Plenair Verheijen bij voortzetting behandeling Doorstroming huurmarkt



Verslag van de vergadering van 12 april 2016 (2015/2016 nr. 27)

Status: gecorrigeerd

Aanvang: 22.30 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

De heer Verheijen i (PvdA):

Voorzitter. Ook wij danken de minister graag voor de diepgaande wijze waarop hij de vragen heeft beantwoord. Ik sluit me aan bij de suggestie van de heer Flierman om nog even door te gaan op het punt van het moeilijke middensegment en de investeringsruimte die daar wel of niet aanwezig is, en op de vraag wie daarvoor dan verantwoordelijk is, los van de regionale en lokale afspraken die de minister daarover probeert te maken. Er is ook een soort systeemverantwoordelijkheid voor het geheel, en daarop is de minister toch als eerste aanspreekbaar.

Wij zijn ook blij met de twee toezeggingen die de minister heeft gedaan. De eerste had betrekking op de tijdelijke huurcontracten en de wijze waarop de minister daarover jaarlijks wil gaan rapporteren. Daarmee moet een diepgaand inzicht worden bereikt als het gaat om segmenten en doelgroepen. De minister nam de positie in dat hij kiest voor het handhaven van de norm van het contract voor onbepaalde tijd als het gaat om de bestaande huurvoorraad. Daarmee spreekt hij dus ook uit, zo begrijp ik hem, dat hij bereid is om maatregelen te nemen als onverhoopt blijkt dat er een verdringingseffect optreedt in de tijdelijke huurcontractenmarkt. De minister heeft ook aangegeven dat op dit moment de mutatiefase 8% per jaar is. Dit zullen wij dan moeten terugzien in de jaarlijkse cijfers. Sowieso heeft de minister ons te kennen gegeven dat er dit jaar nog een aantal momenten komen waarop wij met elkaar het debat aangaan ten aanzien van de evaluatie en de mogelijke bijstelling van maatregelen.

Ten aanzien van de tweede toezegging, een korte bijdrage over de studenten en internationale uitwisseling, laat ik weten dat wij onverkort achter het amendement-De Vries staan. Wij denken ook dat met praktische maatregelen het probleem opgelost kan worden. Ons ging het er met name om dat de reputatie van Nederland onderwijsland niet ter discussie zou mogen komen te staan als gevolg van de effecten van de wet. Als vader van vier studerende kinderen, wil ik de minister zelf nog wel wat ervaringen meegeven als dat nodig mocht zijn.

De steekproef die de basis moet geven voor het onderzoek, moet een ruime steekproef zijn, ook om meer inzicht te geven wat betreft de vragen die de ChristenUnie op dat punt heeft gesteld, evenals mogelijk wat betreft de vragen die de SGP heeft gesteld ten aanzien van de inkomensontwikkelingen. Ik begrijp heel goed dat wij met huurbeleid geen integrale inkomenspolitiek moeten trachten te voeren. Het integrale inkomensbeleid hoort daar ook thuis, binnen de portefeuille Sociale Zaken. Maar dat cijfers indicaties kunnen geven voor ongewenste ontwikkelingen, ben ik met de minister eens. Daarmee zullen wij ook de vinger aan de pols moeten houden.

Ten slotte hoop ik dat het wetsvoorstel inderdaad de positieve effecten kan krijgen die wij vandaag met elkaar vaststellen. Van de heer Köhler heb ik ook begrepen dat hij sowieso de huursombenadering voor de sociale sector een stap in de goede richting vindt. In die zin had hij zich achter de doelstellingen van dit wetsvoorstel kunnen scharen.