Kamer debatteerde over twee Grondwetsherzieningen



Dinsdag 6 oktober debatteerde de Eerste Kamer met minister Ollongren van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over twee wetsvoorstellen die een Grondwetsherziening betreffen. Het eerste wetsvoorstel betreft de Herijking Grondwetsherzieningsprocedure, het tweede betreft Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer. Het debat ging met name over het tweede wetsvoorstel dat Nederlanders in het buitenland een rol geeft bij de verkiezing van de Eerste Kamer. Tijdens het debat is één motie ingediend. Over de wetsvoorstellen en de motie wordt dinsdag 13 oktober gestemd.

Beide wetsvoorstellen betreffen een zogenoemde eerste lezing. Voor een Grondwetsherziening zijn twee lezingen nodig, waarbij de tweede lezing wordt gedaan na nieuwe Tweede Kamerverkiezingen. De motie van PVV-senator Van Hattem bij het wetsvoorstel over een kiescollege gekozen door niet-ingezetenen roept de regering op in het verdere wetgevingstraject maatregelen te treffen om een meervoudige nationaliteit voor leden van een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste kamer der Staten-Generaal te voorkomen.

Over de wetsvoorstellen

Door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer

Dit voorstel is de eerste lezing (het overwegings- of verklaringsvoorstel) van een aanpassing van de Grondwet waarmee invulling wordt gegeven aan de afspraak in het regeerakkoord van het kabinet-Rutte III dat het stemproces dient te worden aangepast zodat Nederlanders die in het buitenland wonen eenvoudiger hun kiesrecht, ook in relatie tot de verkiezing van de Eerste Kamer, kunnen uitoefenen.

Nederlanders die in het buitenland wonen kunnen deelnemen aan de verkiezing van de leden van de Tweede Kamer en van de leden van het Europees Parlement. De leden van de Eerste Kamer worden gekozen door de leden van provinciale staten en de leden van de kiescolleges voor de Eerste Kamer in de Caribische openbare lichamen. De leden van provinciale staten gekozen door de Nederlanders die tevens ingezetenen zijn van de provincie, en de leden van de kiescolleges voor de Eerste Kamer in de Caribische openbare lichamen door de Nederlanders die tevens ingezetenen zijn van de Caribische openbare lichamen.

Nederlanders die in het buitenland wonen hebben dus geen invloed op de samenstelling van de Eerste Kamer. De regering acht dit onevenwichtig en een door niet-ingezetenen gekozen kiescollege voor de verkiezing van de Eerste Kamer strekt ertoe deze onevenwichtigheid weg te nemen.

Herijking Grondwetsherzieningsprocedure

Dit voorstel is de eerste lezing (het overwegings- of verklaringsvoorstel) van een aanpassing van de Grondwetsherzieningsprocedure. Over de toepassing van de Grondwetsherzieningsprocedure heeft met enige regelmaat discussie plaatsgevonden. Die discussie spitste zich toe op de tweede lezing van een Grondwetswijziging en dan in het bijzonder op de vraag op welk moment een voorstel in tweede lezing in procedure moet worden gebracht, wie dat doet (de regering of een of meer leden van de Tweede Kamer) en of de behandeling van de tweede lezing ook moet worden afgerond door de Tweede Kamer die na de eerste lezing is gekozen.

Met dit wetsvoorstel is beoogd de bestaande Grondwetsherzieningsprocedure te verduidelijken en te bewerkstelligen dat de behandeling van een grondwetsvoorstel sneller wordt afgerond en het parlementaire debat zich kan richten op de inhoud daarvan.

Concreet wordt voorgesteld om in de eerste plaats te verduidelijken dat de Tweede Kamer die wordt gekozen na de bekendmaking van de verklaringswet het voorstel tot Grondwetsherziening in tweede lezing overweegt. Verder wordt voorgesteld te bepalen dat indien deze Tweede Kamer in tweede lezing geen besluit neemt, het grondwetsvoorstel van rechtswege vervalt.


Deel dit item: