Plenair Prast bij behandeling Elektronisch berichtenverkeer Belastingdienst



Verslag van de vergadering van 6 oktober 2015 (2015/2016 nr. 3)

Status: gerectificeerd

Aanvang: 19.56 uur


Bekijk de video van deze spreekbeurt

Mevrouw Prast i (D66):

Mevrouw de voorzitter. Ik heb een paar dingen gehoord die mij wel blij maakten, bijvoorbeeld dat als er notificatie-e-mails verstuurd worden, ze inhoudsvol zullen zijn. Des te beter, want aan een betekenisloze notificatie heb je natuurlijk niets. Dank daarvoor aan de staatssecretaris.

Ik heb iets gehoord wat mij blij maakte, maar toch eigenlijk weer niet. De staatssecretaris zei dat de gebruiker het tijdpad bepaalt, maar dat is nu juist niet het geval in dit wetsvoorstel. In dit wetsvoorstel bepaalt de ministeriële regeling het tijdpad.

Wat mij opviel en wat mij dan weer wat minder aansprak, is de reactie op de moeite die mevrouw Gerkens had om MijnOverheid te vinden. Het ligt niet aan de Belastingdienst, maar aan mevrouw Gerkens, want zij heeft niet de goede browser. De schuld ligt eigenlijk nooit bij de Belastingdienst, denkt de Belastingdienst.

De staatssecretaris heeft iets gezegd over nudging. Daar weet ik het een en ander van. Nudging is een goede keuzearchitectuur, door deze zo in te stellen dat de burger, of degene tot wie je je richt, zonder nadenken, vanzelfsprekend de goede keuze maakt. Dat is dit nu juist niet. Was het maar zo.

Dan kom ik op de ondersteuning voor wie het tot nu toe zelfstandig kon. De vorm van die ondersteuning is dat de hulpzoeker naar een fysiek loket moet, want de kern is dat de groep waar het hier over gaat, dat niet digitaal doet. Dat even terzijde latend, vraag ik of mensen die tot nu toe zelfstandig dingen konden doen, wat een gevoel van voldoening en kracht geeft, straks hulp moeten zoeken. Dan kun je wel zeggen: die hulp is er en daar steken we tijd, geld en moeite in, maar dat maakt het niet plezieriger voor degenen om wie het gaat. Integendeel. Eigenlijk neem je ze een soort autonomie af.

Dan heb ik nog een uitdaging voor de staatssecretaris. Als deze toezegging wordt gedaan, biedt dat nog de mogelijkheid dat ik positief over dit wetsvoorstel zal spreken in de fractie. Volgens het wetsvoorstel wordt bij ministeriële regeling bepaald op welke wijze het elektronisch berichtenverkeer plaatsvindt. Er kunnen ook bij ministeriële regeling groepen en omstandigheden worden aangewezen waardoor, respectievelijk waaronder het berichtenverkeer anders kan plaatsvinden dan langs elektronische weg. Die ministeriële regeling is er in concept. Onder artikel 2 staan vier groepen genoemd die uitgezonderd zijn van verplicht elektronisch berichtenverkeer. Is de staatssecretaris bereid om daar een groep aan toe te voegen, namelijk iedereen die geen verzoek tot notificatie heeft ingediend?

De staatssecretaris heeft een campagne van de Belastingdienst aangekondigd. Die zou erop gericht kunnen zijn om mensen aan te sporen tot het aanvragen van notificatie. Het optimisme van de staatssecretaris is volgens de heer Knapen aanstekelijk, maar ik zou zeggen dat het bijna aanstekelijk is. Als dat optimisme terecht is, gaan veel mensen de notificatie aanvragen. Blijkt dat niet het geval te zijn, dan moeten we blij zijn dat we de verplichting tot digitale communicatie niet hebben ingevoerd. Als de staatssecretaris stapsgewijs op het punt komt dat de groep kan vervallen, dan vragen wij of hij dit vooraf met de Kamer wil overleggen.