T03123

Toezegging Betere informatievoorziening en inzichtelijkheid geven in de bredere besluitvorming omtrent covid-19 maatregelen (35.732)



De minister van Justitie en Veiligheid zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Bikker (ChristenUnie) en de Boer (GroenLinks), toe dat hij de Eerste Kamer spoedig zal voorzien van een vorm voor betere informatievoorziening en inzichtelijkheid in de bredere besluitvorming omtrent de covid-19 maatregelen, in de context van de motie-Segers inzake het Impact Management Team.


Kerngegevens

Nummer T03123
Status afgevoerd
Datum toezegging 19 februari 2021
Deadline 5 maart 2021
Verantwoordelijke(n) Minister van Justitie en Veiligheid
Kamerleden Mr. M.H. Bikker (ChristenUnie)
Mr.drs. M.M. de Boer (GroenLinks)
Commissie commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V)
commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport (VWS)
commissie voor Binnenlandse Zaken en de Hoge Colleges van Staat / Algemene Zaken en Huis van de Koning (BiZa/AZ)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie overig
Onderwerpen coronamaatregelen
Impact management team
OMT
COVID-19
Kamerstukken Tijdelijke wet beperking vertoeven in de openlucht Covid-19 (35.732)


Uit de stukken

Handelingen I 2020-2021, nr. 24, item 5, blz. 44-45

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Zoals ik net ook al zei, heb ik waardering voor de inzet van het kabinet op de plekken waar mensen het moeilijk hebben. Ik heb ook waardering voor bijvoorbeeld de afweging rond de openstelling van de scholen. Daar zit mijn punt ook niet. Mijn punt zit bijvoorbeeld bij dit wetsvoorstel, maar ook bij alle maatregelen waarbij we een inperking hebben van grondrechten en wij als Kamer moeten wegen hoe deze grondrechten zich tot elkaar verhouden, namelijk enerzijds het bevorderen van de volksgezondheid en anderzijds de inperking. De Raad van State zegt: "Daar moet breder naar worden gekeken. Er moet breder over worden gerapporteerd dan alleen in de OMT-adviezen." Als ik naar de stukken kijk, dan constateer ik telkens opnieuw dat de andere argumenten er meer los bij komen, of een apart steunpakket worden, terwijl ik deze bredere afweging scherper wil kunnen maken bij de inperking van grondrechten. Daar ziet mijn punt op. Daar vraag ik de minister om toch net een stapje meer te zetten. Ik heb hierbij echt oprechte waardering — want dat is belangrijk — voor wat er gebeurt voor mensen die in de kreukelzone zitten.

Minister Grapperhaus:

Daarom begin ik daarmee. Ik moet het niet helemaal herhalen. De advisering van het OMT is een bepaald door de wet voorgeschreven gegeven. Zo hebben we nog een aantal dingen, bijvoorbeeld de advisering door de Gezondheidsraad als het gaat om vaccinatie en dergelijke. Dat zijn gegevens. Vervolgens moeten we in de belangenafweging nog steeds kijken of er bepaalde andere belangen spelen. Ik ga weer een ander voorbeeld noemen. Bij de regeling van de avondklok mondt dit bijvoorbeeld uit in een aantal uitzonderingen. U mag van mij aannemen dat ik goed in gesprek ben gegaan met collega Van Engelshoven — dat kan zij bevestigen — over de examens van de studenten. Dat is deels een empirisch gegeven.

Ik wil hier benadrukken dat ik vind dat we moeten oppassen dat we de sociaal-maatschappelijke gegevens en factoren juist niet in eenzelfde vast stramien moeten drukken als dat van het OMT. We moeten ze wel heel erg meewegen. Mevrouw Bikker mag mij elke maandag opbellen en zeggen: laat me zien wat je in het Catshuis op die gebieden hebt gedaan. Jongeren hebben het bijvoorbeeld echt moeilijk. We horen daar af en toe heel akelige verhalen over. Ik zit er zo in: we moeten dat niet te veel in vaste stramienen en statistieken vangen. We moeten ons dat aantrekken, het meewegen in de besluitvorming en er veel aan doen.

De voorzitter:

We noteren in ieder geval een toezegging, namelijk dat mevrouw Bikker iedere maandag mag bellen. Die toezegging komt ook in het register.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Dat gaat gezellig worden. Tegelijkertijd is dit natuurlijk niet het oogmerk van mijn vraag, want het moet transparant zijn voor eenieder. Het zit in het volgende. Ik denk dat ik daarmee de minister een handje op weg kan helpen. Ik proef zijn angst om weer allerlei nieuwe grafieken te moeten leveren. Dat is niet mijn vraag. Gisteren is wel de toezegging gedaan om die brede afweging meer kenbaar te maken aan de Kamer. Ik heb daarbij de motie van collega Segers, van de overkant, betrokken — deze motie is al in april 2020 unaniem aangenomen —- om een Impact Management Team neer te zetten, een IMT, om juist de andere kant te wegen.

Ik snap heel goed dat er een verschil is in de wettelijke positie. Dat heeft de minister nog eens twee keer aan mij uitgelegd, dus nu snap ik het helemaal. Maar desondanks zou ik het echt heel prettig vinden als de minister juist in het licht van die toezegging een stap naar deze Kamer zet, zo van: ja, op dat punt kan ik u net wat breder en steviger informeren, zodat we dit beter mee kunnen wegen als er weer een nieuwe inperking van grondrechten voorligt. Zeker nu we weten dat we deze dilemma's nog heel lang gaan tegenkomen, aangezien de crisis langer duurt en gezien de vaccinaties en de herhaling van vaccinaties die misschien nodig is. Mogelijk komt zelfs de ambtsopvolger van deze minister deze dilemma's nog tegen, al hoop ik natuurlijk dat ik deze minister nog heel lang op maandag kan bellen.

De voorzitter:

Dank u wel. Tot slot, minister.

Minister Grapperhaus:

Ik wil beginnen met te zeggen dat mevrouw Bikker mij ook na de verkiezingen van 2021, als er inmiddels een ambtsopvolger is, kan blijven bellen.

De voorzitter:

Dat is een nieuwe toezegging. Die komt in het register!

Minister Grapperhaus:

Dat is een belangrijk punt. Een ander ding is … Ik ga het nog even een beetje cijfermatig doen. De Catshuisoverleggen duren over het algemeen vier, vijf uur. Het doornemen van de OMT-gegevens en hoe het cijfermatig staat met de pandemiebestrijding is meestal in zo'n drie kwartier gebeurd. Dan zijn we er wel doorheen. We worden er inmiddels behoorlijk geverseerd in, zal ik maar zeggen. Het gaat juist over het wegen van de punten waar mevrouw Bikker het over heeft. Dat geldt ook voor wat vorige zomer aan de orde is gekomen over dat Impact Management Team. Materieel is dat er, maar ik merk wel — daar heeft mevrouw Bikker een terecht punt — dat we het als kabinet misschien veel meer moeten uitdragen dan nu gebeurt. Dat trek ik mij aan.

De voorzitter:

Ik zie mevrouw Bikker knikken. Ze loopt nu huppelend terug.

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

Dat is iets te blijmoedig gedacht, alhoewel ik altijd probeer om mijn zegeningen te tellen. Met een minister die zich iets aantrekt, is er nog geen stap gezet om het voor mij en voor de Kamer beter inzichtelijk te maken. Precies daar zit mijn punt. Ik gun de minister alle ruimte om even na te denken over een prettige vorm ervoor. Hij kan er in een brief op terugkomen, als hij het nu te spannend vindt en denkt dat hij misschien iets toezegt waarvan zijn collega's later denken: wat heb je nu gedaan? Het kabinet wil natuurlijk met één mond spreken, maar hier zit mijn punt.

De voorzitter:

Ik stel voor dat we dat voor de volgende twee termijnen bewaren. We zijn binnenkort halverwege dit debat van vandaag. We kunnen er uiteraard op terugkomen.

Minister Grapperhaus:

We zullen er zeker met één demissionaire mond op terugkomen. Mevrouw Bikker en ik zitten echt op dezelfde lijn. Ik zal ervoor zorgen dat het kabinet erop terugkomt in de informatiesfeer.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Ik had me eigenlijk voorgenomen om in tweede termijn hierover te beginnen, maar nu het punt door mevrouw Bikker naar voren is gebracht …

De voorzitter:

Dat was een goed voornemen.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Ja, maar nu we het er toch over hebben, bespaart het straks hopelijk tijd. Ik heb in mijn eerste termijn verwezen naar de toezegging die de minister-president gisteren heeft gedaan over het breder maken van de afweging. Hij zei dat er ook gekeken wordt naar de nadelige effecten van de maatregelen en dat deze beter inzichtelijk worden gemaakt. Ik ben een beetje verbaasd dat de minister nu zegt dat het kabinet het al heel goed doet. Nee, gisteren is toegezegd dat het beter moet gaan. Ik ga ervan uit dat die toezegging blijft staan. Het gaat om twee dingen. Het gaat om het inzichtelijk maken welke afwegingen het kabinet maakt, want het Catshuisoverleg is heel globaal als over andere belangen gaat. Het gaat denk ik ook om de vraag hoe je die andere input gaat organiseren. Hoe is dat georganiseerd? Het OMT en de minister zeggen dat het wettelijk is geregeld. Andere dingen liggen bij de Gezondheidsraad. Kim Putters schuift regelmatig aan, lees ik. Hij zegt ongetwijfeld heel verstandige dingen, maar het is weinig transparant.

De voorzitter: De minister.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

De vraag is: hoe gaat de regering het organiseren dat die andere informatie zodanig georganiseerd binnenkomt dat de afweging goed gemaakt kan worden en inzichtelijk gemaakt kan worden?

Minister Grapperhaus:

Die afweging wordt goed gemaakt, maar mevrouw Bikker en mevrouw De Boer willen dat meer inzichtelijk krijgen. Daarvan heb ik gezegd dat wij elkaar zondag weer in het Catshuis spreken. De premier heeft gisteren inderdaad al gezegd dat we het beter inzichtelijk moeten maken. Ik herhaal dat hier. Ik zal er ook voor zorgen dat het kabinet spoedig met een goede vorm voor die inzichtelijkheid bij u terugkomt.

Mevrouw De Boer (GroenLinks):

Eén opmerking daarbij. De minister zegt dat het goed gebeurt. Dat kunnen wij natuurlijk pas beoordelen op het moment dat het inzichtelijk is.

Minister Grapperhaus:

Ja en nee. Ik noemde die 8 miljard voor het onderwijs, maar ik noemde ook het openstellen van het primair onderwijs en kinderopvang. Volgens mij — ik dacht dat mevrouw Bikker en ik het daar wel over eens waren — zien we echt dat het kabinet die effecten meeweegt in zijn besluitvorming en soms zegt: we voeren deze maatregel niet uit, want we vinden dat dit gewoon moet doorgaan. Daar moeten we ook verantwoordelijkheid voor nemen, laat dat duidelijk zijn. Maar ik vind het punt wel terecht dat we beter moeten uitleggen hoe we van a naar b komen. Dat heeft de premier gisteren ook gezegd. Dat gaan we doen. Ik ga bedenken, misschien in de tweede termijn of zo, hoe we dat precies gaan doen.

Handelingen I 2020-2021, nr. 24, item 5, blz. 62

Minister Grapperhaus:

(…)

Voorzitter. Dan was er de vraag van mevrouw De Boer en mevrouw Bikker. Ik zeg toe dat het kabinet binnen veertien dagen terugkomt op de motie-Segers van vorig jaar over een Impact Management Team. Als ik dat zo zeg, bedoel ik dat we daar uitvoerig op ingaan en al die punten daarin meenemen waarover we van gedachten gewisseld hebben, met name in de eerste termijn.


Brondocumenten


Historie