T02671

Toezegging Geen precedentwerking griffierechten (34.761)



De minister voor Rechtsbescherming zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van de leden Andriessen (D66), Bikker (ChristenUnie), Duthler (VVD), Lokin-Sassen (CDA), Vlietstra (PvdA) en Wezel (SP), toe dat de kostendekkende griffierechten voor de NCC(A) geen precedent vormen voor andere vormen van rechtspraak, voor welke volgende innovaties dan ook.


Kerngegevens

Nummer T02671
Status openstaand
Datum toezegging 4 december 2018
Verantwoordelijke(n) Minister voor Rechtsbescherming
Kamerleden Mr.dr. M.F. Andriessen (D66)
Mr. M.H. Bikker (ChristenUnie)
mr. dr. A.W. Duthler (Fractie-Duthler)
Mr. P.E.M.S. Lokin-Sassen (CDA)
J.G. Vlietstra (PvdA)
Mr. A.M.T. Wezel EMoC (SP)
Commissie commissie voor Justitie en Veiligheid (J&V)
Soort activiteit Plenaire vergadering
Categorie legisprudentie
Onderwerpen Kostendekkende griffierechten
Kamerstukken Engelstalige rechtspraak internationale handelskamers rechtbank en gerechtshof Amsterdam (Netherlands Commercial Court) (34.761)


Uit de stukken

Handelingen I 2018-2019, nr. 10, item 8, blz. 2-8

Mevrouw Lokin-Sassen (CDA):

(…)

Ten slotte wil mijn fractie graag nog eens klip-en-klaar uit de mond van de minister bevestigd horen dat de meer dan kostendekkende griffierechten die betaald moeten worden voor een procedure voor het NCCA in geen enkel opzicht een precedent vormen om ook voor de reguliere rechtspraak in Nederland een stelsel van kostendekkende griffierechten in te voeren. Zoals bekend is mijn fractie daar een verklaard tegenstander van. In dit hele specifiek geval, waar de kans aanwezig is, maar dat moeten wij nog afwachten, dat buitenlandse ondernemingen graag voor het NCCA een procedure willen voeren, kan mijn fractie in beginsel billijken dat er hogere griffierechten worden geheven, zodat de financiële lasten niet drukken op de reguliere begroting voor de rechterlijke macht. Maar dit mag op geen enkele wijze als precedent worden gezien om kostendekkende griffierechten in het algemeen in het Nederlandse stelsel in te voeren. Kan de minister dit nog eens op ondubbelzinnige wijze bevestigen?

(…)

Mevrouw Wezel (SP):

(…)

Voor de fracties van de SP, GroenLinks, 50PLUS en de Partij voor de Dieren is het belangrijk dat we deze brug van kostendekkende griffierechten niet overgaan. Dat is een cruciale principiële grens. Want als het voor het ene terrein wordt geaccepteerd, gaat het argument dan misschien toch op andere terreinen ook spelen, en dan komt opnieuw de toegang tot het recht in gevaar. Graag de reflectie hierop van de minister. Mevrouw Duthler zal namens de VVD ingaan op het punt van het kostendekkend griffierecht. De fracties van GroenLinks en 50PLUS sluiten zich daar thans al bij aan.

(…)

Mevrouw Duthler (VVD):

(…)

Mevrouw de voorzitter. Ik rond af. Zoals gezegd en ook bekend, hebben de leden van de VVD-fractie moeite met de introductie van kostendekkende griffierechten. Dat zal niet nieuw zijn voor de minister. De leden van de VVD-fractie hebben eerder in het nader voorlopig verslag hun zorg geuit dat hiermee een precedent kan worden gecreëerd voor het invoeren van kostendekkende griffierechten bij andere kamers. Die zorg is door de minister vooralsnog niet weggenomen.

(…)

Mevrouw Andriessen (D66):

(…)

Toch stuiten we hiermee op een volgend probleem. De minister wijkt af van de Nederlandse griffierechtensystematiek. Vandaar onze vraag of het vanuit onze wetssystematiek te verdedigen is dat in dit geval een beroep gedaan wordt op kostendekking. Is deze minister — het is al eerder gevraagd — opeens bekeerd tot het profijtbeginsel?

(…)

Mevrouw Vlietstra (PvdA):

(…)

De regering geeft aan dat met het invoeren van kostendekkende griffierechten enerzijds wordt tegemoetgekomen aan de wens van de Raad voor de rechtspraak om te innoveren, en dat anderzijds de reguliere rechtspraak niet wordt belast met extra kosten als gevolg van de instelling van een internationale handelskamer. Het laatste lijkt ons terecht. Financieel, maar ook personeel bevindt de rechtspraak zich in een buitengewoon ernstige situatie. Het is ondenkbaar dat innovaties als NCC of NCCA kunnen worden betaald uit de eigen begroting. Maar de minister had er ook voor kunnen kiezen extra middelen ter beschikking te stellen om daarmee aansluiting te houden bij de bestaande uitgangspunten en systematiek van de griffierechten. Waarom heeft hij dat niet gedaan? Wat betekent de keuze voor kostendekkende griffierechten voor volgende innovaties binnen de rechtspraak waar de minister en ook deze Kamer voorstander van zijn? Ligt ook dan bij gebrek aan financiële middelen in principe de mogelijkheid open om kostendekkende griffierechten in te voeren?

(…)

Mevrouw Bikker (ChristenUnie):

(…)

Voor de fractie van de ChristenUnie is het systeem van kostendekkende griffierechten een afwijkend systeem, afwijkend van het systeem van reguliere griffierechten, dat wij een belangrijk goed vinden. Op deze manier ontstaat de mogelijkheid voor rijkere partijen, voor grotere ondernemingen om efficiënter en met minder belemmeringen recht te halen. Dat is een trend die wij niet zouden willen. Ik hoor de minister daar graag op reflecteren.

Handelingen I 2018-2019, nr. 10, item 10, blz. 2-11

Minister Dekker:

(…)

Het tweede wat ik wil benadrukken — en dat doe ik tegenover mevrouw Lokin en mevrouw Duthler, die daarover vragen hebben gesteld — is het volgende. We zitten hiertegen aan te hikken en ik begrijp dat heel erg goed, want we hebben niet eerder zo'n stap gemaakt, waarbij je uitgaat van griffierechten voor een specifieke soort rechtspraak, die ook in principe over een lange tijd de kosten moeten dekken. Gaan we niet een soort principiële brug over? Ik wil echt wel benadrukken dat de griffierechten die we voor deze specifieke vorm van rechtspraak introduceren geen precedent vormen. Deze griffierechten vormen wat mij betreft een uitzondering: het betreft een extra mogelijkheid om te kunnen procederen in de Engelse taal in complexe internationale handelsgeschillen.

(…)

Mevrouw Vlietstra (PvdA):

Misschien ten overvloede, maar ik had de minister nog gevraagd of die precedentwerking of beter gezegd geen precedentwerking ook geldt voor welke volgende innovaties dan ook.

Minister Dekker:

Volmondig ja.


Brondocumenten


Historie

  • 4 december 2018
    toezegging gedaan