Steun voor wijzigen fosfaatrechtenstelsel: debat samengevat



De Eerste Kamer steunde na een debat met minister Staghouwer van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) het wetsvoorstel dat de wijzigingen in het fosfaatrechtenstelsel regelt. Het doel van het fosfaatrechtenstelsel is om ervoor te zorgen dat de fosfaatproductie onder het fosfaatplafond komt en blijft. Fosfaten leiden tot overbemesting en schade voor het milieu. Gevolg is dat planten die in een voedselarme omgeving goed gedijen, worden verdrongen. De fracties van CDA, VVD, Fractie-Nanninga, ChristenUnie, Fractie-Otten, PVV, 50PLUS en SGP stemden voor, de fracties van D66 GroenLinks, PvdA, SP en FVD stemden tegen de wijzigingen. De fracties van PvdD en OSF waren niet bij de stemmingen.

Het fosfaatrechtenstelsel beperkt zich tot melkvee. De fosfaatproductie door de vleesveehouderij valt niet onder het sectorale plafond voor de melkveehouderij. Om te voorkomen dat jongvee voor de melkveehouderij via de vleesveehouderij buiten het fosfaatrechtenstelsel wordt gehouden is ervoor gekozen een deel van het jongvee voor de vleesveehouderij wel onder het fosfaatrechtenstelsel te laten vallen. In de praktijk bestaat echter soms onduidelijkheid over de vraag of jongvee als melkvee moet worden aangemerkt en daarvoor fosfaatrechten nodig zijn. Met het wetsvoorstel wordt onder meer verduidelijkt voor welk jongvee fosfaatrechten nodig zijn.

In het debat had de Eerste Kamer nog veel vragen over de wijze waarop dit wetsvoorstel past binnen de verdere plannen van het kabinet voor de landbouw voor de komende jaren. Een aantal leden wees erop dat de fosfaatuitstoot niet op zichzelf staand is en de beperking ervan moeten worden gezien in samenhang met andere uitstoot, zoals die van stikstof en van nitraat. Kritiek was er verder op de manier waarop de democratische controle op de zogeheten 'renovatielease' plaatsvindt. Deze renovatielease kan bij algemene maatregel van bestuur (AMvB) worden ingevoerd en uitgewerkt en is daarmee vooraf niet inzichtelijk voor het parlement.


Impressie van het debat

Meer koeien = meer uitstoot

Senator Kluit (GroenLinks) sprak mede namens de PvdA-fractie. Ze had aarzelingen bij de wijzigingen in het wetsvoorstel omdat ze bang is dat de boeren die het goed doen op het gebied van verduurzaming op achterstand worden gezet ten opzichte van de huidige situatie. Kluit zei dat het wegnemen van negatieve effecten mogelijk is door het plafond van de fosfaatrechten te verlagen. Anders dan het kabinet denkt Kluit dat het stelsel wel zal leiden tot meer uitstoot. Meer koeien = meer uitstoot, ook onder de gestelde papieren plafonds. Er is samenhang nodig met halen van de doelen, omdat de fosfaatproductie onder andere ook raakt aan Natura 2000 en aan stikstofdepositienormen. Tot slot wilde Kluit weten waarom gekozen is voor een AMvB en niet meer tijd genomen is voor de uitwerking van een nieuw wetsvoorstel voor de renovatielease.

AMvB niet inzichtelijk

Senator Faber (PVV) zei dat Nederland onder druk van de bevolkingsgroei het landbouwbeleid moet veranderen. Volgens de PVV bepaalt de overheid dat we planteneters moeten worden, in plaats van alleseters te blijven. Terwijl de overheid nog weleens sjoemelt, mogen de boeren dat niet, zo stelde zij. Het wetsvoorstel lijkt sympathiek, zei Faber, maar het is feitelijk een verdere uitholling van beleid. Ze vroeg verder hoe de voorwaarden van de renovatielease worden vormgegeven. Daarover tastte Faber nog in het duister, omdat die in de AMvB worden gezet die niet inzichtelijk is.

Graat in de keel

Senator Schalk (SGP) zei dat het afromen van fosfaatrechten de SGP als een graat in de keel steekt. Regelmatig gebeurt het dat fosfaatrechten moeten worden bijgeleast om goed uit te komen. Dat gaat gepaard met afromen. Hij was niet overtuigd dat dit wetsvoorstel dat gaat oplossen. Schalk vroeg of het niet mogelijk is om een stelsel te creëren dat beter past bij de bedrijfsgrootte. Hij zei te begrijpen dat de huidige wet niet meer kunnen veranderen en dit wetsvoorstel is volgens hem beter dan niets. Hij vroeg op welke wijze de minister gaat voorkomen dat boeren niet worden afgerekend op trage besluitvorming.

Integrale aanpak nodig

Senator Pijlman (D66) vroeg of het voorliggende wetsvoorstel een steuntje in de rug is om de landbouw te verduurzamen of een nieuwe hindernis opwerpt. Hij vroeg de minister waarom drie onderdelen zijn samengevoegd in één wetsvoorstel. Pijlman wees op de aangenomen motie-Hoekstra die de regering verzoekt terughoudend met samenvoegen te zijn, zodat de senaat de verschillende voorstellen kan beoordelen op zijn merites. Hij vroeg verder of het wetsvoorstel juridisch is getoetst op handhaafbaarheid en of de minister kon toezeggen dat de AMvB ook aan de Eerste Kamer wordt voorgelegd. Ook Pijlman zei dat het belangrijk is dat het kabinet integraal kijkt naar vermindering van fosfaat, stikstof en nitraat.

Alleen maar verliezers

Senator Koffeman (PvdD) zei dat dit beleid alleen maar verliezers kent. Het leven van de boer wordt alleen maar complexer. Koeien zouden gemakkelijk twintig jaar oud kunnen worden, maar gaan nu na vier jaar al naar de slacht. De verslechtering van de gezondheid van koeien is het gevolg van overheidsbeleid die te hoge productie stimuleert. Volgens Koffeman doen we niet wat nodig is, omdat het niet mogelijk is om met de verschillende coalitiepartners tot een vergelijk te komen tussen alle verschillende belangen. Hij vroeg of het verstandig is zo'n ingewikkeld stelsel op te tuigen in een sector die zo fraudegevoelig is. Hij is het met eerdere sprekers eens dat het probleem integraal moeten worden opgelost.

Uitvoerbaar en handhaafbaar?

Senator Janssen (SP) vroeg hoe zinvol het is een pleister te plakken na twee jaar en waarom niet meteen is gekozen voor een wetswijziging. Hij had zorgen over de uitvoerbaarheid en handhaafbaarheid van de wet. Hoeveel extra menskracht is er vrijgemaakt voor toezicht en handhaving, vroeg hij aan de minister. De betrokken diensten, de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland en de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit zijn al overbelast. Volgens Janssen zou elke stap moeten bijdragen aan het oplossen van het fosfaatprobleem en niet tot het in stand houden ervan. De oplossing ligt niet op een Haags bureau, maar op een boerenerf, aldus Janssen.

Praktische oplossing

Senator Prins (CDA) was positief over de voorgestelde wijzigingen van het fosfaatrechtenstelsel omdat er een praktische oplossing is gevonden voor de praktijk van de alledag. Ze realiseerde zich wel dat de grenzen kunnen worden opgezocht. Prins zei dat het goed is om de wet te wijzigen zodat het stelsel duidelijk is. Boeren hebben te maken met onzekerheden die verder gaan dan de onderwerpen die we vandaag bespreken. Het wijzigen van het fosfaatrechtenstelsel is slechts een onderdeel van het gehele beleid en verdient grote aandacht, snelheid en zorgvuldigheid, aldus Prins.

Minister Staghouwer: wetsvoorstel is technische verduidelijking

Minister Staghouwer van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zei dat het een technisch wetsvoorstel is ter verduidelijking van het fosfaatrechtenstelsel, niet meer en niet minder. Met betrekking tot de uitvoerbaarheid is het wetsvoorstel ter toetsing voorgelegd aan de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) en die acht het wetsvoorstel uitvoerbaar en handhaafbaar. In tegenstelling tot een aantal Kamerleden verwacht de minister dat de milieudruk niet zal toenemen met deze wijzingen. Hij zegde tot slot toe dat hij de AMvB op enige wijze tijdig aan de Eerste Kamer zal voorleggen.


Over het wetsvoorstel

Het wetsvoorstel beperkt zich tot melkvee. De fosfaatproductie door de vleesveehouderij valt niet onder het sectorale plafond voor de melkveehouderij. Het wetsvoorstel verduidelijkt onder meer voor welk jongvee fosfaatrechten nodig zijn.

Verder wordt met het voorstel de bestaande uitzondering voor jongvee voor de zoogkoeienhouderij wettelijk vastgelegd. De voorwaarden waaronder deze uitzondering van toepassing is worden bij ministeriële regeling vastgelegd.

Tot slot wordt het mogelijk gemaakt per jaar maximaal 100 kilogram fosfaatrechten te leasen voor de korte termijn zonder dat hierover afroming plaatsvindt. Het vrijstellen van afroming bij lease van een beperkt aantal kilogrammen fosfaatrecht is bedoeld om melkveehouders die aan het einde van het jaar een hogere melkproductie dan voorspeld realiseren, en dientengevolge een hogere forfaitaire fosfaatexcretie hebben, meer flexibiliteit te geven bij het verwerven van de benodigde extra hoeveelheid fosfaatrechten.

Het voorstel kent ook een geclausuleerde delegatiegrondslag voor de optie 'renovatielease'. Deze optie 'renovatielease' heeft betrekking op melkveebedrijven die hun stallen willen moderniseren en verduurzamen of hun nabij een Natura 2000-gebied gelegen melkveebedrijf willen verplaatsen; en die daarbij tijdelijk hun melkvee, tezamen met het fosfaatrecht, bij een ander bedrijf willen onderbrengen en laten melken of verzorgen door een andere veehouder.



Deel dit item: