Voortzetting debat over Belastingplan 2016



De Eerste Kamer heeft maandag 21 december 2015 het debat met staatssecretaris Wiebes (Financiën) over het Belastingplan 2016 voortgezet. De eerste termijn van dit debat vond plaats op 14 en 15 december. In afwachting van de Novelle Belastingplan 2016 is besloten om de tweede termijn van het debat een week later laten plaatsvinden. Op dinsdagavond 22 december wordt over de wetsvoorstellen en de tijdens het debat ingediende moties gestemd.

Kleinere spaarders

Senator Van Rij (CDA) vroeg hoe realistisch het is dat het kabinet-Rutte II in de nog resterende regeerperiode met verregaande voorstellen voor belastinghervorming gaat komen. De senator haalde de motie-Schalk c.s. aan en vroeg de staatssecretaris of hij ervoor open staat om de afbouw van de algemene heffingskorting voor de niet-verdienende partner minder sterk te temporiseren, zodat de negatieve werkgelegenheidseffecten marginaal zijn. Van Rij uitte zijn teleurstelling over het feit dat de voorstellen voor Box-3 niet zijn losgekoppeld van het belastingpakket 2016. Hij achtte het niet uitgesloten dat het Box-3 plan voor langere termijn gaat gelden. Dit zal een gat slaan in de begroting, omdat de belastingplichtigen boven 1 miljoen euro nooit met een progressieve vermogensbelasting akkoord zullen gaan. Volgens Van Rij zal het plan de grotere vermogens niet zwaarder belasten en de kleinere spaarders niet ontlasten.

De senator diende een motie in, die de regering verzoekt om uiterlijk bij de Voorjaarsnota met een nieuw voorstel te komen met alternatieven  voor een simpelere en voor kleine spaarders voordeliger tijdelijk regime. Staatssecretaris Wiebes ontraadde deze motie.

Straf op oud worden

Senator Van Rooijen (50PLUS) betoogde dat het wetsvoorstel tot discriminatie naar leeftijd leidt, zie ook artikel 10 van de Wet op de loonbelasting die loon uit een dienstbetrekking of een vroegere dienstbetrekking gelijkstelt en dus zonder onderscheid naar leeftijd. Van Rooijen: "Volgens ons is dit een straf op oud worden." Het wetsvoorstel maakt volgens de senator onterecht een verschil tussen loon uit tegenwoordige arbeid of vroegere arbeid (pensioen). Inkomen uit een vroegere loonbetrekking is volgens Van Rooijen immers ook loon. Hij betoogde dat er voordelen worden gegeven aan werkenden, die niet worden gegeven aan ouderen. Verder stelde de senator dat de AOW een volksverzekering is en de AOW-premie geen belasting is. De eenmalige lastenverlichting van 600 miljoen euro is volgens Van Rooijen weliswaar mooi meegenomen, maar levert geen structurele oplossing. Bovendien is het wetsvoorstel volgens de senator niet in lijn met het draagkrachtbeginsel.

De senator diende een motie in, die de regering om bij het Belastingplan 2017 de ouderenkorting structureel te handhaven op 222 euro per jaar. Staatssecretaris Wiebes ontraadde deze motie.  

Onverantwoord en onrechtvaardig

Senator Ester (ChristenUnie) betoogde dat het Belastingplan een weerspiegeling is van fundamentele opvattingen over economie, rechtvaardigheid en duurzaamheid. De senator bekritiseerde het laten oplopen van het begrotingstekort met 5 miljard euro en de "schamele en ongewisse opbrengst" van de maatregelen ter bevordering van de werkgelegenheid. Een dergelijke lastenverlichting vereist volgens de ChristenUnie-senator een fundamentele hervorming van het belastingstelsel. Het Belastingplan is volgens Ester niet alleen onverantwoord, maar ook onrechtvaardig. Met name ten opzichte van eenverdieners, zieken, gehandicapten, sommige ouderen en uitkeringsgerechtigden. Verder merkte de senator op dat het Klimaatakkoord van Parijs ook van Nederland een veel doortastender beleid voor verduurzaming en vergroening vergt.

De senator diende een motie in, die de regering verzoekt het CPB te vragen de meest actuele data te verwerken in het MICSIM-model en deze te benutten in arbeidsmarktstudies en berekenigen van werkgelegenheidseffecten van voorgenomen overheidsbeleid. Staatssecretaris Wiebes ontraadde de motie en gaf aan dat hij het CPB niet politiek  of bestuurlijk wil beïnvloeden. Wel mag het kabinet het CPB hierop bevragen.

Belastingverlegging

Senator Van Strien (PVV) noemde het "bizar" dat de kolencentrales in Nederland worden gesloten. Er staan volgens de senator immers honderden nieuwe kolencentrales gepland, onder andere in China. Ook betekent het voorstel volgens Van Strien een verhoging op de belasting op arbeid. De koopkracht gaat 0,1 procent achteruit. Van Strien: "Dit belastingplan is geen belastingverlichting, maar een belastingverlegging."

De zwaarste lasten   

Senator Köhler (SP) stelde dat de burgers die het meeste hebben ingeleverd (waaronder ouderen) het minste profiteren van de lastenverlichting. Volgens Köhler komen er door de novelle 0,0 procent banen bij, treedt er geen extra verduurzaming op en is er slechts een kleine lastenverschuiving van niet-werkenden naar werkenden. De senator noemde het opmerkelijk dat de Eerste Kamer via een motie het CPB-model amendeert. Het wetsvoorstel komt volgens Köhler bovendien niet ten gunste van de kleine spaarders, maar juist voor huishoudens met hoge inkomens.

Teleurstellend

Senator Vos (GroenLinks) noemde de maatregelen voor vereenvoudiging, vergroening en extra banen teleurstellend. Vos: "Veel geld gaat naar mensen die het gewoon niet nodig hebben." Zij vroeg waarom de verlening van de derde schijf nodig is en waarom dit geld niet is ingezet voor maatschappelijke vraagstukken zoals de thuiszorg. De senator vroeg waarom verdere fiscale vergroening er volgens de staatssecretaris niet meer in zit. De eenmalige verduurzamingsbijdrage van 100 miljoen euro noemde Vos "mager". Hiermee worden bovendien de hoge inkomens licht bevoordeeld en de lagere inkomens licht benadeeld. De senator vroeg om een deel van de middelen in te zetten voor belastingheffing door gemeenten.

Uitvoerbaar goed nieuws    

Senator Backer (D66) betoogde dat de voorgestelde maatregelen een verbetering betekenen voor werkenden, al dan niet met kinderen. Ook bevordert het pakket de werkgelegenheid, heeft het gunstige koopkrachteffecten en is het goed voor de vergroening. De aanpassingen in de novelle zijn volgens de senator bovendien uitvoerbaar en bevatten in overwegende mate goed nieuws. Met de inzet op uitbreiding van lokale belastingen slaat het kabinet volgens Backer de goede weg in. De senator drong er wel op aan dat de 100 miljoen euro die beschikbaar komt voor verduurzaming van gebouwde omgeving niet aan een fonds wordt toegevoegd, maar beschikbaar wordt gesteld voor lokale initiatieven. Ook vroeg hij het kabinet om in een monitoring van de WBSO/RDA te voorzien en om vermogensbelasting gebaseerd op reële rendementen niet op voorhand af te wijzen. Tot slot pleitte de senator ervoor dat er naar wordt gestreefd om voortaan het debat over het belastingplan zo snel mogelijk na de Algemene financiële beschouwingen te houden.

Hervorming van het stelsel

Senator Ten Hoeve (OSF) drong er op aan dat de regering werk maakt van de hervorming van het belastingstelsel. Bij een dergelijke herziening moet volgens Ten Hoeve ook de erfbelasting worden betrokken. De senator wees op het initiatief om te experimenteren met een algemeen basisinkomen, zoals in Finland. Dit zal weliswaar niet probleemloos kunnen worden ingevoerd, maar komt wel tegemoet aan het doel van vereenvoudiging. Over Box-3 merkte de senator op dat niet duidelijk is of vermogensinkomsten of vermogensaanwas wordt belast. Het Belastingplan maakt volgens Ten Hoeve de verdeling van de belastingdruk niet eerlijker en voorziet bovendien in een voortijdige algehele verlichting.

Ruimte voor keuzes 

Senator Schalk (SGP) betoogde dat de participatiesamenleving die we moeten nastreven zich niet beperkt tot werk, maar ruimte geeft voor keuzes. De novelle heeft dit voor het jaar 2016 niet hersteld, maar komt wellicht wel aan de orde bij het belastingplan 2017. De senator vroeg of de staatssecretaris per brief wil ingaan op mogelijkheden om verschillen tussen één- en tweeverdieners te verkleinen. De senator betoogde dat bijvoorbeeld mantelzorgers van grote toegevoegde waarde zijn voor de (participatie-)samenleving en vroeg of deze toegevoegde waarde meegenomen kan worden in de berekeningen van het CBP.

Positief voor de portemonnee

Senator Van de Ven (VVD) gaf aan dat het belastingpakket 2016 en de novelle geen grote belastingherziening bevatten. Wel is met de novelle het inkomensbeleid voor burgers verfijnd. Volgens Van de Ven stijgt de koopkracht voor alle belastingplichtigen in meer of mindere mate. Van de Ven: "Het is positief voor de portemonnee van de burger."

Toezeggingen van de staatssecretaris        

Senator Sent (PvdA) vroeg de staatssecretaris welke mogelijkheden hij ziet om de uitkomsten van de Studiegroep Begrotingsruimte voor 2017 met de Eerste Kamer te delen. Zij dankte de staatssecretaris voor de toezegging om bij het Belastingplan 2017 te rapporteren over de werkelijke individuele rendementen in Box-3 en om te onderzoeken of de fiscaliteit kan worden ingezet ten behoeve van startups. Sent uitte zorgen over integratie van de S&O-afdrachtvermindering en de RDA en vroeg de staatssecretaris de Kamer de evaluatie van de gevolgen hiervan zo snel mogelijk te sturen. Ook vroeg de senator aandacht voor de achterblijvende arbeidsparticipatie van vrouwen, de gevolgen van het Klimaatakkoord van Parijs en de verruiming van het gemeentelijk belastinggebied.

Reactie staatssecretaris

Staatssecretaris Wiebes (Financiën) betoogde dat er weliswaar is ingezet op brede hervormingen, maar dat hier onvoldoende politiek draagvlak voor was. Over het belastingpakket 2016 merkte hij op dat ouderen er over het algemeen wel degelijk op vooruitgaan. Van een ongelijke behandeling tussen ouderen en werkenden is geen sprake. Wel wordt er onderscheid gemaakt tussen werkenden en niet-werkenden. Binnen dit onderscheid gaan de grootste percentages naar de laagste inkomens. Er is niet in alle gevallen gekozen voor een even grote beloning van werkenden en niet-werkenden.

Over de kolenbelasting merkte de staatssecretaris op dat het kabinet er geen voorstander van is om het Energieakkoord te doorbreken. Wel wordt er gekeken naar manieren om de incidentele post van 100 miljoen hiervoor in te zetten.

De staatssecretaris zegde toe aan senatoren Van Rij en Van de Ven dat hij de Europese Commissie vragen in hoeverre de Nederlandse implementatie van de Moeder-Dochterrichtlijn proportioneel is en hoe andere lidstaten dit implementeren. Ook zal hij vragen aan de Belastingdienst om bij te houden hoe vaak de Nederlandse implementatie leidt tot niet oplosbare gevallen vanwege dubbele heffing. De staatssecretaris de Eerste Kamer hier in 2016 per brief informeren. Aan senator Backer zegde de staatssecretaris toe dat hij de minister van Economische Zaken zal vragen om te voorzien in een monitoring van de WBSO/RDA.

De staatssecretaris betoogde dat de gemeentelijke belastingheffing bedoeld is om gemeentes grotere keuzes te geven en gemeenteraadsverkiezingen inhoudsvoller te maken. Dit kan soms op gespannen voet komen te staan met het borgen van evenwichtige inkomensverdeling op nationaal niveau. De discussie hierover wordt in 2016 voortgezet.  

Wiebes betoogde dat er wordt gezocht naar een oplossing voor de hoge tijdsdruk waaronder het belastingplan steevast in het parlement wordt behandeld. Aan senator Schalk zegde hij toe dat hij wel bereid is om in het kader van het Belastingplan 2017 constructief verder te praten over de verschillen tussen één- en tweeverdieners. Hij merkte daarbij op dat het moeilijk is om een concrete toegevoegde waarde toe te kennen aan bijvoorbeeld mantelzorg. Dergelijke maatschappelijke gevolgen zijn in hoge mate een politieke afweging.



Deel dit item: