De heer Kok (PVV):

Ik had drie minuten opgegeven.

De voorzitter:

Die heb ik ook ingetikt.

De heer Kok (PVV):

O, ik ga er overheen. Neem me niet kwalijk. Ik zal snel tot een afronding komen.

Ik was gebleven bij het putten uit het participatiebudget, waaruit al zo veel mensen moeten putten. Daarin schuilt het gevaar dat er een enorme verdringing zal ontstaan.

De maatregelen van ultimo 2016 zijn genomen op basis van signalen uit de praktijk. Ik vind dat wel een heel magere basis, moet ik zeggen. Eerder is al gezegd dat de AMvB en de evaluatie nog moeten komen; ik vind het een wat rommelig vertoon van een regering die het eigenlijk ook niet goed weet. Kijk ik dan nog naar de participatieverklaring zelf — ik heb moeite moeten doen om dat ding te vinden — dan zie ik onder het kopje "solidariteit" dat dat een uitnodigend karakter heeft: mensen hebben recht op een veiliger leefomgeving, fatsoenlijke huisvesting, eerlijke arbeidsvoorwaarden, minimumloon bij werk, goed onderwijs en goede medische zorg. Ik zou denken: zelfs als het niet verplicht is, zou ik het graag ondertekenen. Het uitzicht is enorm.

De voorzitter:

U bent 2 minuten en 33 seconden over de opgegeven tijd. Ik zeg het toch maar even.